Onmacht ervaren: kenmerken en gevolgen
Onmacht ervaren is iets verschrikkelijks. Het omvat 'weerloos ondergaan, weerslag op de toekomst, beperking van de levensvrijheid en aanval op gelukkig zijn'. Onmacht legt zowel zijn stempel op het individu als de sociale omgeving van die persoon. Een bekend voorbeeld van onmacht is een natuurramp zoals op Pukkelpop en de Tsunami, waardoor verschillende mensen het leven hebben moeten laten. Het doodgaan (wanneer er geen sprake is van zelfmoord) kan als de engste vorm van onmacht worden omschreven.
Wat is onmacht?
Onmacht is het gruwelijkste dat er kan zijn. Niet in staat zijn om de situatie te veranderen waarin je terecht bent gekomen kan de mens gewoon platleggen. Onmacht omvat 4 belangrijke elementen die elkaar voeden:
- weerloos ondergaan
- weerslag op de toekomst
- beperking van levensvrijheid
- aanval op 'gelukkig zijn'
Onmacht zal zowel op het individu als op de sociale omgeving zijn weerslag leggen.
Weerloos ondergaan
Een patiënt met diabetes en epilepsie komt bij de dokter en vertelt zijn verhaal: 'dokter, de laatste tijd heb ik last van zichtverlies en oncontroleerbare aanvallen'. De man wist al dat hij deze 2 ziektes voor de rest van zijn leven moet ondergaan want ze zijn wel te controleren maar niet volledig te genezen. Daarenboven kreeg hij al te horen dat zijn diabetes erfelijk was, en zijn epilepsie idopatisch (= geen echte oorzaak aantoonbaar). De 2 ziektes die hij gekregen heeft kwamen er als een lotsbestemming. Iets wat hem overviel en waar hij mee verder moet in het leven. Deze 2 obstakels doorheen zijn levensweg volledig van zijn rug gooien is vanaf dan onmogelijk. Mensen met een ongeneeslijke vorm van kanker en andere chronische ziektes vallen hier uiteraard ook onder, de ene nog erger dan de andere.
Weerslag op de toekomst
Dat onmacht een weerslag heeft op de toekomst is duidelijk, want het legt een raster op de werkelijkheid om de toekomst tegemoet te treden. Ook al probeert deze mens er niet aan te denken dat hij deze ziektes heeft en gewoon verder wil, toch zal hij er steeds aan herinnerd worden, ware het al niet aan de medicatie die hij moet nemen, de ongemakken die men ervaart en de verschillende controles in het ziekenhuis. Zijn pad dat hij wil opgaan wordt beperkt, en zal voor een groot deel in functie van deze onmacht liggen.
Beperking levensvrijheid
Onmacht zorgt voor de inperking van de vrijheid. De man krijgt de verplichting om op dat uur zijn medicatie te nemen, die dagen op controle te komen en kan niet zomaar eens even als het past ergens naartoe gaan of zijn medicijnen vergeten. In het geval van de man met ernstige diabetes zal eens goed vettig eten met daarna nog een lekker dessert en een goede cola al 1 van de kleine dingen zijn waar deze persoon voor moet passen en dan gaat het al om de kleine dingen in het leven!
Aanval op gelukkig zijn
Gelukkig zijn is er niet zomaar. We werken constant aan ons leven en de positieve voldoening die we ervan terugkrijgen zorgt ervoor dat we ons gelukkig voelen. Iemand die met barrières naar geluk toeleeft, zal steeds voelen dat hij t.o.v. de anderen qua geluk een tekort ervaart, want 'moest ik dit en dat niet hebben'... Erger is dat de kern: de lichamelijke en de mentale gezondheid bij deze personen reeds is aangetast.
Wat onmacht niet is
Ongeluk hebben waar je zelf invloed op hebt
- een kettingroker die later longkanker ontwikkelt
- op financieel vlak: een belegging doen die slecht afloopt
De gevolgen die hieruit voortvloeiden waren te vermijden want men wist op voorhand dat men hiermee geconfronteerd kon worden.
Natuurramp als onmacht
Een natuurramp is iets waar we in de wereld zeer vaak mee geconfronteerd worden. Kenmerkend hiervoor is dat ze plotseling opduikt en belangrijk: dit was onmogelijk te voorzien of te vermijden. Denken we maar aan de Tsunami en bv. het voorval van Pukkelpop waar enkele doden vielen door een zware storm. De weerslag op de sociale omgeving is enorm.
Onmacht in zijn engste zin
Daar waar aan onmacht de kenmerken: weerloos ondergaan, weerslag op de toekomst, beperking van levensvrijheid en aanval op gelukkig zijn worden toegeschreven, komt de dood hiervan als engste en meest perfecte uitvoerder hiervan naar boven. Tenminste als we onszelf niet beroven van het leven. Iemand die dood is kan alleen maar weerloos ondergaan, heeft geen toekomst meer, heeft geen levensvrijheid meer (want dat leven is afgesprongen). Ook de eigenschap 'aanval op gelukkig zijn' hangt hier in de meest perfecte vorm aan vast want men kan zijn geluk niet meer persoonlijk invullen als men er niet meer is.
Bovendien legt de dood ook nog eens het meest gruwelijke verdict op aan de nabije omgeving. Wat is er erger dan iemand die gestorven is?