Medicijnen zijn geneesmiddelen; wie houdt de controle?
Foutief gebruik van medicijnen levert slachtoffers op die mogelijk voorkomen kunnen worden. Dit roept de vraag op wie er verantwoordelijk is voor de controle op het gebruik van medicijnen? Is dit de arts, apotheker, overheid of zorgverzekeraar? Het door verschillende artsen voorschrijven van medicijnen kan problemen geven als er geen goede coördinatie plaats vindt. Velen vinden dit een taak van de apotheker. Als gevolg van de vergrijzing zal het medicijngebruik stijgen en coördinatie is daarbij belangrijk.
Verkeerd gebruik van medicijnen
Ieder jaar sterven er mensen door een foutief gebruik van medicijnen. Er zijn voorbeelden van mensen waarbij een der echtelieden 13 verschillende pillen per dag moest slikken. Vaak bezoeken mensen meerdere specialisten die meerdere medicijnen voorschrijven.Soms wordt niet goed rekening gehouden met de persoonlijke toestand van de patiënt en is de dosering niet nauwkeurig afgestemd op zijn of haar gewicht. Wie houdt daarbij toezicht op het verstrekken van de medicijnen en of er geen bijwerkingen zijn die gevaarlijk zijn in combinatie met andere middelen? Wie bepaalt wanneer er gestopt kan worden met een bepaald medicijn?
Wie is verantwoordelijk?
Als we bedenken dat in 2019
een kwart van de Nederlandse bevolking medicijnen slikt alleen al ter voorkoming van hart- en vaatziekten dan weten we dat het medicijngebruik hoog is. Een arts stelt de diagnose en bepaalt welk middel noodzakelijk is bij de klachten van de patiënt. De apotheker heeft als taak om patiënten te helpen en na te gaan wat het meest geschikte middel is voor de patiënt en of het geen problemen oplevert in combinatie met andere medicijnen. Ook het geven van voorlichting en advies over het innemen, de bijwerkingen en de werking van de medicijnen behoort tot de taak van de apotheker. Deze taak wordt vaak onderbelicht en het is de vraag of de overheid voldoende financiële middelen ter beschikking stelt aan de apotheker om deze taak goed uit te kunnen oefenen. Om te weten wat er gebeurt in de wereld van de farmacie kunnen we het beste een kijkje nemen in het rapport van de Stichting Farmaceutische Kengetallen.
De Stichting Farmaceutische Kengetallen
De Stichting Farmaceutische Kengetallen houdt zich sedert haar ontstaan in 1990 bezig met het verzamelen en analyseren van het geneesmiddelengebruik in Nederland. Hiertoe levert 95% van de openbare apotheken in Nederland gegevens aan. Niet meegenomen worden in de beoordeling de geneesmiddelen die door ziekenhuizen worden verstrekt noch de gegevens van de apotheekhoudende huisartsen. De gegevens van de SFK zijn openbaar en voor iedereen ter inzage. De privacy van de patiënt wordt niet geschaad omdat het aanleveren van de gegevens anoniem gebeurt. Het totaal aan kosten van geneesmiddelen bedraagt in Nederland 9,6% van het totaal aan het geheel aan gezondheidskosten. In 85% van alle verstrekkingen hebben we te maken met herhaalrecepten.
Gemiddeld gebruik in vergelijking met andere landen in Europa
Twee maal per jaar stelt de overheid de maximale prijs van geneesmiddelen vast. Hierbij laat men zich leiden door een vergelijking te maken met de landen om ons heen. Het gemiddelde bedrag wat wordt gebruikt aan farmaceutische middelen in Europa bedraagt ongeveer 400 euro per persoon. Het feit dat in Engeland slechts 229 euro per persoon wordt besteed heeft te maken met het feit dat veel medicijnen zijn overgedragen aan het ziekenhuisbudget. Ook moeten we bedenken dat de vergelijkingen soms niet exact kan zijn omdat in zuidelijke landen méér medicijnen zonder recept verkocht worden.
