Kinderen met ODD - in de klas

Kenmerken van ODD
Volgens het handboek dat wereldwijd door psychiaters wordt gebruikt (DSM-IV), heeft een kind ODD als vier of meer van de onderstaande symptomen worden waargenomen, en dit gedrag langer dan vier maanden aanhoudt;- wordt vaak driftig
- gaat vaak met volwassenen in discussie
- verzoeken of regels van volwassenen worden bewust overtreden of genegeerd
- kliert andere mensen/kinderen
- geeft anderen de schuld van zijn of haar fouten en misdragingen
- wordt snel boos of raakt snel geïrriteerd door anderen
- is vaak boos en lichtgeraakt
- is vaak hatelijk en wraakgierig
Tijdens de kleuterjaren vertonen alle kinderen perioden met agressief gedrag. Maar door de toenemende (taal)ontwikkeling leert het kind zijn gevoelens en gedachten te uiten, waardoor het agressieve gedrag af neemt. Als het kind naar de basisschool gaat, valt het afwijkende gedrag steeds meer op. Elk kind geeft zijn ouders weleens een grote mond, of slaat een ander kind. Maar bij ODD is dit gedrag constant aanwezig.
Meer informatie over ODD
CD
De gedragsstoornis veroorzaakt beperkingen op sociaal gebied, op school of op het werk. Als het niet tijdig wordt herkend, bestaat een kans dat het kind CD ontwikkelt. Dan is het kind agressief naar mensen en dieren, vernielt opzettelijk, gaat stelen, liegen, et cetera.Op school
Aanpassingen van de leerstof- Voldoende uitdagingen bieden.
- Verdeel de leerstof in kleine, overzichtelijke stapjes.
Leer- en hulpmiddelen
- Bied een duidelijke structuur aan.
- Zorg voor een voorspelbare leeromgeving.
- Zorg voor veiligheid, orde en regelmaat.
- Zorg voor structuur en vaste routines.
- Maak een planning voor elke dag.
Houding
- Tolereer geen geweld.
- Laat het kind de energie gebruiken in een sport.
- Breng structuur aan.
- Laat het kind helpen in de klas met klusjes.
- Vertel van te voren duidelijk wat de bedoeling is.
- Zorg voor korte, gestructureerde momenten.
- Leer het kind samenwerken.
- Voorzie alles van duidelijke instructies (tijd, opdracht, manier van uitvoeren, et cetera).
Pedagogische benadering en opmerkingen
- Eis nooit meer dan haalbaar is.
- Zorg dat je krijgt wat je eist.
- Corrigeer extreem gedrag meteen.
- Relativeer.
- Leer het kind relativeren.
- Zorg voor regelmatige feedback.
- Wees duidelijk in wat je van het kind verwacht.
- Zorg voor de nodige afstand, maar bied wel een veilige en vriendelijke relatie.
- Leer het kind rekening te houden met de omgeving.
- Leer het kind om zich in anderen te verplaatsen (empathie).
- Zorg voor voldoende waardering en respect.
- Vertel duidelijk de consequenties, zowel positief als negatief.
- Zorg voor leuke momenten op een dag.
- Zorg voor herhaling.
- Evalueer de goede en minder goede dingen op een rustig moment.
- Zorg voor duidelijke afspraken en regels.