Hechting van kinderen zorgt voor een goede opvoedingsrelatie
De periode vanaf de geboorte tot aan het zesde jaar van het kind is de meest kwetsbare periode in een mensenleven. In deze periode ontstaat een hechtingsrelatie met een of meerdere volwassenen, die zorgt voor de juiste ontwikkeling van een kind. Deze hechtingsrelatie zorgt ook voor een opvoedingsrelatie. Door een goede hechtingsrelatie in de eerste levensjaren, ontwikkelt een kind zich tot een goed functionerende volwassene in onze samenleving.
Hechting van kinderen
Een van de belangrijkste zaken in de ontwikkeling van een mens is de hechting in de vroege kinderjaren. Een kind dat niet de mogelijkheid zich te hechten aan één of meerdere volwassenen, zal daar zijn of haar hele leven lang een probleem mee hebben en houden.
Vaardigheden die een kind moet leren om goed te functioneren als volwassene
- Ontwikkelen van een hechtingsbekwaamheid.
- Controle leren hebben over driften en impulsen.
- Het leren vormen van een geweten.
- Ontwikkelen van eigen kundigheden.
- Ontwikkeling van probleemoplossend vermogen.
- Verantwoordelijk leren zijn voor zichzelf en anderen.
- Relaties kunnen aangaan en onderhouden.
Deze vaardigheden zijn per leeftijd verschillend. Een kind moet het gevoel hebben te kunnen wat gevraagd wordt en zal de leiding accepteren. Het moet dus vertrouwen hebben in zichzelf en de ander.
Het vertrouwen in zichzelf en de ander zijn de twee basisvoorwaarden voor de persoonlijkheidsontwikkeling.
Totstandkoming van hechting
Afhankelijkheid en vertrouwen
Om te overleven zal een jong kind zich van nature willen hechten. Een klein kind is afhankelijk van de volwassenen om zich heen. Het wil die volwassenen bij zich hebben en houden. Als de volwassenen daarop ingaan, voelt een kind zich prettig en gaat ervaren dat die volwassenen te vertrouwen zijn. Het kind voelt zich begrepen en gaat reageren. Het begint te lachen, steekt zijn handjes uit en dat roept bij een volwassene positieve gevoelens op.
Hechtingspersonen
De volwassenen die altijd in de buurt zijn, worden de hechtingspersonen voor het kind, het kind zal vertrouwen ontwikkelen.
Het ontwikkelen van vertrouwen en eigenwaarde
- Het kind durft te gaan rekenen op de volwassene(n). Er ontstaat vertrouwen.
- Daardoor ontstaat bij het kind ook vertrouwen in zichzelf.
- Het kind ontwikkelt eigenwaarde.
- De vanzelfsprekende aanwezigheid van de volwassene(n) zorgt ervoor dat het kind zich durft te ontwikkelen zonder angst. Het gaat zijn gedrag afstemmen op de volwassene(n). Het geweten wordt ontwikkeld.
- Ook de volwassene stemt af op het kind: hij geeft liefde, leiding en aandacht.
Professor Doctor Carlo Schuengel
Professor Schuengel is hoogleraar orthopedagogiek, sectie ontwikkelingspedagogiek op de Vrije Universiteit van Amsterdam.
Hij is gespecialiseerd in: gehechtheid, gedesorganiseerde gehechtheid, kindermishandeling, ouderfunctioneren, residentiële behandeling, gehechtheid bij adolescenten.
De zes hechtingskenmerken volgens Schuengel
- Het kind richt zich op een persoon, de hechtingspersoon (dit is niet noodzakelijkerwijs de eigen ouder).
- De relatie heeft duurzaamheid.
- Het is een emotionele relatie.
- Het kind verlangt naar de nabijheid van deze persoon.
- Verdriet en/of boosheid ontstaat bij de verbreking van dit contact.
- Bij deze persoon wordt bij voorkeur troost gezocht.
Verwaarlozing
De twee vormen van verwaarlozing gaan meestal samen: de affectieve verwaarlozing (onvoldoende aandacht en liefde) en de pedagogische verwaarlozing(veiligheid, verzorging, kleding en medische zorg). Door verwaarlozing treedt geen hechting op. Het kind kan voedingsproblemen krijgen, een ontwikkelingsachterstand, sociale problemen of kan apatisch worden.
Beschadiging
De ontwikkeling van het kind kan beschadigd worden:
- Het kind kan achterblijven in cognitieve- en taalontwikkeling.
- Het kind kan niet of moeilijk spelen.
- De lengtegroei kan achterblijven.
- De persoonlijkheid van het kind wordt gevoelsarm. Het aangaan van een relatie is moeizaam.
- Het kind ontwikkelt een gebrekkig geweten.
Het ontstaan van een trauma
Een trauma ontstaat als iemand bedreiging en/of gevaar niet het hoofd kan bieden. Men krijgt het gevoel van totale machteloosheid. Na een trauma ontstaat vaak
PTSS, een posttraumatische stressstoornis.
De symptomen zijn:
- Verhoogde waakzaamheid, slaapproblemen, concentratieproblemen, woede-uitbarstingen en schrikreacties.
- Vermijden van alles dat verwijst naar het trauma, vermindering van gevoelens.
- Herbeleving van het trauma in nachtmerries of gedrag.
Kinderen zijn kwetsbaarder dan volwassenen en zullen zich dus ook niet snel herstellen na een trauma. Zij brengen ook niet alles onder woorden wat ze meegemaakt hebben. Kinderen uiten dat vaak in hun gedrag.
Lees verder