Efficiënter beleid in verzorgingstehuizen
“Het aantal 65-plussers stijgt van 2,5 naar 4 miljoen in 2025. Dan is 22% van de Nederlandse bevolking ouder dan 65 jaar, tegen 14% nu” (Huijsman, 2010:5). Er zullen de komende jaren steeds meer ouderen bijkomen die zorg nodig hebben en waarschijnlijk naar verzorgingstehuizen moeten. Financiële middelen zijn alleen niet altijd toereikend bij de overheid, met de komende bezuinigingen zal er waarschijnlijk nog minder geld overblijven voor verzorgingstehuizen. Om de kwaliteit van zorg te waarborgen zal er dus beter en efficiënter beleid moeten komen. Hiervoor zijn verschillende mogelijkheden, één daarvan is bijvoorbeeld marktwerking. Marktwerking kan onderlinge concurrentie tussen verschillende verzorgingstehuizen bevorderen en daarmee zou de prijs van zorg omlaag kunnen gaan voor de bewoners.
Toenemende vergrijzing
In de komende 30 jaar zal het aantal ouderen verdubbelen terwijl de bevolkingsomvang gelijk blijft (Budding, 2010). Er zijn drie oorzaken van vergrijzing, de eerste is de structurele daling van de vruchtbaarheid van de Nederlandse vrouw. Er worden minder kinderen geboren, dus het aantal jongeren in de samenleving neemt relatief af. Hierdoor is de verwachting dat er ook minder werkende zullen zijn in de toekomst die de lasten voor de ouderen kunnen opbrengen. De tweede reden is dat de levensverwachting voor zowel mannen als vrouwen flink is gestegen. De gemiddelde leeftijd voor een vrouw is nu ongeveer 80 jaar. Een derde reden voor de toenemende vergrijzing is de ‘babyboomgeneratie’, de geboortegolf die na de Tweede Wereldoorlog plaats vond (ten Hove, et al., 2007:2). Door deze toenemende vergrijzing zal het een vereiste worden dat innovaties in de gezondheidszorg worden doorgevoerd zodat de kwaliteit van zorg behouden kan blijven en bewoners niet teveel zullen gaan betalen (Huiskes, 2010).
Marktwerking
In een verzorgingstehuis kunnen ouderen terecht als ze thuis niet meer voor zichzelf kunnen zorgen of als ouderen een operatie zijn ondergaan en tijdelijk niet meer voor zichzelf kunnen zorgen. De komende jaren zal het aantal ouderen alleen maar toenemen, en het aantal werkende mensen zal verhoudingsgewijs afnemen, er zal in de toekomst dus minder financiële draagkracht zijn voor de overheid om meer te investeren in de verzorging van oudere. Er zal efficiënter moeten worden gewerkt in verzorgingstehuizen, zonder dat de kwaliteit hiervan achteruit zal gaan. Met marktwerking heeft de overheid geprobeerd om met minder kosten voor de overheid een systeem op te zetten waarbij verschillende verzorgingstehuizen met elkaar concurreren. De prijs wordt bepaald door middel van vraag en aanbod, doordat verzorgingstehuizen moeten concurreren zou het mogelijk moeten zijn dat er efficiënter wordt geproduceerd en kosten worden gedrukt. Uiteindelijk zou dit moeten leiden tot een lagere prijs voor de bewoners. De overheid bepaalt aan welke voorwaardes de afstemming van vraag en aanbod zou moeten voldoen (Trappenburg, 2008:171). Marktwerking in verzorgingstehuizen zou een goede oplossing kunnen zijn voor het probleem van toenemende vergrijzing. Door verzorgingstehuizen onderling te laten concurreren, zouden de prijzen kunnen gaan dalen wat meer voordeel zou kunnen opleveren voor de bewoners. Het risico hiervan zou kunnen zijn dat managers gaan proberen om de prijs zo laag mogelijk te houden, waardoor de kwaliteit van de zorg naar beneden zou kunnen gaan. Het is een vorm van gereguleerde marktwerking omdat de overheid wel invloed uitoefent op de afstemming van vraag en aanbod. Er worden bijvoorbeeld voorwaardes gesteld aan de kwaliteit van zorg en de prijs, ook houdt de overheid toezicht op afspraken die worden gemaakt tussen verschillende partijen die een rol spelen in het vormen van vraag en aanbod (bijvoorbeeld medicijnleveranciers, zorgverzekeraars en verzorgingstehuizen). Om marktwerking te laten functioneren zou het beleid moeten veranderen, er zou meer patiëntgericht gewerkt moeten worden door directies en medewerkers.
