IQ scores: een tabel
IQ tests beogen een schatting te geven van iemands intelligentie. Deze tests geven een uitslag in de vorm van een getalletje. Maar wat betekent zo'n getalletje nou eigenlijk? In dit artikel een tabel die aangeeft hoe vaak bepaalde IQ scores in de populatie voorkomen, plus een korte uitleg over de betekenis van die scores. Hoe zeldzaam is jouw IQ?
IQ tests en percentielscores: Een uitleg
Het doel van een IQ test is om een indicatie van iemands intelligentie te geven. De uitslag van zo'n test, het IQ cijfer, is dan ook slechts een schatting van iemands ware intelligentie. Geen enkele test meet intelligentie perfect! De uiteindelijke score op een IQ test hangt af van je prestaties in vergelijking met anderen. IQ tests worden bij grote referentiegroepen afgenomen. Deze groepen bestaan uit verschillende mensen met verschillende achtergronden en leeftijden. Als je vervolgens die test maakt, wordt je score afgemeten aan de scores van die referentiegroep. Hoe meer vragen je goed hebt ten opzichte van de rest, hoe beter je scoort.
Verdeling IQ
IQ | Categorie |
160+ | Exceptioneel begaafd/geniaal |
145-160 | Zeer hoogbegaafd |
130-145 | Hoogbegaafd |
120-129 | Begaafd |
110-119 | Bovengemiddeld |
90-109 | Gemiddeld |
80-89 | Benedengemiddeld |
70-79 | Zwakbegaafd |
50-69 | Licht verstandelijk beperkt |
35-49 | Matig verstandelijk beperkt |
25-34 | Ernstig verstandelijk beperkt |
Hoe zeldzaam is mijn IQ?
Je score ten opzichte van de rest heet percentielscore. Een percentielscore van 45% betekent dat 45% van de referentiegroep een slechtere of een gelijke score behaald heeft. 55% deed het dus beter. Een percentiel van 98 betekent dat maar 2% hoger scoorde, en 98% lager. Uit die percentielscores wordt het IQ berekend. IQ scores zijn gekoppeld aan percentielscores. Bij de meeste tests is een IQ van 131 bijvoorbeeld gekoppeld aan een percentiel van 98. IQ's zijn normaal verdeeld. Dat betekent dat de meeste mensen rond het gemiddelde scoren. Heel hoge of lage IQ's zijn erg zeldzaam.
Wat betekent een IQ score voor je functioneren?
IQ scores worden vaak onderverdeeld in categorieën. Een IQ van 101 valt bijvoorbeeld in de categorie 'gemiddeld' en een IQ van 123 valt in de categorie 'begaafd'. Deze categorieën lopen in elkaar over. Er zijn geen 'harde' grenzen. In sommige gevallen redt iemand die in de categorie 'zwakbegaafd' valt (IQ 75) zich beter dan iemand met een IQ van 85. Toch zullen mensen in de ene categorie door de bank genomen anders functioneren dan mensen in de andere categorie.
Verstandelijk gehandicapten
Mensen met een IQ van onder de 35 zijn ernstig verstandelijk gehandicapt. Deze mensen hebben zeer veel hulp nodig bij dagelijkse verzorging, zoals in bad gaan. Taal is maar beperkt aanwezig. Vaak praten deze mensen helemaal niet. Ook mensen met een matige verstandelijke beperking (IQ-35-49) hebben ondersteuning nodig bij de dagelijkse dingen. Toch zijn zij wel iets zelfstandiger. Vaak hebben ze geleerd zichzelf aan en uit te kleden. Mensen in deze groep kunnen meestal ook duidelijk maken wat zij willen. Licht verstandelijk gehandicapten (IQ 50-70) kunnen met een beetje hulp zelfstandig wonen. Vaak hebben ze wel extra begeleiding nodig bij school of werk. Zwakbegaafden (IQ 70-80) leiden meestal een redelijk zelfstandig leven. Wel moeten ze veel moeite doen om het tempo op school bij te benen. Ook wordt er soms misbruik gemaakt van hun goedgelovigheid.
Gemiddeld intelligente mensen
Mensen die rond het gemiddelde zitten vormen de grootste groep in de maatschappij. Zijn gaan naar gelang hun intelligentie en belangstelling, naar het vmbo, havo of vwo. De beenedengemiddelde groep zal vaak iets harder moeten werken voor school. De bovengemiddelde groep heeft het wat dat betreft makkelijker. Zij komen vaker op de havo of het vwo terecht.
(Hoog)begaafden
Boven de 120 ben je begaafd, boven de 130 zelfs hoogbegaafd. Hoogbegaafde en begaafde mensen kunnen makkelijk leren, maar ervaren soms ook de keerzijde van een hoge intelligentie. Ze begrijpen alles snel, waardoor het tempo in de klas voor hen vaak te traag gaat. Hierdoor kunnen ze hun interesse in school verliezen, en gaan onderpresteren. Ook bestaat het gevaar dat ze zich eenzaam gaan voelen, omdat ze soms afwijkende interesses hebben. Hoogbegaafde kinderen worden vaak niet begrepen door hun leeftijdgenootjes, die verstandelijk een stuk 'jonger' zijn. Vanaf een IQ van 145 ben je zeer hoogbegaafd. De verwachting is dan, dat je tot zeer hoge prestaties kan komen. Kán, want zeer hoogbegaafden wijken nog meer af van het gemiddelde dan 'gewone' hoogbegaafden. Het is aannemelijk dat zij de nadelen van hun begaafdheid nog sterker ervaren, en daardoor een hoger risico lopen gedemotiveerd te raken. Een IQ van 145+ is dus geen garantie voor succes. Met een IQ van boven de 160 mag je jezelf geniaal noemen. Sommige mensen plaatsen vraagtekens bij deze onderverdeling in hoogbegaafdheid. IQ tests zijn onbetrouwbaar als het om hogere scores gaat, dus het is de vraag of het verschil tussen een IQ score van 140 en 150 echt iets over de intelligentie van een persoon zegt.
Lees verder