Jeugdherinneringen van Boudewijn de Groot
Voor Boudewijn de Groot zijn foto's de deur naar zijn herinneringen. Herinneringen aan hoe het vroeger was bij zijn ouders. Zwijgende mensen die veel meegemaakt hebben in de oorlog. Ooit zag hij in een droom zijn vader achter glas staan. Vader zei niets, maar omdat het glas ertussen zat had Boudewijn hem toch niet kunnen verstaan. Hij vond 'achter glas' een mooi thema voor een herdenkingsdienst, omdat ook de foto's van zijn moeder achter glas zitten.Zwijgen over het verleden
In de familie van Boudewijn de Groot werd altijd gezwegen over het verleden. Zijn vader heeft het jappenkamp overleefd, maar zijn moeder is in het laatste oorlogsjaar in kamp Tjideng overleden. Vader de Groot sprak sinds haar dood nooit meer over haar of over het verleden. De oorlogstijd was voor Boudewijn zijn baby-tijd. Ook in moeilijke tijden wordt een baby vaak goed beschermd. Zelfs in de meest gruwelijke omstandigheden beseffen mensen dat ze goed voor een baby moeten zorgen. Daar dankt Boudewijn dan ook zijn overleving aan. Het zusje van Boudewijn was als kind ijzersterk en zorgde goed voor haar broertjes. Zij had van moeder voor haar sterven in het kamp de opdracht gekregen om goed voor de andere kinderen te zorgen. Zij moest dus wel sterk zijn. Boudewijn weet dat zijn zus veel last heeft gehad van het gemis van moeder. Zij heeft hun moeder natuurlijk nog gekend. Ook Boudewijn mist zijn moeder erg, maar dat is het gemis van een moeder die hij niet kende. Zulk gemis is toch heel anders, meent Boudewijn.Familieleden
MoederWie zijn moeder is blijft voor Boudewijn een groot raadsel, dat hem toch altijd bezig blijft houden. Om meer te weten te komen is hij op internet naar informatie over zijn moeder gaan zoeken. Daar heeft hij alleen nog haar naam op de bootlijst van een schip van Indië naar Nederland kunnen vinden. Er stond: mej. S.E. Saueressig, op het ms. J.P. Coen. Verder kent hij zijn moeder alleen maar van de foto's die hij gekregen heeft. Een van die foto's is gesigneerd. Het is de foto waarop ze een balletjurk draagt. Ze staat zo verschillend op de foto's die Boudewijn van haar heeft dat het moeilijk voor hem is om een goed beeld van haar te krijgen. De dierbaarste foto is de foto waarop ze in een mooie balletpose staat en net een wit vlindertje lijkt.
Tantes
Beide zussen van zijn moeder heeft Boudewijn nog gekend. De ene zus was tante Sien, een Indisch ogende vrouw die in Nederland is komen wonen. De ander is tante Wies, die na de oorlog naar Australië is geëmigreerd.
Het babyboek
Alleen het babyboek van zijn zusje heeft de familie de Groot nog in haar bezit. In dit boek las Boudewijn dat zijn moeder gelovig was. Zijn zusje, broertje en hij zelf zijn alle drie Nederlands-hervormd gedoopt in Nederlands-Indië. Vader de Groot heeft zijn kinderen niet gelovig opgevoed.
Paardendeken
Op de bootreis van voormalig Nederlands Indië naar Nederland had Boudewijn een oude paardendeken gekregen. De deken was grijs met een witte streep. Daar sliep hij altijd onder en die moest overal met hem mee naartoe als hij ging slapen. Tot ver in de twintig bewaarde hij die deken als een kostbaar kleinood.Boudewijn's leven
Boudewijn is als jongen opgegroeid bij Haarlem. Toen hij daar eens op de markt liep, zag hij een koopman met tweedehands stripboeken en platen. Die man zag hij daarna elke week. Hij draaide singletjes op een pick-up. Toen heeft Boudewijn gedacht dat het geweldig zou zijn als zijn plaat gedraaid zou worden en iedereen zijn liedje kent. Niet lang daarna overkwam hem dat succes. Op zijn eenentwintigste jaar was hij in één klap beroemd samen met zijn vriend en tekstdichter Lennaert Nijgh.Boudewijn weet nog precies de plek en het moment dat hij voor het eerst op straat werd herkend, een dag na zijn eerste televisieoptreden. Die plek was het Jonas Daniël Meijerplein in Amsterdam. Hij liep toen naar zijn werk als magazijnbediende in de Bijenkorf. Een meisje liep er met haar moeder gearmd over straat en ze zei: "Mam, die jongen ken ik, die is op de televisie geweest!" Die herkenning door dat meisje voelde als een glorieus moment. "Dat ben ik", dacht Boudewijn, "ik ben beroemd, ze herkennen me op straat". Zijn hele repertoire heeft Boudewijn veel voldoening gegeven, want zijn muziek spreekt verschillende generaties nog altijd aan. Natuurlijk is hij trots op zijn vrouw, kinderen en kleinkinderen, maar dat spreekt voor zichzelf. Sommige dingen veranderen niet, ook niet wanneer je beroemd bent. Toch heeft hij nog altijd moeite met de onherroepelijkheid van sommige dingen.