Nieuwe vormen van zorgverlening
Er zijn een aantal nieuwe mogelijke vormen van zorgverlening die geschikt zouden kunnen zijn om de efficiëntie te verhogen en de kosten omlaag te brengen. Marktwerking is hier één van en is al kort besproken. Een andere nieuwe vorm van zorgverlening zou kunnen zijn dat de zorg kleinschaliger gemaakt wordt en ook meer geïntegreerd kan worden in de samenleving (v.d. Wel, 2005:29). Er zou dus een verschuiving moeten komen waarbij de zorg van binnen de instelling, naar zorg binnen de samenleving gaat. Hierbij moet de nadruk verschuiven van zorg en behandeling naar begeleiding en ondersteuning van zelfredzaamheid en sociale participatie. Door mensen zo lang mogelijk thuis te laten wonen, worden verzorgingstehuizen ontlast. Het model zou moeten veranderen van ‘institutional care’ naar ‘community care’ (v.d. Wel, 2005:30). Een andere mogelijke nieuwe vorm van zorgverlening is gedeelde governance. Hierbij krijgen verplegers/verzorgers meer inspraak in de besluitvorming (Kerk et al., 2008:39).
Kleinschaligheid
Bij het kleiner opzetten van een verzorgingstehuis wordt geprobeerd om een huiselijk leefklimaat te creëren, hierbij zijn meer mogelijkheden en is er meer tijd beschikbaar voor persoonlijke aandacht en begeleiding van bewoners. Alle activiteiten van het dagelijkse leven vinden binnen de eigen woning plaats in het verzorgingstehuis. De bewoners proberen zoveel mogelijk hun steentje bij te dragen (als de bewoners daartoe in staat zijn), hierdoor zou bespaard kunnen worden op verzorgend personeel. Medewerkers kennen de bewoners daardoor erg goed en weten ook precies wat de bewoners willen en verwachten. Hierdoor zou de efficiëntie van het personeel ook omhoog kunnen gaan (Langerveld, 2009).
Families betrekken
Families kunnen toezicht houden en voor gezelschap zorgen. Dit zou weer kunnen schelen aan personeelskosten omdat anders verplegers/verzorgers bijvoorbeeld een ommetje zouden moeten gaan maken met de bewoner. In het geval van familie verplichten wordt dat gedaan door de familie. Het enige probleem hiermee zou kunnen zijn dat de familie niet gedwongen kan worden om mee te helpen. Er zijn bewoners die geen familie meer hebben, of alleen familie die aan de andere kant van de oceaan wonen of familie die niet bereid is om mee te werken. In plaats van families verplichten, is er ook een mogelijkheid om te overleggen met families en hen er bewust bij betrekken. Er zouden bepaalde taken tussen verplegers/verzorgers en de families, bijvoorbeeld het wassen van de kleding, verdeeld kunnen worden. Het zou tijd en geld kunnen besparen voor het verzorgingstehuis als dat door de familie gedaan zou kunnen worden. Hier tegenover zou een vergoeding of een korting kunnen staan voor de familie. Bijvoorbeeld een korting op het maandelijks te betalen bedrag. Ook voor de bewoner zelf kan het geld besparen, waardoor er meer geld over blijft voor bijvoorbeeld de boodschappen (Houten, 2012). Medewerkers staan ook steeds meer open voor inbreng van familieleden, door een verandering in houding is het actief worden van families steeds meer wenselijk (Vroom, e.a., 2008:7).
