Opvoeden: consequent, met veel aandacht en liefde
Kinderen zijn een geschenk! Opvoeden hoeft niet zo moeilijk te zijn zolang je maar consequent bent. Kinderen hebben graag duidelijkheid, willen weten waar ze aan toe zijn, wat ze kunnen verwachten. Ze moeten nog leren wat mag en wat niet. En ze willen uitproberen hoever ze kunnen gaan. Ze hoeven nog niet alles te begrijpen, dat kunnen ze ook niet, als ze maar weten dat ze op je kunnen vertrouwen. Dat je er voor hen bent. Geef hen een omgeving van liefde, aandacht en structuur.
Opvoeden
Opvoeden is een vak apart. Het is een wonder dat ouders zonder opvoedcursus zomaar aan kinderen durven te beginnen. Er zijn natuurtalenten, maar veel zullen het er niet zijn. De meesten leren het opvoeden met vallen en opstaan. Consequent zijn, geduld oefenen, dat zijn voor de meeste van ons niet de eigenschappen waarin we uitblinken. Daarin moeten we ons
oefenen. Het wil niet altijd lukken. Omdat we teveel willen, tijdelijk druk zijn of ons zorgen maken. Als je kind dan aandacht wil komt dat niet altijd gelegen.
Kinderen
Kinderen houden ervan als ouders consequent zijn, structuur bieden, hen prijzen. Dat geeft houvast en zekerheid, daarbij voelen ze zich veilig en gewaardeerd.
- Geef kinderen aandacht en bied hen rust en regelmaat.
- Speel met ze, praat met ze, lees hen voor.
- Ook als je geen tijd hebt, maak even tijd, geef het kind aandacht en ga dan verder waarmee je bezig was (reageer je frustraties niet af op je kind!). Leg uit dat je het druk hebt maar dat je wilt luisteren en vraag wat het gedaan heeft of wat het wil vertellen.
- Gebruik de maaltijden om met elkaar te praten, als je thuiskomt, als je je kind naar bed brengt. Laat iedereen samen eten, aan tafel, en op vaste tijdstippen. Houd het gesprek centraal, dat geeft orde en rust tijdens het eten. Laat niet iedereen door elkaar praten of schreeuwen. De kinderen kunnen zich dan ook beter op hun eten concentreren.
Met liefde
Wanneer je een kind naar bed brengt, bereidt het daar dan al tijdig op voor, zodat het niet als een verrassing komt. Geef het aandacht en liefde als je het gaat wassen en de tanden poetsen. Lees of vertel een verhaaltje, stop het kort toe en ga weg met de
belofte dat je over een poosje komt kijken of het al slaapt en doe dat ook. Als het kind dit niet accepteert en bijvoorbeeld steeds uit bed komt of blijft roepen en gaat huilen, breng het dan terug naar bed zonder tegen hem te praten en negeer het roepen of huilen.
Vragen of opdragen
Je vraagt je kind iets maar het reageert niet. Wat doe je? Ga niet in overleg, ga
niet zeuren of soebatten, maar vraag het nog eens. Reageert het nog niet, vraag het dan
geen derde keer meer maar draag hem op te doen wat je gevraagd hebt. Blijf niet uitleggen waarom je wilt dat het iets doet en ga niet in op zijn gezeur in. Doe je dit wel dan kan het kind dit ervaren als
negatieve aandacht en alles beter dan geen aandacht!
Luisteren of in de hoek
Wil je kind niet luisteren, ook niet nadat je iets voor de tweede keer gevraagd hebt, waarschuw dan dat je het apart zult zetten. Heeft dit geen effect, voeg de daad bij het woord en blijf erbij tot het rustig is.
Ga niet in discussie en negeer alle tegenwerpingen en gehuil net zolang tot het over is. Daarna laat je het alsnog doen wat je gevraagd hebt.
