Maken kinderen gelukkig?
Haalt het ouderschap alle plezier uit het leven, of is het juist de bron van geluk? Wanneer je met je partner voor de keuze staat om aan kinderen te beginnen is dit een brandende vraag. En het is belangrijk goed te kiezen; de keuze beïnvloedt immers de rest van je leven! Wat zijn overwegingen om al dan niet een gezin te stichten, en wat is goed voor jou?
Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat ouders in hun dagelijkse bezigheden doorgaans iets ongelukkiger zijn dan wie geen kinderen in huis heeft. De grote toename aan huishoudelijke taken (het extra strijken, wassen, verschonen van luiers) is hier onder andere debet aan. Daarnaast hebben psychologen gevonden dat ouders gelukkiger worden van zaken als eten, televisie kijken en sporten dan van het spelen met en opvoeden van hun kinderen.
De genoemde resultaten zijn voor veel mensen tegenintuïtief. Er heerst een cultureel geloof dat kinderen een bron van geluk zijn, en bijdragen aan een gezond leven. Terwijl, feitelijk gezien, het geluk van ouders daalt op het moment dat kinderen
in the picture komen. Met kinderen moeten ouders hun eigen prioriteiten en wensen opofferen voor die van het kind. Wanneer de kinderen het huis uit zijn, neemt het geluksniveau van de ouders weer toe. Daniel Gilbert, psycholoog aan Harvard, weet dit treffend te verwoorden: "Het enige symptoom van een leeg nest is non-stop glimlachen." [1]
Voor veel ouders is dit een bittere pil om te slikken, helemaal omdat de kosten van het opvoeden van kinderen niet alleen van mentale aard zijn. Vroeger hielpen kinderen al van jongs af aan mee op het land, om zo financieel bij te kunnen dragen aan het gezin. Tegenwoordig ziet het financiële plaatje er anders uit. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) heeft berekend dat één kind gemiddeld 17 procent van het besteedbaar inkomen kost. Twee kinderen kosten gemiddeld 26 procent van het inkomen, drie kinderen 33 procent en vier kinderen 40 procent.
Veranderingen in de relatie
Wanneer het huishouden groeit van twee naar drie, verandert de relatie met je partner mee. Als eerste zul je in de eerste maanden niet genoeg slaap krijgen. Een baby slaapt vaak maar een paar uur achter elkaar, en het resulterende tekort aan slaap zorgt ervoor dat jij of je partner sneller geïrriteerd kan raken. Je hebt minder energie en minder tijd om te werken en voor elkaar.
Het is niet uitzonderlijk dat een baby gevoelens van jaloezie losmaakt. Vooral nieuwe vaders worden jaloers omdat de baby zoveel van moeder's tijd in beslag neemt. Hij kan zich het derde wiel aan de wagen voelen; deze gevoelens zijn normaal wanneer de structuur van het gezin zo drastisch verandert. Het is daarom belangrijk als koppel tijd voor elkaar te maken. Plan bijvoorbeeld wekelijks een date; laat een babysitter voor de baby zorgen en ga uit eten of naar de film.
Grootouder worden
Wanneer je de keuze maakt om kinderloos door het leven te gaan, weet je één ding zeker: je wordt nooit opa of oma. En dat is jammer, want volgens wetenschappelijk onderzoek voelen grootouders zich gelukkiger dan leeftijdsgenoten zonder kleinkinderen. Met andere woorden: de belangrijkste wijze waarop kinderen geluk brengen, is door het uiteindelijk krijgen van kleinkinderen. In de woorden van een onderzoeker: "Het bewijs voor een positieve relatie tussen het zijn van grootouder en levensgeluk houdt in dat het op de lange termijn toch kan lonen om te investeren in kinderen, een die een generatie over slaat." [2]
En dat zou reden genoeg kunnen zijn.