Langer werken voor je pensioen, hoe lang moet je doorwerken?

Langer werken voor pensioen
- Invoering AOW
- Onbetaalbaarheid en doorwerken
- 2019 tot 66 jaar
- 2023 tot 67 jaar
- Langer werken voor pensioen en demografische groei
Invoering AOW
Na de Tweede Wereldoorlog was er veel armoede en ontevredenheid, waardoor men meer en meer rechten wilde als arbeider. Het is helder dat men moet werken voor het geld, echter het menselijk lichaam is er niet op ingesteld om tot het einde door te blijven gaan. Daarom is in 1956 onder minister Drees de Algemene Ouderdoms Wet (opvolger van de Noodwet Ouderdomsvoorziening van 1947) ingevoerd waarin werd vastgesteld dat:- iedereen die een leeftijd van 65 jaar heeft bereikt recht heeft op een AOW uitkering. Oftewel iedereen kan met die leeftijd feitelijk stoppen met werken, danwel kan op die leeftijd zonder consequenties worden ontslagen;
- voor ieder gewerkt jaar 2% AOW wordt opgebouwd. Dat kan dus inhouden dat sommige mensen niet volledig pensioen hebben verzameld en dus recht hebben op een deel van de AOW.
Op basis van deze twee uitgangspunten kon iedereen stoppen met werken, zodra de pensioengerechtigde leeftijd is bereikt.
Onbetaalbaarheid en doorwerken
Na de Tweede Wereldoorlog is er een grote babyboom geweest, waardoor geleidelijk aan steeds meer mensen in Nederland aan de slag konden gaan. Gunstige omstandigheden voor de regering, omdat de verhouding aantal gepensioneerden ten opzichte van aantal werkenden goed lag. Omdat de laatste decennia mensen later en minder kinderen nemen en daarmee ook minder mensen relatief op de arbeidsmarkt komen – waarnaast de babyboom generatie met pensioen gaat – is die verhouding ongunstig geworden. Daarbij komt eveneens dat ouderen steeds ouder worden door een verbeterde gezondheidszorg. Oftewel minder werkenden moeten meer pensioen opleveren. Door deze scheefgroei is het pensioensysteem onbetaalbaar geworden, waardoor in 2012 is besloten om daaraan effectief iets te doen door verplicht langer te moeten werken.2019 tot 66 jaar
Het is uiteraard niet van toepassing dat binnen een jaar de leeftijd in één keer met twee jaar wordt verhoogd. Daartoe is een overgangsperiode ingesteld, zodat het geleidelijk aan wordt verhoogd. Het doel is dat in 2023 twee jaar eraan zijn toegevoegd. In 2019 moet men tot 66 jaar werken en dat wordt bereikt door in:- 2013, 2014, 2015 de pensioengerechtigde leeftijd met een maand te verhogen;
- 2016, 2017, 2018 de pensioengerechtigde leeftijd met twee maanden per jaar te verhogen;
- 2019 deze met drie maand te verhogen.