Duurzame inzetbaarheid, wat houdt dat precies in?
We horen het steeds vaker, de kreet duurzame inzetbaarheid. Duurzame inzetbaarheid gaat over de mogelijkheid die je hebt om langer gezond, prettig en productief te werken, tot het moment dat je met pensioen gaat. Daarbij is het belangrijk dat je in een snel veranderende omgeving je baan kunt houden of in staat bent een nieuwe baan te vinden. De arbeidsmarkt verandert continue en dit vraagt steeds andere competenties, zodat je je moet blijven ontwikkelen om duurzaam te investeren in je eigen arbeidsmarktpositie. Het gaat erop dat je jouw kwaliteiten en energie gebruikt en niet verbruikt. Misschien valt het je op dat dit een hele verandering is met vroeger, toen de mensen vaak hun hele leven bij dezelfde ‘baas’ werkten. Toch zijn werkeloosheid en mobiliteit geen nieuwe ontwikkelingen, dus waarom staat duurzame inzetbaarheid nu ineens zo in de belangstelling? In dit artikel kun je lezen wat duurzame inzetbaarheid voor jou kan betekenen.
Achtergrond
Zoals ik in de inleiding al aangaf, is er een belangrijke verandering opgetreden in de arbeidsrelatie, van life long employancy naar life long employability. Ook is er sprake van internationalisering en vergaande technologische ontwikkeling. Dit heeft grote gevolgen voor bedrijven en verkort bovendien de levensduur van functies. Daarnaast treedt er vergrijzing op, moeten de sociale voorzieningen betaalbaar blijven en is de pensioenleeftijd verhoogd. Al deze factoren maken dat het belang van duurzame inzetbaarheid groeit. Het doel van duurzame inzetbaarheid is dat je als werknemer de mogelijkheden en voorwaarden krijgt om goed, gezond en gemotiveerd te werken, nu en in de toekomst. Dat zorgt ervoor dat je jouw hele werkzame leven goed inzetbaar bent op de arbeidsmarkt en dit is voor alle partijen, medewerker, werkgever en maatschappij, positief. Bij duurzame inzetbaarheid denken de meeste mensen vooral aan persoonlijke ontwikkeling en het bevorderen van gezondheid en motivatie. Het merendeel ziet het als de eigen verantwoordelijkheid om aan het werk te blijven, maar dit gevoel is wel aan het dalen door de toegenomen werkloosheid, waardoor mensen denken hun positie op de arbeidsmarkt niet helemaal zelf te kunnen beïnvloeden.
Het bevorderen van duurzame inzetbaarheid
Je kunt aan je eigen duurzame inzetbaarheid werken door het op peil houden van jouw kennis en vaardigheden. Denk hierbij aan het volgen van opleidingen om jezelf bij te scholen en indien nodig om te scholen. Ook is het belangrijk dat je bereid bent van baan te veranderen als je daarmee aan de slag kunt blijven. Zelfs als dat betekent dat je (tijdelijk) iets moet doen waarvoor je te hoog bent opgeleid of waarbij je een flexibel contract moet accepteren. Ook jouw werkgever kan dingen doen om jouw duurzame inzetbaarheid te vergroten, door te zorgen voor een goede werksfeer, waardering en goede arbeidsomstandigheden. Zo kan voorkomen worden dat je ongemotiveerd of overbelast raakt. Investeren in je eigen duurzame inzetbaarheid is zeker de moeite waard. Allereerst versterk je hiermee jouw positie op de arbeidsmarkt, maar het bevordert ook je vitaliteit, autonomie, zelfredzaamheid en de kwaliteit van je werk. Ook organisaties hebben er belang bij, want duurzaam inzetbare medewerkers zorgen voor een hogere productie, vergroten het vakmanschap en dragen bij in de flexibiliteit van arbeid. Ook brengt het de kwaliteit van de dienstverlening op een hoger plan. Bovendien is onze maatschappij erbij gebaat, doordat de sociale voorzieningen betaalbaar blijven en de arbeidsparticipatie wordt vergroot.
De bv ik
Om een beetje gevoel te krijgen voor duurzame inzetbaarheid is er een heel mooi zelfmanagementmodel van Frank Kalshoven beschikbaar,
de bv ik. Het idee achter dit model is heel simpel: je stelt je voor dat je een bedrijf bent, met één werknemer. Door deze metafoor word je gedwongen om een aantal belangrijke vragen te beantwoorden. Zo moet je de strategie en de lange termijn doelstellingen van de bv bepalen. Ook moet je vaststellen welke kwaliteiten de bv heeft en of deze op een zodanig niveau zijn dat ze de doelen kunnen realiseren. Wat moet er nog ontwikkeld worden? Verder vraag je je af wat de resultaten van afgelopen jaar waren en vergelijk je die met het jaar ervoor. Wat kun je daaruit opmaken? Als bv wil je weten of de klant tevreden is en werk je aan klanttevredenheid. Het model bv ik zorgt voor een hele andere kijk op zaken, want jouw “baas” wordt klant. Voor een goede klant wil je graag hard werken, maar van een vervelende klant wil je afscheid nemen. En hoe staat het eigenlijk met het werkplezier bij de bv ik? Kortom, dit model leert je heel kritisch naar jezelf te kijken. Dat bevordert je zelfredzaamheid en zorgt ervoor dat je weerbaar wordt. Je investeert in jezelf met een duidelijk doel voor ogen en op eigen kracht.