Vrije tarieven en de gevolgen
In 1996 werd de wet geneesmiddelenprijzen geïntroduceerd en daarna zijn de prijzen onder invloed van de wet ongeveer met de helft gedaald. Vanaf januari 2012 werden de vrije tarieven ingevoerd. Hierbij werden afspraken gemaakt tussen apothekers en zorgverzekeraars inzake de kosten van geneesmiddelen. De eigen bijdrage van de patiënt wordt hierin opgenomen in het kader van het geneesmiddelenvergoedingssysteem. De kosten van de geneesmiddelen daalden tussen 2014 en 2018. Maar deze daling komt voor de helft voor rekening van de TNF- alfaremmers die werden overgedragen aan het ziekenhuisbudget. Ook het verlopen van het patent op een cholesterolverlager had een daling tot gevolg. Over het algemeen neemt de vraag naar geneesmiddelen jaarlijks met 4 tot 5% toe.
Prognose
De zorgverzekeraars hebben met de apothekers tarieven afgesproken waarbij men slechts rekening hield met de te verwachten groei. Dit betekent echter dat de apotheker méér moet doen voor hetzelfde geld. Ondanks daling van de kosten van geneesmiddelen worden er aan méér personen geneesmiddelen verstrekt. Dit betekent hogere inzet van personeel waarbij de personeelskosten in het afgelopen jaar zijn gestegen. Sedert 2008 kende men een gedifferentieerde tariefstructuur. De apotheker mag aan de verzekeraars declareren zowel de kosten voor het afgeven van de medicijnen alsmede de noodzakelijke voorlichting en het informeren over het weekdoseersysteem. Ook de kosten van eerste uitgifte of uitgifte in nacht of weekend staan omschreven. Maar bij het contracteren zijn hier geen vaste tarieven met de verzekeraars overeengekomen.
Generieke geneesmiddelen en het preferentiebeleid
Voorheen was het de Nederlandse Zorgautoriteit die in opdracht van de overheid de tarieven vaststelde. De hoogte van de tarieven zijn geheel aan de markt overgelaten. Het preferentiebeleid houdt in dat de verzekeraar bepaalt dat een verzekerde met een basispolis slechts recht heeft op de vergoeding van een variant uit een cluster van medicijnen. De verzekeraar bepaalt welk geneesmiddel er wordt voorgeschreven en vergoed. Indien er een ander middel noodzakelijk is dient de huisarts dit apart te vermelden. Dit geeft aanleiding tot veel discussie aan de balie bij de apotheek. Ook ontstaan er leveringsproblemen bij de apotheek. De apotheek moet op zoek gaan naar de middelen die wel door de zorgverzekeraar worden vergoed. Vaak moesten andere medicijnen in de plaats komen. Dit betekent dat de apotheker bij één op de twintig verstrekkingen op zoek moet naar een ander geneesmiddel wat wel door de verzekeraar wordt vergoed. Apothekers hebben te maken met verschillende verzekeraars hetgeen vaak tot onduidelijke situaties leidt. Patiënten moeten daarom soms langer op hun geneesmiddel wachten of zij kregen meerdere malen een ander middel voorgeschreven.
Belangrijkste groepen van medicijnen
- Medicijnen ter voorkoming van hart- en vaatziekten
- Medicijnen ter bestrijding van COPD
- Bestrijding van depressieve klachten
- Diabetes
Medicijnen ter voorkoming van hart- en vaatziekten
Veel inwoners van Nederland krijgen medicijnen voorgeschreven ter voorkoming van hart- en vaatziekten. Deze CRVM middelen beslaan 40% van het totale geneesmiddelengebruik wat is opgenomen in het verzekerde pakket. Mensen van 80 jaar en ouder gebruiken deze middelen zelfs in vier op de vijf gevallen. Het betreft dan zowel een middel tegen hoge bloeddruk, een cholesterolverlager en een antistollingsmiddel.
Medicijnen ter bestrijding van COPD
Het aantal Nederlanders wat medicijnen slikt tegen COPD (klachten van luchtwegen of astma) is hoog. Het meest voorgeschreven middel is salbutamol.Deze middelen worden verstrekt in de vorm van inhalatietherapie.
