Presidentsverkiezingen Amerika: onafhankelijke kandidaten
In de Verenigde Staten worden elke vier jaar in november presidentsverkiezingen gehouden. De meeste aandacht gaat in de aanloop naar die verkiezingen uit naar de kandidaten voor de twee grootste partijen, de Democraten en de Republikeinen. Desondanks doen al decennia lang kleine partijen en onafhankelijke kandidaten mee aan de presidentsverkiezingen. Het bekendste voorbeeld van een onafhankelijke kandidaat is Ralph Nader (foto) die viermaal meedoet. In de jaren negentig doet zakenman en miljonair Ross Perot tweemaal een gooi naar het presidentschap terwijl zanger en rapper Kanye West in 2020 als onafhankelijk kandidaat in de verkiezingsrace stapt. Wie zijn deze onafhankelijke kandidaten en welke de kleine partijen?
Presidentsverkiezingen Amerika
De Amerikaanse presidentsverkiezingen worden elke vier jaar gehouden. De verkiezingsdag voor de federale verkiezingen is altijd een dinsdag, namelijk de eerste dinsdag na de eerste maandag in november. In 2020 is dinsdag 3 november ‘election day’ in de Verenigde Staten en kunnen de Amerikanen hun 46e president kiezen uit vijf kandidaten:
- Joe Biden (namens de Democraten);
- Donald Trump (Republikeinen);
- Jo Jorgensen (Libertarische Partij);
- Howie Hawkins (Groenen);
- Kanye West (onafhankelijk kandidaat).
Andere kandidaten dan de Democratische en Republikeinse
Elke vier jaar ligt de nadruk bij deze verkiezingen op de kandidaten van de twee grote partijen, de Democraten en de Republikeinen. De indruk zou kunnen ontstaan dat alleen uit deze partijen kan worden gekozen terwijl de afgelopen decennia telkens ook kleine partijen hebben meegedaan. De verkiezingsresultaten in percentages van deze partijen zijn doorgaans marginaal maar af en toe zijn er uitzonderingen en weet een onafhankelijk kandidaat 13 of zelfs 19 procent van de kiezers aan zich te binden. Naast een onafhankelijke kandidaat kan in 2020 worden gestemd op de Libertarische Partij (sinds 1972) of de Groenen (sinds 1996).
Libertarische Partij - Jo Jorgensen
De Libertarische Partij (Libertarian Party) wordt in 1971 door David Nolan opgericht en doet sinds 1972 telkens aan de Amerikaanse presidentsverkiezingen mee. In 2020 is Jo Jorgensen hun kandidaat; in 1996 is zij vice-presidentskandidaat namens de partij naast kandidaat Harry Browne. De voorgaande twee verkiezingen is Gary Johnson kandidaat voor de Libertarische Partij. In 2016 weet Johnson 3,26 procent van de stemmers binnen te halen, in werkelijke aantallen (ruim 4,1 miljoen stemmers) het beste resultaat ooit van deze, naar eigen zeggen, derde partij van de Verenigde Staten. De partij is opgericht uit onvrede over de Democraten en de Republikeinen die volgens de Libertariërs de rechten en de vrijheden van de Amerikaanse burgers steeds verder inperken. Het libertarisme streeft naar politieke vrijheid en zelfbestuur waarbij het motto in de Verenigde Staten van deze niet-linkse en niet-rechtse partij is ‘The Party of Principle’, partij van de principes. In Nederland bestaat sinds 1993 een Libertarische Partij.
Groene Partij - Howie Hawkins
De Green Party of the United States (GPUS) wordt in 1991 opgericht als opvolger van een federatie van groene partijen. De Groenen hebben hun standpunten ondergebracht in zogeheten ‘key values’ waaruit blijkt dat de partij onder meer streeft naar vrede en geweldloosheid, milieubewust is, zich richt op de toekomst en duurzaamheid. Vakbondsleider en milieu-activist Howie Hawkins doet namens de Groenen mee aan de verkiezingen.
Onafhankelijk kandidaat - Kanye West
Hoewel hij al in 2015 laat doorschemeren in 2020 mee te willen doen aan de Amerikaanse presidentsverkiezingen, maakt zanger en rapper Kanye West via Twitter pas op 4 juli 2020 bekend zich daadwerkelijk kandidaat te stellen. Als 'running mate' kiest hij voor Michelle Tidball, een predikant uit Wyoming. Door West's late bekendmaking staat zijn naam niet op de stembiljetten van het overgrote deel van de vijftig Amerikaanse staten met als gevolg dat hij slechts in een klein aantal (tien) staten verkiesbaar is. West steunt een consistente levensethiek, een grondbeginsel van de christen-democratie, en verzet zich tegen abortus en de doodstraf.
Andere presidentskandidaten uit het recente verleden
Ralph Nader
Ralph Nader (1934), in de jaren zestig en zeventig bekend als activist voor consumenten- en burgerrechten, doet viermaal mee aan de presidentsverkiezingen; tweemaal voor de Groenen (in 1996 en 2000) en tweemaal als onafhankelijk kandidaat (in 2004 en 2008). De beste score behaalt Nader in 2000 als hij 2,7 procent van de stemmen weet binnen te halen. In werkelijkheid vertegenwoordigen die 2,7 procent meer dan 2,8 miljoen kiezers. Het verschil tussen de uiteindelijke winnaar, de Republikein George W. Bush, en zijn Democratische opponent Al Gore is slechts 544.000 stemmen. Er wordt gesuggereerd dat Nader in 2000 veel stemmers bij Al Gore weggehaald zou hebben waardoor deze Democratische presidentskandidaat de verkiezingen uiteindelijk verloor.
