mijn kijk opJongens en het onderwijs
Steeds meer weerklinkt de vraag of jongens nog wel op hun plek zijn in het huidige onderwijs. De eisen die vandaag de dag gesteld worden zijn vooral gericht op zelfstandigheid, concentratievermogen en spreekvaardigheden. Eisen die door meisjes veel vanzelfsprekender opgepikt kunnen worden dan door jongens. Om nog maar te zwijgen van de grote terugloop van het aantal meesters voor de klas. In vroeger tijd waren het vooral de jongens die doorstudeerden en op het school prima deden. Hoe komt het dat tegenwoordig vooral de jongens uitvallen? Waar komen opeens al die drukke mannetjes vandaan en wat is hier aan te doen?
Boek: 'Jongens zijn't'
In haar afstudeerproject gaat Angela Crott, auteur van het boek 'Jongens zijn't' op zoek naar de redenen waarom jongens in het onderwijs slechter presenteren en weggezet worden als onhandelbaar. Volgens haar zijn het eigenlijk helemaal niet de jongens die veranderd zijn. Waar vroeger een drukke jongen weggezet werd als "een echte jongen" dreigt men tegenwoordig met etiketjes als ADHD. Oorzaak is niet te zoeken bij de jongens zelf, maar in de veranderde maatschappij. De maatschappij heeft in de loop der jaren steeds meer de vrouwelijke sterke kanten omarmd: veel praten, rustig en zelfstandig werken en zelf plannen. De jongens zelf zijn gewoon jongens gebleven met alle gevolgen van dien.
Eigenschappen van jongens
Niet alleen volgens Angela Crott, maar ook volgens andere studies zijn jongens van nature geen praters, maar doeners. Conflicten uitpraten is een hele opgave. Wat voor een meisje de meest natuurlijke weg is, over alles moet gepraat worden, is voor een mannelijk persoon een kruistocht. In het onderwijs moet er steeds meer gepraat worden. Discussies moeten gevoerd worden en ruzies moeten het liefst zelf uitgepraat worden. Het onderwijs draait tegenwoordig vooral om praten en plannen.
Jongens hebben moeite met plannen. In het middelbaar onderwijs moet veel op eigen inzicht gepland worden. Maar de mannen zijn niet van het plannen, willen hier en nu bezig zijn en niet nu al nadenken over de taken die nog lang niet af moeten. Zelfs op de basisschool moeten de kinderen al zelf hun weekplanning maken. Uiteraard een mooie manier om alvast te trainen in plannen, maar niet voor iedereen een gemakkelijke opgave.
Jongens geven de voorkeur aan even uitrazen door lichamelijke inspanning. Waar een meisje over blijft piekeren en graag over wil praten, is voor een jongen een reden om druk te gaan doen. Lichamelijke inspanning is zijn manier om om te gaan met emoties. Daarna is hij het grotendeels kwijt, terwijl een meisje door gepieker regelmatig hoofdpijn ervaart. Probleem is alleen wel dat een meisje opgevangen en getroost wordt als zij zich rot voelt, maar van een drukke jongen wordt verwacht rustig te zijn. De jongen wordt gestraft omdat het druk doet en krijgt daarmee niet de kans om de emotie op zijn manier te verwerken. Af en toe even mogen hollen, even herrie mogen maken, zou voor de mannetjes een hoop ellende schelen!
Meesters en juffen
Niet alleen het onderwijs zelf is veranderd, maar ook de mensen die voor de klas staan. Vooral op basisscholen zijn mannelijke leerkrachten alleen nog te vinden met een vergrootglas. Hoewel de meeste juffen het goed bedoelen, zij kunnen zich toch niet helemaal inleven in de wereld van de jongen. De meester zal zelf beter begrijpen dat de hele dag stilzitten niet echt een jongensding is. Of zoals Lauk Woltring, expert jongensprobleem, zei: 'Ondergestimuleerde jongens zijn een hel in de klas.'
Dus plakken we er een sticker op
Vooral jongens worden gediagnosticeerd met ADHD. Waarom tegenwoordig wel en vroeger niet? Bestond ADHD toen nog niet?
Beweren dat dit gedragsprobleem niet bestaat gaat erg ver. Natuurlijk zullen er kinderen zijn die erg veel moeite hebben met concentratie en gebaat zijn met hulp. Toch is het de vraag of alle ADHD'ers werkelijk iets mankeren. De vraag dringt zich regelmatig op of het niet veel meer ligt aan het onderwijs en de rest van de maatschappij.
De Amerikaanse dokter Richard Saul durft zelfs nog een stap verder te gaan. Hij was 50 jaar neuroloog, gespecialiseerd in gedragsproblemen, en stelt nu dat ADHD niet bestaat! Erger nog: de bijhorende medicatie zou het allemaal alleen nog maar erger maken! Waardoor de echte problemen niet onderkend worden.
Waar vroeger een jongen een echte jongen mocht zijn, dus ondeugend en vooral bezig zijn, moeten ze zich nu aanpassen aan de eisen die voor hen niet ideaal zijn. Ouders hebben minder tijd omdat beiden werken, scholen eisen aandacht, planning en vooral geen onrust, en buiten verdwijnen steeds meer plekken om ongestoord te mogen klimmen en klauteren. Dat wat jongens nodig hebben wordt ze steeds meer afgenomen. Zoals Angela Crott zegt: "Jongens hebben geen probleem, wij hebben een probleem met jongens".
Hoe kan het anders?
Een groot verschil kan het al maken als leerkrachten zich bewust zijn van de problemen van de jongens. Hierop proberen in te springen zou een mooie uitdaging moeten zijn. Een leerkracht vertelde dat hij een jongen een opdracht gaf, zoals iets ergens anders in school ophalen, zodra hij door had dat hij behoefte aan beweging had. Het zijn kleine dingen, maar het kan zeker helpen. Even in de klas met elkaar een lichamelijke oefening doen (springen bijvoorbeeld) kan ook helpen.
Meer ruimte op school voor de echte jongenseigenschappen zou een grote vooruitgang betekenen en een hoop frustratie minder opleveren voor zowel de jongens als voor de leerkrachten.