Bestrijding depressieve klachten
Het aantal Nederlanders wat antidepressiva slikt bedraagt al verschillende jaren rond de 1,1 miljoen.Vooral het aantal jongeren tussen 16 en 20 jaar en het aantal ouderen boven 65 jaar nemen toe.
Diabetes
Naast medicijnen voor diabetes worden er ook Bloedglucoseverlagende middelen voorgeschreven. Een groot aantal patiënten krijgen insuline. Sommige mensen gebruiken medicijnen uit beide groepen. Omdat patiënten met diabetes 2 een verhoogd risico lopen op hart- en vaatziekten wordt vaak preventief een cholesterolverlager voorgeschreven en/ of een bloeddrukverlager. Het is belangrijk dat de patiënt de medicijnen ook nauwkeurig gebruikt zoals is voorgeschreven.
Groei van de bevolking en toename van het aantal ouderen
De levensverwachting van de mensen stijgt. Het aantal ouderen neemt de komende jaren toe en men verwacht op grond hiervan een toename van de vraag naar geneesmiddelen. Nederlanders van 65 jaar en ouder slikken gemiddeld drie maal zoveel medicijnen als jongeren. Is men 75 jaar of ouder dan is er sprake van een vijfvoudig aantal. Men kan stellen dat de gemiddelde 65 plusser dagelijks drie medicijnen slikt.
Verschuiving naar thuissituatie
Als het aantal dagen ziekenhuisopname wordt verminderd en er minder verpleeg- en verzorgingshuizen zijn zullen ouderen meer thuis verzorgd worden. Dit zal leiden tot hogere kosten van geneesmiddelen die in de thuissituatie worden verstrekt. Méér behandelingen die voorheen in het ziekenhuis moesten gebeuren zullen in de toekomst naar de thuissituatie kunnen verschuiven. Dit zorgt voor een structurele groei van 3% per jaar zo is de verwachting. Wie gaat dan toezicht houden op het uitzetten en toedienen van de medicijnen als ook de thuiszorg wordt gekort?
Apotheken
Een apotheker is een specialist in medicijnen. Hij heeft een universitaire studie farmacie gevolg die 6 jaar duurt. Zijn taken zijn:
- De patiënt informeren over de werking van de medicijnen
- De patiënt informeren over de bijwerkingen van de medicijnen
- Het bevorderen van het juiste gebruik van medicijnen
- De ontwikkeling van medicijnen
- Onderzoek naar de werking van medicijnen
- Farmaceutische ondersteuning na ziekenhuisopname
Openbare apotheken zijn niet verbonden aan instellingen of ziekenhuizen maar verzorgen medicijnen voor thuiswonende patiënten. Zij kunnen zelfstandig werken, als franchise ondernemer en/of aangesloten zijn bij een keten. In de farmacie neemt de vraag naar goed opgeleide apothekers toe als gevolg van vergrijzing en toename van de bevolking. Als echter de omzet vermindert terwijl de vraag stijgt dan wordt het voor apothekers haast onmogelijk om hun taak naar behoren te vervullen.
Noodzaak tot vernieuwing
Als gevolg van de vele wijzigingen die de samenleving te wachten staan zal het noodzakelijk zijn dat apothekers een vergoeding ontvangen bij de controle op het medicijngebruik die voldoende mogelijkheden biedt om een goed medicijngebruik mogelijk te maken. Ook de patiënten dienen voorlichting te krijgen over de taak van de apotheker zodat zij weten waar ze met vragen terecht kunnen. Medewerkers van de apotheken kunnen de patiënt thuis bezoeken en samen een schema opstellen van de noodzakelijke medicijnen en hoe deze te gebruiken. Voorlichting in de thuissituatie is uitermate belangrijk. Indien ziekenhuisopnames en sterfgevallen door onveilig gebruik van medicijnen kunnen worden voorkomen dan levert dit een besparing op voor de overheid.
Lees verder