Ondanks verzoeken van de Democraten om, gezien hun ervaringen bij de verkiezingen van 2000, in 2004 niet mee te doen is Ralph Nader ditmaal als onafhankelijk kandidaat op de stembiljetten te vinden. Hij behaalt, evenals in 2008, een half procent van de stemmen.
Ross Perot
Ross Perot (1930-2019) is een Amerikaans zakenman en miljardair die zowel in 1992 als in 1996 presidentskandidaat is. De eerste maal is dat als onafhankelijk kandidaat, de tweede maal namens de door hemzelf in 1995 opgerichte Reform Party. Perot start in 1962 het bedrijf EDS (Electronic Data Systems) waarvan ook de Amerikaanse overheid gebruikmaakt. In 1984 verkoopt hij zijn bedrijf aan General Motors; vier jaar later richt hij het informatietechnologiebedrijf Perot Systems op dat in 2009 voor 3,9 miljard dollar door computerfabrikant Dell wordt overgenomen.
In 1992 staat Perot op de stembiljetten van elke Amerikaanse staat en weet hij 19 procent van de stemmen binnen te halen (19,7 miljoen kiezers), het hoogste aantal ooit voor een onafhankelijk kandidaat. Theodore Roosevelt is in 1912 de enige kandidaat namens een ‘derde partij’ (naast de Democraten de Republikeinen) die met 27,4 procent als lijsttrekker voor de Progressive Party meer kiezers achter zich weet te krijgen. Een zeer succesvolle voorganger van Perot als onafhankelijk kandidaat is George Wallace die bij de presidentsverkiezingen van 1968 13,5 procent van de stemmers binnenhaalt.
Pat Buchanan
Pat Buchanan (1938) verliest in 1996 de nominatie voor de Republikeinen; Bob Dole wordt genomineerd maar legt het met een verschil van 8,5 procent af tegen de uiteindelijke president Bill Clinton. Buchanan staat bekend als conservatief en is een voorstander van isolationisme en protectionisme. In 2000 krijgt hij de nominatie voor de Reform Party als opvolger van Ross Perot. Haalt Perot in 1996 nog 8,4 procent van de stemmen, Buchanan komt in 2000 niet verder dan 0,4 procent.
Overzicht presidentskandidaten vanaf 1968
In onderstaand overzicht zijn de presidentskandidaten opgenomen die vanaf 1968 minstens 0,4 procent van de stemmen binnenhalen. De cijfers tussen haakjes geven het percentage in procenten weer. Het jaar 1984 is niet vermeld omdat naast de kandidaten Walter Mondale (Democraten) en Ronald Reagan (Republikeinen) geen enkele kandidaat van de kleinere partijen tenminste 0,4 procent van de stemmen haalt. Dat jaar doen veel partijen mee: de Libertarische Partij, Citizens Party, Populist Party, New Alliance Party, Workers World Party, Socialist Workers Party en The Communist Party.
Verkiezingsjaar | Kandidaten Democraten | Kandidaten Republikeinen | Kandidaten andere partijen |
2020 | Joe Biden | Donald Trump | Jo Jorgensen (Libertarische Partij);
Howie Hawkins (Groenen);
Kanye West (onafhankelijk kandidaat) |
2016 | Hillary Clinton (48,1) ¹ | Donald Trump (46) | Gary Johnson (Libertarische Partij; 3,2)
Jill Stein (Groenen; 1) |
2012 | Barack Obama (51) | Mitt Romney (47,2) | Gary Johnson (Libertarische Partij; 1) |
2008 | Barack Obama (52,9) | John McCain (45,7) | Ralph Nader (Onafhankelijk; 0,6)
Bob Barr (Libertarische Partij; 0,4) |
2004 | John Kerry (48,3) | George W. Bush (50,7) | Ralph Nader (Onafhankelijk; 0,4) |
2000 | Al Gore (49,1) ¹ | George W. Bush (48,5) | Ralph Nader (Groenen; 2,7)
Pat Buchanan (Reform Party; 0,4) |
1996 | Bill Clinton (49,2) | Bob Dole (40,7) | Ross Perot (Reform Party; 8,4)
Ralph Nader (Groenen; 0,7)
Harry Browne (Libertarische Partij; 0,5) |
1992 | Bill Clinton (43) | George H.W. Bush (37,5) | Ross Perot (Onafhankelijk; 18,9) |
1988 | Michael Dukakis (45,6) | George H.W. Bush (53,3) | Ron Paul (Libertarische Partij; 0,5) |
1980 | Jimmy Carter (41) | Ronald Reagan (50,7) | John B. Anderson (Onafhankelijk; 6,6)
Ed Clark (Libertarische Partij; 1,1) |
1976 | Jimmy Carter (50) | Gerald Ford (48) | Eugene McCarthy (no party; 0,9) |
1972 | George McGovern (37,5) | Richard Nixon (60,7) | John G. Schmitz (Onafhankelijk; 1,4) |
1968 | Hubert Humphrey (42,7) | Richard Nixon (43,4) | George Wallace (Onafhankelijk; 13,5) |
¹ Vanwege het Amerikaanse systeem met de 538 kiesmannen is het mogelijk dat de kandidaat die bij de presidentsverkiezingen de meeste stemmen binnenhaalt toch niet de verkiezingen en het presidentschap wint. In de recente geschiedenis is dat tweemaal voorgekomen:
- In 2000 stemmen 543.895 meer Amerikaanse kiezers op Democraat Al Gore dan op Republikein George W. Bush; Bush krijgt 271 kiesmannen tegenover 266 voor Gore.
- In 2016 wint Donald Trump de verkiezingen met 304 kiesmannen; Clinton krijgt slechts 227 kiesmannen maar trekt 2.865.075 meer kiezers dan haar opponent (65.844.854 voor Clinton tegenover 62.979.879 voor Trump).
Lees verder