Communisme, verleden of realiteit?
Communisme was gedurende het grootste deel van de twintigste eeuw dé boeman van "het vrije westen". Na de voormalige Oostbloklanden, Rusland en China laat nu ook Vietnam de communistische teugels weer vieren. Heeft het communisme als samenlevingsmodel afgedaan? Of leeft de ideologie in de praktijk nog steeds voort? En hoe vrij zijn we zelf eigenlijk in onze moderne democratische landen? Een oppervlakkige vergelijking.
Indeling van dit artikel
Het tien-punten programma van Marx
Dit programma is geen volledige uitleg van het 'communisme' als samenlevingsmodel, maar kan als een samenvatting gezien worden van de manier waarop de door Karl Marx en Friedrich Engels geziene ideale samenleving tot stand moest komen. De uitwerking van zijn theorieën deed Marx, in samenwerking met Engels, vooral in zijn boek "Das Kapital". De praktische toepassing in Rusland liep na de twee revoluties in 1917 echter op een fiasco uit, een fiasco van goed 75 jaar weliswaar. Het despotische bewind van de Romanovs werd vervangen door het tyrranieke bewind van Lenin en vooral Stalin. Het "partij-programma" werd er op uiterst gewelddadige wijze doorgedrukt:
- Afschaffing van landeigendom en gebruik van alle rente (pacht, huur) voor publieke doeleinden
- Een zware progressieve of graduele inkomstenbelasting
- Afschaffing van alle erfenisrechten
- Confisquatie van alle eigendom van emigranten en rebellen
- Centralisatie van al het krediet in handen van de Staat, door middel van een nationale bank met staatskapitaal en een exclusief monopolie.
- Centralisatie van communicatiemiddelen en transport in handen van de Staat.
- Uitbreiding van bedrijven en productiemiddelen in staatseigendom, in cultuur brengen van ongebruikt land en de verbetering van de grond in overeenstemming met een algemeen plan
- Gelijke verantwoordelijkheid van allen voor werk, oprichting van werklegers, specifiek voor landbouw
- Combinatie van landbouw met industrie, geleidelijke afschaffing van onderscheid tussen stad en platteland door een gelijkmatige verspreiding van de bevolking.
- Gratis onderwijs voor alle kinderen in publieke scholen. Afschaffing van kinderarbeid in fabrieken in haar huidige vorm en de afstemming van onderwijs op industriële productie.
1. Landeigendom bij ons
In de Lage Landen wordt privé-eigendom van onroerend goed toegestaan. Het wordt uiteraard wel belast. Hoewel het een vreemd concept is dat de staat eigenaar zou zijn van "haar grondgebied", wordt dit wel
verondersteld. Denken we bijvoorbeeld aan het strand: je kan daarop als particulier geen eigen rechten doen gelden, maar het is evenmin staatseigendom. Het areaal van "staatseigendom" wordt wel steeds meer uitgebreid, een tendens die in alle landen met een centrale overheid bestaat. Hoe de staat überhaupt iets kan bezitten, wordt door weinigen zelfs gevraagd. Het is nochtans heel fundamenteel. Want als jij eigenaar bent van je eigen lapje grond en huis, waarom heeft de staat daar dan enig genotsrecht op (d.m.v. belastingen)? Of moet die belasting gezien worden als een vorm van huur die je betaalt om te mogen wonen in een huis dat je denkt te bezitten?
2. Progressieve inkomstenbelasting
Wat dat betreft zijn we pure communisten. Wie "te veel" verdient, door bijvoorbeeld hard of heel veel uren te werken, mag daar
tot 55 % onmiddellijk weer van afgeven. Het zal je maar leren.
3. Afschaffing van erfenisrechten
Dit is een doordenkertje. Het lijkt alsof in het communisme hierdoor alle privé-bezit van de ene op de ander generatie in staatshanden overgaat. Zo radicaal doen ze dat bij ons dus niet. Nee, bij ons doen ze dat geleidelijk. Een voorbeeld op basis van de tarieven in het Vlaamse Gewest.
Een oom laat, na kosten, een huis ter waarde van 125.000,00 € en 100.000,00 € cash bij testament over aan een neef.
