9 Theorieën om verandering teweeg te brengen
Hoe komen veranderingen precies tot stand? Er zijn in de loop der jaren een heleboel theorieën ontwikkeld waarmee veranderingen verklaard kunnen worden. Door inzicht te krijgen in deze theorieën weet je hoe veranderingen in zijn werk gaan en begrijp je beter waarom mensen veranderen. Ook kan je deze theorieën zelf gebruiken om veranderingen te bewerkstelligen bij anderen.
Er worden negen verschillende theorieën toegelicht.
Veldtheorie
De veldtheorie is door de Amerikaan Lewis bedacht en heeft als basis dat er veranderingskrachten en weerstandskrachten bestaan. Hiermee wordt bedoeld dat voor een verandering altijd de voordelen (veranderingskracht) en nadelen (weerstandskracht) worden afgewogen. Wanneer je bijvoorbeeld overweegt om iets aan te kopen kunnen veranderingskrachten zijn: Gemak, Trots, omgeving. Terwijl weerstandskrachten kunnen zijn: Kosten, slecht voor milieu, ruimtegebrek. Door deze voor en nadelen af te wegen komen we volgens Lewis tot een beslissing.
Consistentietheorie
De basis van de consistentietheorie is evenwicht. Volgens deze theorie zijn er drie attitudes, namelijk: Gedrag, gevoel en verstand. Wanneer deze drie in evenwicht zijn dan zal er geen verandering plaatsvinden. Indien er bij een van de attitudes echter een verandering plaatsvindt dan geeft dit drang tot een algemene verandering. Bijvoorbeeld wanneer je meer kennis krijgt over een onderwerp (verstand) dan kan dit je gedrag en gevoel beïnvloeden waardoor een verandering plaatsvindt.
De innovatietheorie
Met de innovatietheorie wordt gekeken of een vernieuwing daadwerkelijk geslaagd is. Een vernieuwing is geslaagd als:
- Er relatief voordeel behaald is
- Het moet compatibel zijn, dit betekend dat het verenigbaar moet zijn met het bestaande
- De eenvoud van een vernieuwing, een vernieuwing moet niet complex zijn
- Het moet testbaar zijn
- De gevolgen van een innovatie moeten waarneembaar zijn
Theorie van het gepland gedrag
De grondleggers van de theorie van gepland gedrag zijn Ajzen en Fishbein. Deze theorie stelt dat er aan een aantal voorwaarden moet worden voldaan alvorens het een echte verandering is. De vier voorwaarden zijn:
- De betreffende waarde moet worden onderschreven. Voorbeeld: Roken moet worden beschouwd al iets vervelends waar hij/zij vanaf wilt.
- Er moet gedragseffectiviteit plaatsvinden. Voorbeeld: Hij/zij moet ervan overtuigd zijn dat stoppen met roken goed is voor hem/haar.
- Er moet persoonlijke effectiviteit plaatsvinden, dit wil zeggen dat hij/zij het idee moet hebben dat het mogelijk is. Voorbeeld: Hij/zij moet het gevoel hebben dat hij/zij ook echt kan stoppen met roken.
- Uiteindelijk is ook de sociale norm belangrijk, dit bekend steun krijgen uit de omgeving. Bijvoorbeeld: Hij/zij moet het gevoel hebben dat anderen in zijn/haar omgeving accepteren dat hij/zij stopt met roken.
Humanistische psychologie
Bekende vertegenwoordigers van de humanistische psychologie zijn Rogers en Maslow. Volgens de humanistische psychologie heeft iedereen een sterke drang om te groeien en zijn zelfontplooiing en zelfverwerkelijking sterke drijfveren. Als voorbeeld wordt de piramide van Maslow gebruikt om aan te geven in hoeverre mensen kunnen groeien. Maslow stelt dat je eerst aan je eigen fase moet voldoen alvorens je naar de volgende fase kan. De vijf fases volgens de piramide van Maslow:
- Primaire biologische behoeften
- Bestaanszekerheid
- Sociale behoefte
- Herkenning
- Zelfontwikkeling/zelfontplooiing
Communicatietheorie
Via de communicatietheorie wordt duidelijk dat we behalve over een inhoudelijk aspect ook over een betrekkingsaspect bezitten. Met het betrekkingsaspect geef je door middel van communicatie (non verbaal, verbaal, of meta-communicatie) aan in hoeverre je betrekking hebt op een ander. Je geeft aan wie de baas is en wie ondergeschikt is.
Gedragspsychologie
Bij de gedragspsychologie staan belonen en straffen centraal. Volgens deze theorie kan je verandering laten plaatsvinden door anderen te belonen of te straffen. Beloningen en straffen bestaan uit: Materiele beloningen en straffen en inmateriele beloningen en straffen.
Cognitieve theorieën
Er zijn een viertal cognitieve theorieën, namelijk:
- De rationeel-emotieve benadering, deze stelt dat een feitelijke gebeurtenis een reactie of gevoel veroorzaakt.
- Neurolinguistisch programmeren (NLP), deze stelt dat iedereen bezit over een innerlijk stemmetje waarmee je jezelf kan overtuigen of juist demotiveren. NLP is aan te leren door middel van een heleboel cursussen.
- Het constructivisme stelt dat iedereen zijn eigen verhaal construeert door middel van verhalen over een bepaalde gebeurtenis.
- De attributietheorie zegt dat iedereen een betekenis geeft aan bepaalde zaken. Zo kan de een zijn succes toeschrijven aan zichzelf terwijl een ander hetzelfde succes toeschrijft aan een ander.
Positieve psychologie
De positieve psychologie stelt dat we ons altijd moeten richten op de dingen die goed gaan, dus op positieve dingen. Vaak zijn we geneigd om de negatieve dingen te benoemen. Volgens de positieve psychologie die nu erg in opkomst is krijgen we energie van positieve ervaringen en gevoelens en daardoor belanden we in een positieve spiraal.