Pedagogisch klimaat in de klas
Als leerkracht ben je continue bezig de sfeer in de klas in kaart te brengen en te verbeteren. Je zorgt ervoor dat de kinderen kunnen leren, zich prettig voelen in de klas en op het speelplein en met plezier naar school gaan. Dit alles noemen we het 'pedagogisch klimaat'. Maar wat is dit nu precies?
Definitie
Het pedagogisch klimaat kun je omschrijven als ‘
het totaal aan aanwezige en bewust gecreëerde omgevingsfactoren dat inspeelt op het welbevinden van het kind waardoor het zich in meer of mindere mate kan ontwikkelen’. Belangrijke factoren binnen het pedagogisch klimaat zijn de leeromgeving, en de relatie tussen de leerkracht en de leerling. Daarnaast zijn ook de invloeden op het pedagogisch klimaat van belang.
Leeromgeving
Een rijke, krachtige en betekenisvolle leeromgeving daagt de leerlingen uit om te leren. Het belangrijkste hierbij is dat de leerling zich hier prettig en veilig bij voelt. Voor de leerling is het belangrijk dat hij het gevoel heeft dat zijn manier van leren wordt gewaardeerd en hij als persoon wordt erkend door de leerkracht en medeleerlingen.
Kenmerken van een goede leeromgeving
In het boek ‘Meer dan Onderwijs’ staan een aantal kenmerken genoemd waar een goede leeromgeving aan zou moeten voldoen:
- Een professionele leerkracht van wie de leerling kan leren, de leerkracht is gericht op het leren van de leerling;
- Activiteiten en materialen van verschillende soorten, die betekenisvol en uitnodigend zijn voor de leerling;
- Diverse contexten die de nieuwsgierigheid van de leerling prikkelen;
- Voldoende ruimte voor de leerling om zijn eigen wensen en behoeften tot uiting te laten komen;
- Mogelijkheden om samen dingen te doen, te experimenteren en onderzoeken en ruimte voor het zoeken naar eigen oplossingen en creativiteit;
- Ruimte voor verschillende leervormen en leerstijlen;
- Veel verschillende mogelijkheden op gebied van ICT-ondersteuning.
Verschillende soorten leeromgevingen
Als je denkt aan de leeromgeving, denk je snel aan een grote ruimte. Het gehele klaslokaal, de hele gymzaal. Je kunt het begrip leeromgeving ook anders zien. Een bepaalde hoek in het klaslokaal met een bepaald thema kan ook een leeromgeving zijn. Of de poppenhoek bij de kleuterklassen. Een kringgesprek of een hoofdrekenactiviteit kan ook een leeromgeving zijn. Al deze voorbeelden bevinden zich in het klaslokaal, maar weerspiegelen allemaal een andere leeromgeving.
Het begrip leeromgeving kan het beste zo ruim mogelijk beschreven worden, volgens de visie in Meer dan Onderwijs. Een leeromgeving wordt gezien als krachtig en rijk, als de leerling optimaal kan leren. Zo een leeromgeving hoeft niet te voldoen aan alle kenmerken die hiervoor zijn genoemd, zolang er maar actief en intensief geleerd kan worden.
Didactiek
Deze kenmerken van een goede leeromgeving kun je ook didactiek noemen. Het begrip didactiek zou je kunnen uitleggen als ‘de leer van het onderwijzen’.
Er zijn verschillende vormen en visies op een goede didactiek, onder andere:
- Activerende didactiek;
- Effectieve instructie;
- Coöperatief leren;
- Adaptief/passend onderwijs.
Deze vormen van didactiek zijn allemaal gebaseerd op een bepaalde kijk op leren en onderwijzen. Elke didactiek heeft een normatieve kant en een technische of instrumentele kant. Een beeld van wat goed onderwijs is en de kennis van ervaringen en onderzoek over de werkzaamheid vormen samen de bepaalde didactiek.
