Opvoeden vanuit de vier klassieke temperamenten
Qua temperament kunnen we mensen in vier types indelen: cholerisch, melancholisch, sanguinisch of flegmatisch. In één gezin kunnen verschillende types voorkomen. Ouders kunnen om die reden problemen ondervinden bij de opvoeding. Omdat je altijd van jezelf uitgaat, ook bij het omgaan met anderen. De kans bestaat dat je zo nog verder van huis raakt. Daarom is het goed je bewust te zijn van het bestaan van die verschillen. Niet alleen binnen je eigen gezin, bij de opvoeding, maar ook met andere mensen.
Persoonlijkheidstypen
Reeds in de Griekse oudheid onderscheidde men vier persoonlijkheidstypen: het sanguïnische, flegmatische, cholerische en melancholische temperament. Ze danken hun naam aan
Hippocrates die ervan overtuigd was dat gezondheid bij de mens afhangt van de balans tussen
lichaamssappen; een onbalans zou ziekten veroorzaken. Hij dacht dat een overheersing van een van de vier lichaamssappen, bloed (sanguis), slijm (flegma), gele gal (cholè) en zwarte gal (melas cholè), tot een bepaald
karaktertype kon leiden.
Temperamenten
Inmiddels bestaan er in de psychologie verschillende indelingen van temperamentverschillen, maar tot begin twintigste eeuw was de indeling in vier types onder psychiaters en psychologen, en ook in de letteren, gebruikelijk. Je wordt ermee geboren en ze zijn al vroeg te herkennen. Hoewel ze grotendeels
erfelijk zijn, kan het toch voorkomen dat een van de ouders (of allebei) hun kind niet of verkeerd begrijpt. Zoals de felheid waarmee het op prikkels reageert, hoeveel energie het heeft, hoe actief het is en de mate van introversie of extraversie.
Onbegrip
Als je je baas of collega niet begrijpt is dat onhandig. Maar als je je eigen kind niet begrijpt is dat ronduit vervelend. De temperamenten maken slechts een deel van het karakter uit en niemand is 100% cholerisch, maar als de één heel flegmatisch is en de ander vooral cholerisch leidt dat gauw tot onbegrip en botsingen. Daarom is het fijn als je de verschillende temperamenten kunt herkennen en zo de ander beter gaat begrijpen.
Wantrouwen
Wanneer je bijvoorbeeld zelf een cholerisch type bent, sta je heel anders in het leven en reageer je anders op uitdagingen dan het flegmatische type. Een cholericus zal snel het initiatief nemen, actief oplossingen zoeken en deze ook voor anderen aandragen, ervan uitgaand dat deze er blij mee is. De flegmaticus reageert echter veel rustiger, meer afwachtend en is meer introvert. Hij voelt zich door de ander in een hoek gedrongen en begint uitvluchten te verzinnen of slaat dicht. Door deze verschillen ontstaat van beide kanten wantrouwen. Als dit te laat onderkend wordt, is het bijna onmogelijk om de zaak nog recht te breien.
Wat zijn de kenmerken van de vier temperamenten en hoe kunnen ze leiden tot misverstanden?
Cholerisch
Dit temperament is druk en opvliegend, maar ook vasthoudend en actief. Iemand met een cholerisch temperament neemt graag de leiding en houdt van een uitdaging. Het cholerische kind heeft een sterke wil, is vastberaden, leert snel en is van nature leider. Aan de andere kant kunnen cholerische mensen ongeduldig, koppig, humeurig en weinig empathisch zijn.
Rebellie
Een essentiële karaktertrek van de cholericus is dat hij van discussie houdt. Vat het niet persoonlijk op! Ouders van alle temperamenten neigen ertoe zich zorgen te maken als hun kinderen veel redetwisten; zij veronderstellen dat het kind ‘respectloos’ is ten aanzien van hun autoriteit. Maar dit is niet altijd het geval. Debatteren is voor hen natuurlijk. Dominant of sturend ouderschap is nooit ideaal; het provoceert waarschijnlijk vooral het cholerische kind tot boze rebellie.
Melancholisch
Zwaarmoedig, somber en ernstig, maar ook zorgelijk. Hij houdt van een overzicht, kan goed onthouden en denkt veel na, vooral om te begrijpen. Het melancholische kind is introvert en serieus en kan nogal traag reageren. Het is vaak graag op zichzelf. Als je een melancholisch kind hebt, ben je waarschijnlijk gezegend met een gevoelig, spiritueel en vaak artistiek kind — een dat veel ruimte en rust vraagt en graag alleen is. Het heeft tijd nodig en privacy om na een schooldag of spelen met andere kinderen weer tot zichzelf te komen. Voor een melancholisch kind is een goede balans tussen privacy en activiteit heel belangrijk. Ouders kunnen erop letten dat ze het niet 'voor de leeuwen gooien', maar evenmin dat het zich teveel afzondert.
