Wat is een rijksbegroting?
Een rijksbegroting is te vergelijken met het huishoudboekje binnen een gezin. Jaarlijks wordt de rijksbegroting gepresenteerd op Prinsjesdag voor het jaar daarna.
Op de derde dinsdag in september is het Prinsjesdag. De minister van Financiën presenteert ons dan een koffertje waar de financiële huishouding uit blijkt voor het volgende kalenderjaar, dit is de zogenaamde Miljoenennota. Dit is niet alleen een plan van het ministerie van Financiën, maar de begroting bevat ook deelbegrotingen van alle andere ministeries. De minister van Financiën biedt de plannen aan namens de regering. Het gepresenteerde plan op Prinsjesdag is nog niet gereed om doorgevoerd te worden. Het geheel moet nog worden goedgekeurd door de Eerste en de Tweede Kamer. Het deel van de Tweede Kamer die niet in de regering zitten moeten de plannen ook goedkeuren, hetgeen een lastige issue kan zijn.
Wat gebeurt er met de plannen na Prinsjesdag?
De plannen zijn wetsvoorstellen die vanaf dat moment besproken moeten worden en moeten worden goedgekeurd op korte termijn, zodat de plannen per 1 januari van het opvolgende jaar uitgevoerd kunnen worden. De plannen bevat verschillende “artikelen” met ieder een beleidsdoel van de regering. De plannen moeten daarna ook nog geëffectueerd worden, waardoor het niet wenselijk is dat de plannen pas eind december akkoord worden bevonden. De Belastingdienst moet over het algemeen altijd wel aanpassingen doorvoeren. Twee keer in het jaar is er een moment ingebouwd om te controleren of de begroting nog volgens de planning verloopt. Dit vindt plaats in de Voorjaarsnota en in het najaar nog in de Najaarsnota. Indien noodzakelijk kan de begroting dan nog bijgestuurd worden op enkele punten.
Wie maakt de rijksbegroting?
Per ministerie worden deze gemaakt door de betreffende ministers. Iedere ministerie heeft een minister die de eindverantwoordelijkheid draagt van zijn ministerie. Alle ministeries maken begrotingsvoorstellen voor hun eigen ministerie en worden één begrotingsvoorstel voor het geheel. Hierin staat omschreven hoeveel geld zij het komende jaar nodig denken te hebben.
Veranderingen in de voorstellen
De Eerste en de Tweede Kamer moeten nog oordelen over de plannen. De Tweede Kamer heeft nog de mogelijkheid om wijzigingen in de plannen aan te brengen. Nadat de Tweede Kamer de plannen heeft goedgekeurd heeft de Eerste Kamer nog de mogelijkheid om de plannen af te keuren of goed te keuren. Indien zij deze afkeuren, moeten de plannen terug naar de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft niet de mogelijkheid om wijzigingen in de plannen aan te brengen.
Wie houdt het budget in de gaten?
De eindverantwoordelijke is de minister van Financiën, hij ziet er ook op toe dat de middelen worden uitgegeven conform plan en dat ze passen binnen het budgettaire beleid. Aan hem moeten ook alle plannen met financiële gevolgen worden voorgelegd. De ministeries geven maandelijks een financieel verslag van de begrotingsuitvoering. In het geval het budget niet voldoende blijkt te zijn, moet er een aanvullende begroting (suppletoire begroting) worden gemaakt.
Verantwoordelijkheid afleggen
Uiterlijk op 14 maart moeten de ministeries jaarlijks een jaarverslag opsturen naar de minister van Financien. Op basis van deze stukken wordt de rijksjaarverslag samengesteld. De Algemeen Rekenkamer moet het Financieel Jaarverslag van het Rijk nog goedkeuren, waarna het terug gaat naar de Eerste en de Tweede Kamer.