Wekker
Is het nodig dat je een kind langer in de hoek zet, omdat het echt niet wil luisteren, zet dan een wekker en leg uit dat het in de hoek moet blijven tot de wekker is afgelopen. Je hoeft er dan niet bij te blijven en het kind kent de
spelregels, weet wat het kan verwachten.
Consequent
Waarschuwen heeft alleen zin als je er consequent in ben en doet waarvoor je waarschuwt. Anders zal je kind je niet serieus nemen en niet leren luisteren. Komt het kind uit de hoek terwijl het weet dat dat niet mag, stuur het dan terug, steeds opnieuw, tot het luistert. Treed niet in discussie, verdedig je gedrag niet en ga vooral niet schreeuwen; daarmee geef je aan dat je de situatie niet onder controle en jezelf niet in de hand hebt.
Aandacht
Als het kind gewend is aan geschreeuw, aan negatieve aandacht, zul je niet meteen resultaat boeken. Accepteer nooit schoppen, slaan of vloeken, en
geef het goede voorbeeld door dat zelf ook nooit te doen! Blijf steeds rustig, daarmee kom je het verst, al vereist het nog zoveel geduld. Wees resoluut: zet het kind terug in de hoek, breng het terug naar bed, zonder soebatten of oogcontact, al duurt het in het begin een uur.
Slaan of schoppen
Breng het meteen, zonder enige discussie, zonder er woorden aan vuil te maken, naar zijn kamer. Dit is de enige manier om duidelijk te maken dat dit echt
niet door de beugel kan. Verlies je geduld niet, ga zelf niet slaan of dreigen, blijf rustig.
Straf
Straf leert kinderen dat ze iets gedaan hebben wat niet mag, dat ze ongehoorzaam zijn geweest. Kinderen begrijpen nog niet alles en omdat ze er nog te klein voor zijn heeft het weinig zin het uit te leggen, daarom zou straffen volgens Jo Frost goed zijn, maar wel in proportie! Kinderen begrijpen grenzen, ze bieden veiligheid en duidelijkheid. Grenzen geven aan hoever ze kunnen gaan, wat mag en wat niet. Die grenzen testen ze uit. Als je
vanaf het begin duidelijk en consequent bent in wat je kind mag en wat niet hoef je geen drama’s te verwachten. Als je echter in het begin, of als het jou zo uitkomt, meer accepteert dan anders, begrijpt het kind dat niet en zal het zijn kont tegen de kribbe gooien en dwars reageren. Pas dan heb je een probleem!
Pas op met wat je zegt als je kwaad bent
Je kunt ook heel goed duidelijk maken dat iets, bepaald gedrag, je niet bevalt. Door het duidelijk uit te spreken:
het bevalt me niet wat jij doet, of:
ik vind het vervelend als je zo doet. Zeg niet:
je bent vervelend, of:
je bent ongehoorzaam. Houd het bij jezelf en maak van een probleempje niet meteen een slechte karaktereigenschap. Pak het kind niet hardhandig aan, al ben je nog zo kwaad. Dat doet pijn en dan heeft je kind extra reden om te gaan huilen.
Als je merkt dat je heel boos wordt, loop dan liever even weg om
af te
koelen en de dingen op een rijtje te zetten. Probeer het daarna opnieuw.
Zelfstandigheid bijbrengen
Geef het kind
taakjes, laat het zoveel mogelijk doen wat het al kan en uit zichzelf al wil doen: zichzelf aankleden, zelfstandig eten zonder knoeien (dat valt echt te leren!), meehelpen met de tafel dekken, afval weggooien, speelgoed opruimen. Doordat het zelfstandig iets mag doen, krijgt het verantwoordelijkheid en voelt zich daardoor gewaardeerd,
deel van de familie. Het kan laten zien wat het kan en dat geeft een goed gevoel. Laat hem geen dingen doen waar het nog niet aan toe is. Forceer niets, alles heeft zijn tijd. Het ene kind is sneller met praten, het andere met lopen, of met op het potje gaan. Kinderen hoeven nog niet te presteren. Geniet ervan hoe ze zijn en hoe ze zich ontwikkelen.