Comfort zone
De negatieve kant van het melancholische temperament is dat het kind humeurig kan zijn, teruggetrokken, overdreven zelfbewust en perfectionistisch. Kritisch op zichzelf en anderen, kan het ook bang zijn nieuwe dingen te initiëren. Het moet uit zijn comfort zone gelokt worden.
Sanguinisch
Het sanguinische kind is gretig, intelligent, gevoelig, houdt van plezier en is enthousiast. Het leert en reageert snel. Het is zelden wraakzuchtig, kan erg spraakzaam zijn en snel afgeleid op school, misschien test het het geduld van de leraar (vooral als de leraar van het melancholische type is).
Oppervlakkig
Sanguinische kinderen hebben behoefte aan stimulans en plezier. Maar zonder structuur en duidelijke richtlijnen kan hun impulsieve natuur tot problemen leiden. Ze hebben een heldere, onderzoekende geest, maar kunnen neigen naar oppervlakkigheid. Daarom is een goede morele en intellectuele vorming die de diepere werkelijkheid blootlegt, heel belangrijk. Ze moeten, voordat ze handelen, leren na te denken, met een goedgevormd intellect.
Flegmatish
Het flegmatische kind is vreedzaam, rustig, coöperatief, betrouwbaar en gehoorzaam. Het raakt op school nooit in gevecht en thuis kan het zichzelf uren bezighouden zonder om aandacht te vragen. Tel je zegeningen! Maar het flegmatische kind kan zich zo goed aan zijn omgeving aanpassen, dat een ouder geen idee kan hebben van wat het werkelijk denkt of voelt – wat het frustreert, waarover het praat met zijn beste vriend(in)… heeft hij/zij wel een beste vriend(in)?
Apathisch
De flegmaticus reageert traag, maar anders dan de melancholicus, zijn de reacties niet diep en evenmin langdurig. Hij blijft kalm, zelfs onder grote druk. Het duurt een tijd eer hij kwaad wordt, bijvoorbeeld, op een voortdurend vervelend broertje of zusje.
Van de andere kant kan het zonder goede aanmoediging traag of ongemotiveerd raken. Het kan apathisch of te zeer op zijn gemak zijn met de status quo. Het kan zo bang zijn om iemand te beledigen, dat het kiest voor uitstel. Ouders moeten de flegmaticus aanmoedigen zich niet in zichzelf op te sluiten en zelfs een leiderschapsrol op zich te nemen. Het kan zijn dat veel flegmatici nooit hun potentieel bereikt hebben door een gebrek aan aanmoediging.
Ouders
Ouders moeten hun eigen karakters onderzoeken bij de omgang met een kind. Een melancholische vader die de neiging heeft kritisch te zijn, kan zijn flegmatische zoon voortdurend de les te lezen over wat hij zou moet doen en wat niet. Met zijn neiging tot perfectionisme kan hij zijn trage zoon zo irriteren dat deze bevriest in een koppig, onbeweeglijk kind. De vader kan de situatie verbeteren door zijn liefde te tonen met lof en aanmoediging. Hij zal veel bevestigende opmerkingen moeten maken voor elke kritische noot die hij uit.
Deel van het probleem
Wat ook kan: een cholerische moeder, verbaasd over haar dochters onzekerheid en gebrek aan initiatief, realiseert zich mogelijk niet dat zij zelf deel van het probleem is: zij is zo overheersend dat haar kind niet weet hoe ze haar eigen vaardigheden en initiatieven kan ontwikkelen.
Als beide ouders introvert zijn, bestaat het gevaar dat de kinderen niet genoeg warmte, verbale erkenning en aanmoediging krijgen om uit te blinken. Aan de andere kant kan het zijn dat twee extroverte ouders niet de tijd nemen om een introvert kind uit de tent te lokken en het toe te staan sociale vaardigheden te ontwikkelen op een meer bedachtzame en bevrijdende manier.
Helpen
Ouders zullen het gemakkelijker vinden hun kinderen te helpen bloeien als ze op de natuurlijke aard van het kind inspelen. Ouders kunnen het natuurlijke leiderschap en de onafhankelijkheid van de cholericus waarderen, de diepgang en het deugdzame doel van de melancholicus, de edelmoedigheid en openheid van de sanguinicus en de gehoorzaamheid en vredigheid van de flegmaticus.