Didactische driehoek
Er zijn drie elementen die samen de didactische driehoek vormen. Deze didactische driehoek ziet er als volgt uit:
- Als eerste punt van de driehoek zien we de leerling. Vanuit de leerling kun je denken dat de leeromgeving in dienst staat van het leerproces.
- De leerkracht is de tweede punt van de driekhoek. Als we kijken vanuit de leerkracht zal deze het volgende zeggen: de leeromgeving wordt ingericht om de leerling uit te lokken om te gaan leren.
- Samen met de leerling en de leerkracht vormt de leerstof de didactische driehoek. Het begrip leerstof kun je omschrijven als ‘dat wat geleerd gaat worden, waar het over gaat’.
Invloed op het pedagogisch klimaat
Er zijn een heel aantal aspecten die invloed kunnen hebben op het pedagogisch klimaat. Sommige aspecten liggen buiten de invloedssfeer van de leerkracht, bijvoorbeeld de verschillende buitenschoolse situaties van de leerlingen. In de groep is het belangrijk dat er een sfeer is waarin alle kinderen kunnen leren. Deze sfeer wordt bepaald door de invloed van de leraar. Ieder kind heeft recht op aandacht, wat bijdraagt aan een goede relatie tussen de leerkracht en het kind.
De volgende aspecten vallen onder de invloedssfeer van de leerkracht en/of de school en hebben invloed op het pedagogisch klimaat. Deze aspecten zijn van belang bij het creëren van een goed pedagogisch klimaat, volgens C. Bos.
- Ordelijke en functionele leeromgeving;
- Respect voor de leerlingen, vanuit de leerkracht getoond;
- Het onderling respect tussen leerlingen wordt bevorderd;
- Zelfvertrouwen van de leerlingen wordt ondersteund door de leerkracht;
- Duidelijke omgangsregels;
- Er is structuur aanwezig in de groep;
- Een uitdagende leeromgeving;
- Stimulatie van zelfstandigheid en verantwoordelijkheid van de leerlingen.
Deze aspecten worden ook door de onderwijsinspectie vastgehouden. Al deze aspecten kun je nog verder uitwerken in deelaspecten. De opsomming is een richtlijn. Het is enkel een hulpmiddel voor de leerkracht, en kan nooit volledig zijn. Iedereen heeft immers een andere opvatting over de aspecten.
Klassenmanagment
In een klas moet we rekening houden met het inrichten van de leeromgeving. Management van leerprocessen is het plannen, sturen en organiseren, waardoor er een leeromgeving ontstaat waarin kinderen onder begeleiding van de leraar leren. Ook het inrichten van de klas is belangrijk omdat het de sfeer, orde en de rust in de groep bepalen. De klas zal anders ingericht zijn wanneer een het lerende kind centraal, dan wanneer de leraar een lesgevende taak wil doen.
Effectieve inrichting
Een aantal uitgangspunten voor een effectieve inrichting van de ruimte kunnen zijn:
- De ruimte moet sfeervol en overzichtelijk zijn. Zorg voor zowel een uitnodiging tot spelen en leren in bijvoorbeeld hoeken als voor rust. Voorkom een omgeving met veel prikkels.
- Het werken met pictogrammen voor jonge kinderen is gewenst: een duidelijke herkenbare afbeelding of symbolische voorstelling geeft aan wat er die dag gedaan moet worden. Pictogrammen kun je bijvoorbeeld gebruiken bij de dagindeling en het zelfstandig werken.
- Zorg ervoor dat het materiaal klaar ligt en zelfstandig gepakt kan worden.
Net als de aspecten rondom de opstelling van een pedagogisch klimaat, zijn ook de uitgangspunten voor een effectieve inrichten een richtlijn. Iedere leerkracht bepaald zelf wat voor pedagogisch klimaat er in de klas aanwezig is en wat hij of zij hieraan wil veranderen of bijdragen.