De successierechten die de neef moet betalen zijn hierop 126.250,00 €. Om die te kunnen betalen volstaat zelfs de erfenis in cash geld niet. Als die neef geen andere reserves heeft, moet hij het huis dus verkopen. Veronderstellen we dat hij er in slaagt om dat voor 125.000,00 € te doen, dan houdt deze uiteindelijk nog 98.750,00 € over. We zien dat het Vlaamse Gewest slechts 56,11 % van het privé-bezit in beslag neemt. Maar als deze neef dat weer aan een andere neef overlaat, loopt dat percentage op tot 76,92 %.
Het Vlaams Gewest zal dus nooit 100 % van je rechtmatige eigendom afnemen, het kan dat na verloop van generaties maar tot 99,99 %. Hoe lager het percentage, hoe meer generaties de overheid er zal over doen, maar je bezit afnemen doet ze. Je behoudt dus wel je erf
recht, maar er valt na een tijd niets meer te erven.
Op dit vlak kunnen we onze samenleving "geniepig communistisch" noemen.
4. Confisquatie van eigendom van emigranten en rebellen
Wie bij ons beslist om zijn oude dag in Spanje door te brengen, hoeft daarvoor gelukkig nog geen angst te hebben. Wat je onder de term "rebel" verstaat, is een ander paar mouwen. Laten we het er op houden dat we op dat vlak nog vrij zijn.
5. Centralisatie krediet en monetair monopolie
Dit is overduidelijk ook bij ons het geval en daarmee is dit een heel korte alinea. Weer een punt voor het communisme.
6. Centralisatie communicatie en transport
Dit aspect kan vandaag de dag nog als een "gemengde economie" beschouwd worden. Zowel communicatie als transport worden steeds meer gecentraliseerd, maar niet noodzakelijkerwijs in handen van de overheid. Wel is de controle op beide zo goed als totalitair. De actualiteit rond de NSA en Britse inlichtingendiensten die emailverkeer surveilleren of databases van o.a. Electrabel hacken zijn daar duidelijke voorbeelden van. Wie het vliegtuig op wil wordt gescand en gefouilleerd als een misdadiger (want iedereen is een terrorist tenzij anders bewezen), het recht om je met een gemotoriseerd voertuig te verplaatsen moet je bij de overheid afkopen onder de vorm van verkeersbelasting enz. Communicatie en transport: gelijkspel zeg maar.
7. Uitbreiding van bedrijven en productiemiddelen...
Het zevende programmapunt bestaat uit drie afzonderlijke elementen . We beperken ons tot het eerste: de productiemiddelen.
In het communistisch systeem van o.a. Rusland was het inderdaad zo dat alle bedrijven staatsbedrijven waren. In België en Nederland kennen we er nog enkele, zoals de NS of NMBS, GIMV..De productiemiddelen op zich zitten vooralsnog in private handen; voor zover die er nog zijn. Iedereen kent de drama's tengevolge van massaal jobverlies in de productienijverheid. Onze economie is bijna volledig een diensteneconomie, of 'tertiaire economie'. En wie is daarin de grootste werkgever? Inderdaad, de overheid. Ondanks de crisis blijft het staatsapparaat steeds groeien, terwijl het net één van de redenen is waarom onze economie het zo slecht doet. De overheid blijft steeds grotere happen uit het BNP halen (of welk ander drie-letter criterium je wil hanteren). Meer wetten, meer regeltjes, meer controle, meer ambtenaren. De communistische landen waren bij uitstek berucht om hun bureaucratie; één van de meest gehoorde klachten bij ondernemers van hier: die toenemende bureaucratie.
8. Gelijke verantwoordelijkheid voor werk, werklegers...
Dit zijn de "paradepaardjes" van een communistisch regime. Onder Stalin bereikte het aantal dwangarbeiders treurige hoogtepunten, maar het kwam / komt ook voor in China, Cuba en door kapitalistische ondernemingen uitgebuite landen als Congo.
We mogen onszelf gelukkig prijzen dat we mogen kiezen of we werken, waar en wanneer.
