St. Franciscus van Assisi
Wanneer je het stadje Assisi bezoekt, kun je het spoor volgen van 'Il Poverello' ('de arme man'). De legende van de Heilige Franciscus vermengt zich in de smalle, bochtige, middeleeuwse straatjes van het stadje met de hedendaagse realiteit. Zowel in Assisi zelf als op de hellingen van de Monte Subasio vertellen veel gebouwen iets over het leven van deze heilige.
De jeugd van Giovanni Francesco
In 1182 werd Giovanni Francesco in Assisi geboren als zoon van een rijke wolhandelaar. Giovanni wilde van jongs af aan ridder worden. Daarom nam hij op zijn 20ste levensjaar dienst als soldaat. Hij vocht in de oorlog tussen Assisi en Perúgia, maar werd gevangen genomen. Een jaar later kwam hij vrij en vertrok - nog steeds in de ban van zijn ridderdroom - opnieuw. Nu nam hij deel aan een expeditie naar Zuid-Italië, waarna zijn leven voorgoed zou veranderen.
Het kerkje van San Damiano
Volgens de legende was Giovanni nog maar net aangekomen in het stadje Spoleto, ongeveer 40 km van Assisi verwijderd, toen een stem in een droom hem het bevel gaf onmiddellijk naar huis te gaan. Op zijn terugweg naar huis stopte hij in een opwelling bij het kerkje van San Damiano (vlak bij Assisi) om er te bidden. Terwijl Giovanni er neergeknield was, leek de Christusfiguur aan het kruis tegen hem te zeggen: "Franciscus, repareer mijn huis, want het is in verval". Die woorden nam Giovanni letterlijk op. Hij werd Franciscus, verkocht zijn paard en een kostbaar stuk laken van zijn vader en wilde de opbrengst aan de priester van het kerkje geven. Maar de priester was bang dat hij bij een familieruzie betrokken zou raken en hij weigerde het geld. Franciscus was echter vast besloten om zich van zijn materieel bezit te ontdoen en liet het geld in de kerk achter. Na nog veel meer van dit soort edelmoedige gebaren begon zijn vader een rechtzaak tegen hem. Tijdens het proces deed Franciscus echter afstand van zijn erfenis en al zijn aardse bezittingen en werd bedelaar.
Hermitage van Carceri
Op de beboste berg boven Assisi staat de Hermitage van Carceri, die in de 15de eeuw werd gebouwd. De kleine kapel die er oorspronkelijk stond en de vele stille grotten vlakbij waren de favoriete plekjes van de jonge Franciscus. In de begintijd van de Franciscanenorde trokken Franciscus en de zijnen zich regelmatig terug in de kluizenaarscellen, die waren uitgehouwen in Monte Subasio (Nu Hermitage van Carceri). De schamele inrichting getuigt van de soberheid die Franciscus van zijn volgelingen eiste.
Eerste franciscanenorde
De 24jarige bedelaar Franciscus trok veel leerlingen door zijn lessen in godsvrucht en armoede en zijn eerbied voor de natuur. De Umbrische heuvels in de roze ochtendschemering waren waarschijnlijk de inspiratiebron voor de "Lofzang op de zon", waarin Sint Franciscus God dankt voor 'broeder wind/ En voor de lucht en wolken en mooi en ieder ander weer". In 1209 werd de eerste franciscanenorde (die van de minderbroeders) opgericht, in 1212 gevolgd door de orde van Sint-Clara, genoemd naar de eerste abdis, Clara van Assisi. Toen het aantal 'arme clarissen' snel toenam, bracht de bisschop van Assisi hen onder in San Damiano, waar Franciscus zijn visioen had gehad en waar Clara de rest van haar leven zou slijten.
Respect voor al het leven
Sint Franciscus en zijn volgelingen leefden eenvoudig. Franciscanen dragen nog altijd het Umbrische boerenkleed. De heilige respecteerde alle leven: hij predikte voor dieren en vogels en noemde bloemen, bomen, zon en water zijn 'geëerde broeders en zusters'. Volgens de legende temde hij ooit een wolf en zou hij een monnik wiens pij vlam had gevat, gemaand hebben het vuur niet te doven om de vlammen te sparen.
Franciscus sterft
Op 3 oktober 1226 stierf Franciscus in de Portiuncula, een eenvoudig kapelletje in de bossen op Monte Subasio. De benedictijnen hadden hem zestien jaar eerder toestemming gegeven er te bidden met lekebroeders, die in navolging van Sint Franciscus afstand hadden gedaan van hun rijkdom en hun leven aan God hadden gewijd. Toen zijn dood nabij was, vroeg Franciscus of men hem naar dit vredige plekje wilde brengen, 'zodat het leven van het lichaam kon eindigen waar het leven van de ziel begon'. De overlevering verhaalt dat er een zwerm leeuweriken van het dak van de kapel opsteeg op het moment dat Franciscus stierf.
Umbrië
De Italiaanse streek Umbrië wordt gekenmerkt door landelijke rust en stadjes op heuvels omgeven door olijfbomen en boomgaarden. Een zo'n stadje is Assisi, de plaats waar Sint Franciscus ooit woonde en predikte. Veel van de nauwe straten, kerken en kloosters zijn nog in dezelfde staat als in de 12de eeuw.
Het kleine klooster
Er staat tegenwoordig een klein klooster waar de boodschap van Franciscus nog duidelijk leeft. Op het altaar staat nog een kopie van het crucifix dat tot Franciscus zou hebben gesproken. Het origineel bevindt zich in de 13de eeuwse basiliek van Sint Cara. Hier rust haar 'gebalsemde' lichaam en is er te bezichtigen.
De Kerk van Santa Maria degli Angeli
In de 16de eeuw bouwde men om het kapelletje van de Portiuncula de Kerk van Santa Maria degli Angeli. De pracht en praal hiervan (de bouw nam honderd jaar in beslag) zou de zachtmoedige heilige, die vond dat 'zelfs de Kerk arm moet lijken', geschokt hebben. Hetzelfde geldt voor de Basiliek van Sint Franciscus die te zijner ere werd gebouwd en waar hij in 1228 heilig werd verklaard. Twee jaar later werd hij er begraven.
Vurige wonden
Er is een fresco dat wordt toegeschreven aan Giotto. Hierop is uitgebeeld hoe Franciscus van Assisi de stigmata (wonden) ontvangt. Toen Franciscus in 1224 op de Monte La Verna aan het mediteren was, verscheen de gekruisigde Christus als een engel en brandde met vlammende pijlen de vijf wonden op Franciscus lichaam.
© 2010 - 2024 Emfkruyssen, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen