Help uw kind een verantwoorde beroepskeuze te maken
Een goede beroepskeuze maken is niet gemakkelijk. Toch is dat nodig als men tenminste niet een paar maal wil wisselen van opleiding om uiteindelijk de passende opleiding wil vinden. Vooral jonge kinderen hebben vaak een heel geromantiseerd beeld van bepaalde beroepen. In hun spel komt dat vaak maar al te goed naar voren. Jongens willen graag piloot, treinmachinist, dokter of vrachtwagenchauffeur worden. Meisjes spelen vaak al vroeg schooltje, moedertje of verkoopster. Daar is niets mis mee, maar als ze iets later echt voor een beroepskeuze staan, moeten ze wel weten wat dat beroep inhoudt en welke studie daarbij past. Jongens, die architect willen worden, komen er pas op de universiteit achter dat dit een opleiding is, die vaak meer met kunst, dan met de realiteit van de bouw te maken heeft. Zo zijn er nog wel meer voorbeelden.
Elk beroep heeft leuke en minder leuke kanten
Geen enkel beroep levert een droombaan. Elk beroep heeft leuke werkzaamheden en minder leuke werkzaamheden. In een baan als leraar heeft men bijvoorbeeld veel leuke contacten met leerlingen en kan iets voor hen betekenen in hun opvoeding en opleiding. Aan de andere kant kan de jeugd ook enorm lastig en brutaal zijn en krijgt de leraar soms te maken met agressiviteit van een leerling en soms zelfs met de ouders. Ook op internet kan een leraar soms veel last van leerlingen hebben, die filmpjes of negatieve, vaak ook onrealistische en verkeerde informatie, over hem/haar online zetten.
Bekijk waar uw kind goed in is
Kan uw kind goed leren, is het geïnteresseerd in zijn omgeving en behaalt het op school goede resultaten, dan ligt een vervolgstudie voor de hand. Heeft het kind matige punten, maar is het heel handig en actief, dan is een studie, waarin het zich ook praktisch kan ontwikkelen een goede keuze in die richting. Kijk daarom goed naar uw kind, naar zijn/haar interesses en probeer op te merken waar het goed in is en waarin juist niet.
Praat met het kind over een beroepskeuze
Sommige kinderen weten al heel vroeg wat ze willen worden. De een tekent huizen bij de vleet in allerlei soorten en maten en zegt dat het huizen bouwen leuk vindt. De ander is niet van de computer weg te slaan en programmeert al op tienjarige leeftijd de gekste programmaatjes en spelletjes voor vriendjes. Dergelijke kinderen zijn voor ouders natuurlijk de gemakkelijkste, waar het de beroepskeuze aangaat. Ze hebben hooguit nog wat sturing nodig bij de weg die ze moeten volgen om bij het beroep van hun keuze uit te kunnen komen.
Kinderen die twijfelen over de beroepskeuze
Kinderen die twijfelen en niet weten welke richting ze op willen, moeten via gesprekken en een test geholpen worden. Weet het kind wel ongeveer wat het wil, maar is het allemaal nog steeds niet helder? Zorg dan dat het informatie krijgt over de verschillende mogelijkheden in die studierichting. Ook het laten ondergaan van een beroepskeuzetest is dan een verstandige maatregel.
Goed in wiskunde, biologie of aardrijkskunde
Een kind dat goed in wiskunde, biologie en aardrijkskunde is behoort niet alleen informatie over het leraarschap te krijgen, maar ook bijvoorbeeld over een baan in het bedrijfsleven, een studie economie, het doorstuderen in een van de genoemde richtingen en de beroepen die daardoor bereikbaar worden. Dan kan zelfs het beroep van een echte onderzoeker aan een van de universiteiten tot de mogelijkheden behoren.
Gebiologeerd door het weer
Een kind dat plezier heeft in het weer, de stand van de sterren en de maan, daar boeken over leest en er zeer geïnteresseerd in is, moet niet alleen informatie krijgen over een baan als meteoroloog bij een weerstation of op een vliegveld, maar ook over een baan als sterrenkundige. Praat met het kind over zijn interesse. Kom er vooral achter of het een tijdelijke bevlieging is, of een echte bevlogenheid, die niet een paar weken, maar een paar jaar aanhoudt.
