Genocide: Burma, de Rohingya
De Rohingya zijn een kleine moslim-minderheid in Burma, een land dat al decennia lang door een strenge dictatuur geregeerd wordt. De regering wil het land Burmaniseren en maakt daarom alle minderheden het leven zuur. De Rohingya hebben het al sinds hun komst in Burma zwaar te verduren, maar de agressie, oogluikend toegestaan door het regime, neemt steeds grovere vormen aan. De Burmese regering geeft zelfs officiëel te kennen van de bevolkingsgroep af te willen, goedschiks of kwaadschiks.
Burma en de Rohingya
De Rohingya zijn de grootste minderheid in Burma en oorspronkelijk afkomstig uit Bangladesh. Het gaat om een groep van 800.000 tot 1 miljoen mensen. Ze migreerde naar Burma als goedkope werkkrachten nadat de Britten het land in 1886 hadden gekoloniseerd. Het woord Rohingya zou afkomstig zijn van het Arabische woord '
Rahim', wat zoveel als barmhartig betekent. De Rohingya vestigden zich vooral in de Rakhine provincie en zijn nu dus al ruim een eeuw aanwezig in Burma, maar hebben nog steeds geen burgerrechten in het land. Een land wat toch al jaren onder een extreem regime zucht, dat zich aan alle minderheden vergrijpt en probeert alle minderheden te Burmaniseren. In 1982 is de burgerschapswet van kracht geworden, die er voor zorgt dat het voor Rohingya onmogelijk is om volwaardige Burmese burgers te worden. Zowel de Burmese wet als de politiek discrimineert de Rohingya. Ze zijn beperkt wat betreft hun kansen op onderwijs, werk en hebben beperkte bewegingsvrijheid. Sinds hun komst in Burma zijn de Rohingya het slachtoffer van racisme, maar met de komst van de militaire junta is dit uitgegroeid tot een gesystematiseerde campagne om hun uit te roeien. In 1930, 1938, 1997, 2001 en 2012 zijn er grootschalige pogroms gehouden tegen de moslim-bevolkingsgroep, waarbij duizenden Rohingya zijn afgeslacht. Doordat het huidige regime zo'n strakke controle uitvoert is het moeilijk de precieze cijfers boven water te krijgen. Er wordt aan de Rohingya gerefereerd als 'Bengali's', 'zogenaamde Rohingya' of met de negatieve term 'Kalar'. Zelfs degenen die zich inzetten voor de burgerrechten van Burmezen en etnische groepen die zelf lijden onder het Burmese regime staan klaar met vooroordelen tegen de Rohingya. Ook
Aung San Suu Kyi, de kampioene van de mensenrechten in Burma, heeft de Rohingya in de steek gelaten, door te verklaren dat ze niet weet of de Rohingya Burmezen zijn.
De Escalatie van het Conflict in 2012
De aanleiding voor de moordpartijen van 2012 was een rapport dat op 28 mei een Boeddhistische Arakan vrouw door drie Rohingya zou zijn verkracht en vermoord. De drie jongemannen werden gearresteerd en een van hen pleegde zelfmoord. De andere twee werden ter dood veroordeeld. De Rohingya-versie van het verhaal is totaal anders, volgens hen zou het gaan om een Rohingya-man die verliefd was op een boedhistisch meisje en nadat ze samen waren weggelopen werden ze gevonden en de jongen vermoord. Twee onschuldige mannen werden vervolgens gearresteerd. Wat de waarheid ook was, het gevolg was dat er een opruiend pamflet ging circuleren en op 3 juni hielden Arakan-mannen een bus aan, waarbij ze tien Rohingya-mannen uit de bus haalden en vermoorden (andere berichten geven getallen die veel hoger zijn). De lokale politie en militairen stonden erbij en keken toe. Vijf dagen later namen de Rohingya wraak: na het vrijdagmiddag-gebed bestormden ze Maungdaw-stad en vermoorden een onbekend aantal mensen. Dit was het begin van een golf van geweld in de stad Sittwe en de rest van de regio. Zowel Arakan als Rohingya brandden huizen plat, verkrachtten en vermoorden mensen. De anti-moslim media gooide olie op het geweldadige vuur en Human Rights Watch kreeg van beide partijen berichten dat de overheid het geweld had kunnen stoppen. Uiteindelijk deden ze dat ook, maar op 12 juni werden opnieuw de huizen van Rohingya en andere moslims in brand gestoken en opende de politie en de paramilitaire Lon Thein troepen het vuur op de Rohingya. In Sittwe, waar de bevolking 50% Arakan en 50% Rohingya was, zijn de Rohingya uit hun huizen verdreven en het is de vraag of ze de kans krijgen om terug te keren. In het noorden van de staat Arakan hebben zowel de politie, het leger, de douane als paramilitairen zich schuldig gemaakt aan de moord op Rohingya. Samen met de lokale bevolking hebben ze mensen uit hun huizen verdreven, op mensen geschoten die probeerden te vluchten en voedsel en andere zaken gestolen uit de huizen van Rohingya's. Op 12 juli 2012 kondigde de Burmese president Thein Sein aan dat de enige oplossing voor de sektarische strijd het uitzetten van de Rohingya is. Naar door de VN beheerde kampen of naar een land dat ze hebben wil. De lokale mensenrechten organisatie, die in de provincie Arakan geleid wordt door Win Mra, een etnische Arakan, verklaarde dat er geen sprake was van geweld van de zijde van de regering, dat alle humanitaire benodigdheden aanwezig waren en repte met geen woord over de vervolging van Rohingya of hun problemen met burgerrechten.
Hulpverlening
De situatie heeft voor beide partijen, de Arakan en de Rohingya, geleidt tot een humanitaire noodsituatie. Maar waar die situatie voor de Arakan onmiddelijk hulp op gang bracht, zowel door Burmese burgers als door de regering, bleven de Rohingya verstoken van hulp. Veel Rohingya hebben zich wekenlang verscholen en hadden nauwelijks toegang tot voedsel, medicijnen, kleding en andere zaken. Humanitaire hulp van buitenaf voor de Rohingya werd bemoeilijkt door de Burmese autoriteiten en de Burmese bevolking stond negatief tegenover wat zij zagen als 'de bevooroordeelde houding van het buitenland ten opzichte van de Rohingya'. Dit leidde zelfs tot bedreiging en intimidatie van hulpverleners door lokale Arakan.
Bangladesh
Meestal proberen de Rohingya's het water op te vluchten in de hoop zo Bangladesh te bereiken, maar ze worden meestal door vertegenwoordigers van de regering begeleidt, die hen naar wateren ver buiten de kust brengen. Veel boten redden het dan ook niet tot Bangladesh en de weinigen die het land weten te bereiken zijn vervolgens ook in Bengladesh niet welkom en worden terug de zee opgestuurd. Degenen die toch het land weten in te komen moeten zich vervolgens schuil houden. Bangladesh komt het Internationale Recht met betrekking tot mensenrechten niet na, waarbij men in elk geval tijdelijk opvang zou moeten verlenen aan vluchtelingen tot de situatie in hun eigen land weer veilig is. Human Rights Watch probeert diverse regeringen zo ver te krijgen om druk uit te oefenen op zowel de Burmese als de Bengali regering ten behoeve van de Rohingya.