Handoplegging in het Oude en Nieuwe Testament
Handoplegging is niet echt een heel vreemd element want we zien in de doopdienst en de huwelijksbevestiging ook al dat de predikant de handen oplegt als een symbool van de ontvangst van de Heilige Geest. Voor degene die niet exact weten wat handoplegging is willen we een korte blik in het verleden werpen. In de Bijbel staan verschillende voorbeelden waarin Gods zegen door handoplegging wordt doorgegeven.
Bijbelse en reformatorische achtergrond van handoplegging
Als we de bijbel er op naslaan dan ontdekken we op verschillende plaatsen in het Oude en Nieuwe Testament dat handoplegging een belangrijk element was in het doorgeven van de belofte. Zegenen gebeurt in de bijbel in verschillende richtingen. God wil mensen zegenen, zo lezen we vele keren. Bijzonder aansprekend is bijvoorbeeld de zegen die Jacob ontvangt, na zijn worsteling bij Pniël (Gen.32), voordat hij zijn levensweg vervolgt.
Oude Testament
- In Exodus en Leviticus lezen we over handoplegging in verband met de priesterwijding en de offers.
- In Leviticus wordt zelfs door handoplegging een vloek op iemand overgebracht.
- In Genesis lezen we ook hoe Jacob zijn zonen zegent door zijn handen op hun hoofd te leggen.
- Het woord `zegenen' in het Nieuwe Testament "eu-logien" betekent letterlijk 'goed¬spreken'
- In het Nieuwe Testament, in Markus 10, zegent Jezus de kinderen ‘en verhindert ze niet’ staat er.
- In Handelingen komen we de handoplegging tegen in verband met de doop. Nadat de doop plaatsgevonden heeft vind de handoplegging plaats.
Jezus en handoplegging in het Nieuwe Testament
Wat ook heel belangrijk is is dat bij genezing van een zieke ook de handen opgelegd werden. De Heere Jezus gaf een duidelijke opdracht aan de discipelen om de wereld in te gaan om het Evangelie te verkondigen, te dopen en te genezen, en daar was handoplegging een wezenlijk element bij.
Reformatie en Martin Bucer
In de tijd van de Reformatie was er felle kritiek op de kinderdoop om dat hiermee de persoonlijke geloofskeuze belemmerd zou worden. De Reformatie heeft weer nieuw licht op die persoonlijke geloofskeuze laten schijnen door stelling in te nemen tegen de wederdopers. De reformatoren gingen op zoek naar een vorm voor de openbare geloofsbelijdenis waarin het persoonlijke, voldoende aandacht zou krijgen. Het was met name Martin Bucer die voorstander bleef van de kinderdoop maar gaf tevens een maximale invulling aan de afsluiting van de catechese in de vorm van geloofsbelijdenis met handoplegging. Na de Reformatie is men hier verschillend mee omgegaan en helaas ook op een soms negatieve manier.
Betekenis van handoplegging als symbool voor zegen
Een zichtbare handoplegging symboliseert in de bijbel onder andere van wie je eigendom bent. Als God Zijn hand op ons legt, dan laat dit zien dat wij Hem volledig toebehoren. En dit gebaar bevestigd Zijn belofte van trouw. Ook duidt de zichtbare hand erop, dat wij mogen leven onder Zijn verbond, Zijn hoede en onder leiding van Zijn Geest. Dat betekent niet dat ons leven geen zichtbaar gevaar zou lopen. Maar wél dat Hij ons wil beschermen tegen de macht van de zonde en de dood. Zo is de handoplegging een teken van onze geborgenheid in God en de nabijheid van Zijn Geest, wat een mens ook overkomt.
Belijdenis als antwoord
Een ander belangrijke betekenis van openbare geloofsbelijdenis is het antwoord op de doop. We komen door de openbare geloofsbelijdenis weer op onze knieën ‘terug’ tot God. Door de handoplegging krijgen we een zichtbaar gebaar van God en worden we als het ware weer opgeroepen en toegerust om deel te nemen in de geestelijke strijd. De handoplegging maakt duidelijk dat het geloof een zaak van hoofd, hart en handen is. In deze toerusting wordt het een openlijk en knielend belijden van onze zonden, maar mogen tegelijk Zijn zegen ontvangen. Het is een wederkerig belijden van toewijding, ontvangen en aanbieden.
Ontvangen of toewenden van God naar een mens:
- het mogen delen in de heilzame nabijheid van de Schepper
- het mogen leven uit de gemeenschap met Christus
- het mogen ontvangen van de gaven van de Geest
Aanbieden of toewijden van een' mens aan God:
- een moment van persoonlijk belijden van je geloof
- het je beschikbaar stellen voor een taak in de gemeente
- op welke andere wijze dan ook in je levergericht willen zijn op wat God voor ogen staat in Zijn komend Koninkrijk
Waarom deze verandering?
Onder vele (jonge) gemeenteleden bestaat de behoefte om op bepaalde momenten in hun leven een zegen te ontvangen vanuit de kerk. Bijvoorbeeld een zegen over hun huwelijk, bij ziekte of op een kruispunt in hun leven. Het is dan meestal de bedoeling om deze zegening door middel van handoplegging zichtbaar en tastbaar te maken, waarbij (bijbel-)woorden uitgesproken kunnen worden. Daarbij gaat het niet om een plotselinge of modieuze vraag of behoefte. De bijbel laat namelijk in de praktijk zien waarin zegening en handoplegging zowel in het dagelijks leven als in de kring van de gemeente veel ruimer een plaats krijgt toebedeeld dan in deze tijd. Op dit moment is er duidelijk een herontdekking gaande van andere dan verbale uitingen die ons geloof kunnen voeden en versterken. Het symbool en het gebaar ondergaan een herwaardering.