Mogelijkheden om te stimuleren
Geef het bijvoorbeeld een weerstation met zijn verjaardag. Bespreek het weer en de mogelijke specialiteiten daarvan. Ga met een dergelijk kind bijvoorbeeld ook naar een planetarium. Probeer de interesse en de weetgierigheid te voeden met informatie. Het kind zal op die manier sneller weten of het daar later zijn beroep van wil maken of niet.
Studeren in de richting van de capaciteiten
Kinderen die studeren in de richting van hun interesse en capaciteiten wisselen meestal niet tijdens hun studie naar een andere richting. Dat spaart geld en energie, zowel van hen als van u als ouders. Sommige ouders willen hun kind graag dezelfde beroepsrichting op zien gaan als de richting die zij ooit zelf gekozen hebben, maar het is niet verstandig om het kind daar met zachte dwang naar toe te leiden.
Een leven lang met tegenzin naar het werk gaan
Bescherm uw kind tegen een leven lang werken in het verkeerde beroep. Als de onderlinge band goed is zullen kinderen hun ouders graag een plezier doen, maar als de beroepskeuze niet hun eigen keuze is, zullen zij later dag in dag uit werken in een beroep dat ze niet echt leuk vinden. Ook de studie zal hen niet zo gemakkelijk afgaan als een studie in de richting van hun interesse. Elk kind is uniek en moet het recht hebben om een eigen keuze te maken.
Help mee om zinnige studierichtingen voor uw kind te zoeken
Help uw kind bij het zoeken naar een studierichting waar toekomst in zit. Sommige studierichtingen leiden op voor banen in een luxe onderdeel van onze samenleving. Dat is geen probleem, zolang de bomen tot in de hemel leiden, maar als er bezuinigd moet worden, vallen die luxe banen als eerste weg. Studies in de toeristenbranche, de vrijetijdsbesteding, schoonheidsverzorging en kunst leveren in krappe tijden weinig of geen banen op. Aanverwante studies, zoals pedicure (gezondheid), bezigheidstherapie of logistiek kunnen echter ook in krappere tijden nog doelmatig zijn. Zorg dus dat uw kind met zijn beroep een toekomst heeft.
Aanverwante studierichtingen
Wil uw kind toch een opleiding in de kunst of in een richting waar u hem of haar later niet een goed salaris ziet verdienen, kijk dan eens rond naar aanverwante richtingen, waarvoor het kind later eventueel een (veelal kortere) cursus kan volgen voor het geval het later geen baan vindt. Op die manier bent u dan gerustgesteld en het kind kan de studierichting van zijn/haar interesse volgen.
Binnen een en dezelfde studie zijn er ook diverse verantwoorde mogelijkheden
Meestal zijn er op een bepaald studieniveau verschillende richtingen die men naderhand nog in kan slaan. Veel mensen zijn immers momenteel met een heel ander (maar vaak aanverwant) beroep bezig, dan waar ze in eerste instantie voor gekozen en gestudeerd hebben.
U hoeft u geen zorgen te maken voor de toekomst
Tijdens de middelbare schoolperiode zien de meeste kinderen het nut van studeren nog niet in. Ze moeten in die periode dan ook gecontroleerd worden. Niet alleen door de leraren, maar ook door hun ouders. Controle en toezicht op hun schoolprestaties is noodzakelijk. Als zelfs volwassen mensen beter presteren als hun baas in de buurt is, geldt dat immers zeker voor de meeste kinderen.
Kinderen zoeken hun eigen weg
Kinderen zijn echter net katten: ze komen uiteindelijk meestal op hun pootjes terecht. Help hen alleen hun eigen weg te vinden, zowel in het leven als in hun beroepskeuze, maar laat hen wel zelf kiezen. Dan heeft uw kind minder problemen met studeren en hebt u minder problemen met uw kind.