9. Combinatie van landbouw met industrie, afschaffing onderscheid tussen stad en platteland...
De vraag of die twee punten bereikt werden kunnen we met een volmondig "ja" beantwoorden, in de westerse landen tenminste. Meer nog dan in Rusland, China of Vietnam is de grens tussen stad en platteland in onze contreien vervaagd. Vlamingen denken bij "Randstad" tegenwoordig meer aan het gelijknamig uitzendkantoor, maar het tekent inderdaad een goed beeld van de verstedelijkte regio. Heel Vlaanderen is wat dat betreft evengoed een randstad.
Bij landbouw moeten we maar de term "agro-industrie" plaatsen om te beseffen dat het communistisch doel bijna volledig bereikt is. De industrialisatie van de landbouw heeft de productie verhoogd, maar helaas de kwaliteit dramatisch verlaagd (Daarbovenop komt dat het gebruik van chemicaliën in de landbouw het aantal gevallen van kanker sinds 1920 met 500 % verhoogd heeft ).
10. Gratis onderwijs..., afschaffing kinderarbeid in haar huidige vorm...
Allereerst een opmerking over de formulering "afschaffing kinderarbeid in fabrieken in haar huidige vorm". Was het Marx' bedoeling om enkel de kinderarbeid in fabrieken in de toenmalige toestanden af te schaffen (periode 1840 -1860)? Misschien dacht hij dat dit in andere omstandigheden wel moest kunnen. Over kinderarbeid buiten fabrieken wordt niet gesproken, in welke omstandigheden dan ook.
(! Tegenopmerking is wel dat het hier geciteerde tien-punten programma berust op vertalingen van vertalingen)
Gratis onderwijs
Dit schijnbaar nobele doel is in Europa volledig bereikt. Geen enkel kind zou de mogelijkheid tot onderwijs ontzegd moeten worden.
Maar er is een belangrijk verschil tussen onderwijs en
schoolplicht. We kunnen kiezen naar welke school we onze kinderen sturen, binnen welk schoolnet, katholiek onderwijs, vrijzinnig of gemeenschapsonderwijs...maar we mogen niet kiezen wàt we onze kinderen onderwijzen. Het onderwijsprogramma wordt voor alle scholen door de overheid bepaald. Zelfs wie de toestemming krijgt (dat je daar al toestemming moet voor krijgen is op zich al dubieus) om zijn of haar kinderen thuis te onderwijzen, wordt gecontroleerd en moet aan overheidseisen voldoen. Naast de basisvaardigheden lezen, schrijven en rekenen krijgen kinderen daardoor veel overheidspropaganda door de strot geduwd. Dit geldt in elke samenlevingsvorm, of dat nu communisme, fascisme, socialisme of elk ander -isme is dat je kan bedenken. Elke politieke organisatie is zich daar terdege van bewust.
Voorzichtige conclusies
Wanneer we het communistisch programma aftoetsen aan onze huidige leefwereld, blijkt dat er opvallend veel overeenkomsten zijn.
Vanuit ideologisch standpunt is het misschien nobel om te zeggen dat niemand eigenaar kan zijn van gemeenschappelijke goederen als land, voedsel of energie, maar in de praktijk kwam het er meestal op neer dat een kleine groep alles bezat en de rest niets. Aan het andere uiterste heiligt het pure kapitalisme het principe dat iedereen vrij is om bezit te vergaren en te vermeerden, met zo min mogelijk inmenging van een regulator (overheid). We zien echter dat ook binnen die ideologie een kleine groep steeds meer bezit en de massa steeds minder. Waarover liggen "linkse partijen en aanhangers" nu eigenlijk steeds in de clinch met "rechtsen"? In de twee modellen zien we een meester-knecht verhouding. In het "linkse model" is de Staat de meester, in het "rechtse" het grootkapitaal: bankiers en multinationals. In de landen die daar het midden in houden, zoals we in Europa denken te kennen, zien we de overheid als bemiddelaar en regulator echter steeds meer middelen naar haar zelf toetrekken, al of niet als agent van het grootkapitaal. We kunnen het communisme in naam dan wel naar de geschiedenisboeken verwijzen, maar een wolf in schaapskleren blijft een wolf.