Gedeelde governance
Door verplegers/verzorgers meer inspraak te geven in het besluitvormingsproces wordt het een meer transparante organisatie. De leidinggevenden weet wat er op de ‘werkvloer’ gebeurt en de verpleger of verzorger weet wat er precies boven de ‘werkvloer’ gebeurt. Dit proces zou de efficiëntie kunnen verbeteren omdat er aangegeven kan worden wat er veranderd of verbeterd moet worden. Iedereen weet wat er speelt in de organisatie en kan aangeven wanneer iets niet naar behoren verloopt. Dit komt vervolgens redelijk snel terecht bij de leidinggevende en die kan samen met de medewerkers kijken naar hoe en wat er veranderd moet worden en of bijvoorbeeld de financiële middelen wel toereikend zijn. Er kan zo efficiënt overlegd worden tussen verschillende hiërarchische lagen (Kerk et al., 2008:39).
© 2013 - 2024 Michelle93, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
De vergrijzing, wat nu?Door de vergrijzing zullen de kosten voor de gezondheidszorg stijgen en worden pensioenen onbetaalbaar. In een aantal re…
Clownerie in de hulpverleningOveral in de wereld zijn mensen die clownerie kunnen gebruiken. Mensen met een slecht vooruitzicht of mensen die tijdeli…
Het belang van integriteitMensen verwachten altijd van anderen dat ze integer zijn. Integriteit is belangrijk in onze maatschappij, maar hoe komt…
Bronnen en referenties
- Budding, Janine (2010), ‘Toenemende vergrijzing vereist nieuwe benadering van welzijn en zingeving’, http://www.medicalfacts.nl/2010/02/07/toenemende-vergrijzing-vereist-nieuwe-benadering-van-welzijn-en-zingeving/ (bezocht op 11 november 2012)
- Houten, Maaike van (2012), ‘Verpleeghuis eist dat familieleden meehelpen’, Trouw, 3 augustus
- Hove, Gezina ten, Hessing, Philip (2007), Toenemende vergrijzing en de gevolgen voor gemeenten, Active aging: over de noodzaak van een urgentieprogramma voor Gelderse gemeenten, Universiteit Erasmus: Rotterdam, pp. 7
- Huijsman, Robbert (2010), Duurzame ouderenzorg: met, voor én door ouderen, CSO: Utrecht, pp. 5-6
- Huiskes, Annelotte (2010), ‘Toenemende vergrijzing vereist nieuwe benadering van welzijn en zingeving’, http://www.maastrichtuniversity.nl/web/Main1/SiteWide/SiteWide11/ToenemendeVergrijzingVereistNieuweBenaderingVanWelzijnEnZingeving.htm (bezocht op 20 november)
- Kerk, JA, Baker, P., Berry, DM (2008), Gedeelde governance:. Een reis met voortdurende mijl markers Nursing Management
- Langerveld, Lenny (2009), ‘4 vragen over kleinschalige verpleeghuizen’, http://www.vivira.nl/artikelen/artikel/4-vragen-over-kleinschalige-verpleeghuizen-1 (bezocht op 20 november 2012)
- Smilde, Margreeth, ‘Uit het onderzoek over de zorg van het Dagblad van het Noorden, kwam het ook weer naar voren: over marktwerking in de zorg wordt negatief gedacht. Voor velen is marktwerking een ander woord voor alles wat er mis gaat in de zorg. Maar wat betekent dat eigenlijk, marktwerking in de zorg?’, http://publitiek.nl/ (bezocht op 21 november 2012)
- Trappenburg , Margo (2008), Genoeg is genoeg: Over gezondheidszorg en democratie, Amsterdam University Press : Amsterdam, pp. 171
- Vroom, Mieke, Rietveld, Susan (2008), ‘Praten met familie over hun inbreng in het verpleeghuis:Van ‘Alles mag, niets hoeft’ naar ‘partner in de zorg’ Verslag van een zoektocht naar de beleving van familieleden van verpleeghuisbewoners, d.m.v. gesprekken en discussie’, http://www.phc-amsterdam.nl/userfiles/file/bijlagen/van%20Alles%20mag%20tot%20Partner.pdf?PHPSESSID=e9fb565b5f418dbbd1bd2c54653c10a2 (bezocht op 21 november 2012)
- Wel, P.C. van der (2005), ‘Toekomstschets Verpleeghuiszorg Onderzoek naar de verschillende visies op de toekomst van de kleinschalige woonvoorzieningen en het verpleeghuis in de zorgverlening aan mensen met een ernstige vorm van dementie’, Erasmus Universiteit: Rotterdam, pp. 29