Oorlogsjaren in de tropen
Niet veel Nederlanders weten dat het leven van een aantal landgenoten in de tropen een zware start kende. Nogal wat thans oudere Nederlanders, werden in het voormalige Nederlands Indie - als kind - door de Japanse bezetter afgevoerd naar interneringskampen (waaronder het kamp Tjideng) waar zij te nauwernood de drieenenhalf jaar gevangenschap overleefden.
Tewerkstelling aan de Birma-spoorweg
Veel jonge militairen, bestuursambtenaren en mannelijke burgers (veelal vaders van jonge gezinnen) werden op de dag dat de Japanners Java binnen vielen (01 maart 1942) gevangen genomen en als krijgsgevangene tewerkgesteld aan de Birma-spoorweg. Familie- en gezinsleden vreesden hen nooit meer te zullen terugzien.
Het interneringskamp Tjideng
Oudere mannen, vrouwen en kinderen werden eveneens gevangen genomen en naar de diverse interneringskampen afgevoerd. De oudere mannen werden naar de mannenkampen gebracht, de kinderen en de vrouwen werden bij elkaar in vrouwenkampen gezet. Een daarvan was kamp Tjideng. De kleine cellen in dit kamp hadden gaten in de muren met gordijntjes ervoor, die als deur en raam dienden. Meestal was er per cel slechts 1 bed, waar de volwassene op kon rusten. De kinderen sliepen veelal op hutkoffers, omdat het in de tropen te gevaarlijk was om op de grond te slapen. Dit in verband met het ongedierte.
Het veranderende kampbeleid
In het begin was kamp Tjideng nog zo groot dat de kinderen in de gelijknamige rivier konden spelen. Ook mochten de gevangenen zelf wat groenten verbouwen. Dikwijls werden simpele tomatenplantjes (die naast de huisjes groeiden) met veel liefde verzorgd. Helaas ontdekten de diverse tomatenplant-eigenaren dat de tomaten gestolen werden zodra ze bijna rijp waren. Het gevolg daarvan was dat dan maar de groene tomaten gegeten werden, waardoor de eters gekweld werden door een verschrikkelijke buikpijn.
'Streetwise' in Tjideng
Die betrekkelijke vrijheid duurde niet lang. Korte tijd later werd het de gevangenen verboden om nog groenten te verbouwen en het kamp werd telkens wat kleiner gemaakt. Overigens net zoals het eten, want ook de porties voedsel werden kleiner en kleiner. Soms ook kregen de gevangenen voor straf een aantal dagen geen eten en zo had iedereen voortdurend honger. Inventieve geesten spanden witte doeken aan de achterzijde van de huisjes in de hoop zo nog wat insecten te kunnen vangen, die vervolgens in hete olie gefrituurd werden. Geluksvogels konden zo hun rantsoen wat aanvullen. Ook werd er veel geknokt. Slimme jongetjes zorgden ervoor dat ze niet door de straten liepen waar de 'rotjongens' woonden. Bovendien paste iedereen erg goed op zijn eigen spulletjes en vooral op de etenswaren, waardoor er nog maar weinig gelegenheid was om van anderen te stelen. Als er honger heerst, dan is het ieder voor zich.
Angstige momenten
Vooral kinderen beleefden regelmatig angstige momenten wanneer Japanse bewakers hun moeders van hen weghaalden, omdat ze geveld waren door ziekte en naar het kampziekenhuis moesten. Ondermijnd door voedselgebrek kregen veel vrouwen ernstige longontsteking met dubbele pleuritis. De alleenstaande kinderen werden dan naar het kampweeshuis gebracht. Daar werden de meisjes en de jongetjes van elkaar gescheiden. Hele jonge kinderen hebben nog geen tijdsbesef. Het duurde voor hen oneindig lang, dat gevoel van verlaten door of afgezonderd te zijn van hun moeder. Velen voelden zich vreselijk eenzaam en waren bang dat hun moeder misschien helemaal niet meer zou terugkomen. Dat kwam vooral omdat hen niets verteld werd en ze hun moeder ook nooit te zien kregen in de maanden dat zij in het ziekenhuisje werden verpleegd of herstelden. Gelukkig werden veel kleintjes daarna met hun mama herenigd.
Honger stillen
De meeste moeders stonden erop dat hun kinderen sambal aten, omdat dat goed was voor hen. Verder aten ze sagopap, brood en rijstemeel. Onder een van de kampcommandanten, Sonei, kwam er nauwelijks nog groente het kamp binnen. Bij die kampcommandant volgde op ongehoorzaamheid of alleen al het vermoeden daarvan (bijvoorbeeld als men een verkeerde beweging maakte) direct slaag. Wanneer iemand het waagde om niet te groeten dan kreeg het hele kamp voor straf drie dagen geen eten. Bij volle maan werd Sonei nog sadistischer. Daarom werd er ook wel gefluisterd dat hij maanziek was. Wanneer je in een kamp zit, dan denk je alleen maar aan een ding, namelijk: hoe krijg ik zo snel mogelijk weer voedsel binnen? Van pure honger vulden veel kinderen hun maag zelfs met aarde om maar iets binnen te krijgen. Als je echt honger hebt, dan eet je werkelijk alles.
© 2010 - 2024 Emfkruyssen, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Boekverslag BezonkenroodEen Boekverslag van Bezonken Rood, het is geschreven door Jeroen Brouwers. Het is uitgegeven in 2002 door Boektoppers, h…
Vondst van de Homo habilisDe superrobuste mensaap Zinjanthropus boisei (die door het antropologen echtpaar Leakey gevonden was tesamen met een aan…
Wat is Amber alert?Amber alert maakt het mogelijk om groot alarm te slaan bij vermissing van een kind. De vermissing krijgt zo veel aandach…