Ik denk dus ik ben: Descartes' filosofisch systeem
René Descartes was een Franse filosoof die de vader van de moderne filosofie genoemd kan worden. En erg bekend door zijn uitspraak "cogito ergo sum,." Daarnaast heeft hij ook het beroemde twijfelexperiment bedacht. Descartes is geboren in 1596 en overleden in 1650. Als eerste wierp Descartes de filosofie van Aristoteles om en bedacht daarnaast ook nog eens zijn eigen filosofisch systeem. Er kwamen hevige discussie tussen voor en tegenstanders van dit systeem. Wat bent u, een voor of een tegenstander? Misschien weten we het antwoord op die vraag na deze pagina over Descartes.
In de diepte
Vanuit ons ziel is ons lichaam een metgezel, maar wel een aparte. Dit wordt zichtbaar bij de term "de dood." De dood zal ons leven afsluiten voor ons. Maar de dood dat kennen wij niet, maar wij ervaren hem wel om ons heen, en weet wat het met ons doet. Toch weten we het allemaal niet zeker. Het vreemde is dat de dood tegengesteld staat aan het leven, wat toch een enge gedachte is. De mensen die van een ziel uitgaan zullen deze dood vermijden, zij zullen de ziel als onsterfelijk zien. En zullen na de dood van het lichaam verder leven met de ziel. Het denken zet ons vrij van ons stoffelijke lichaam dat zal sterven, als enige voorbereiding voor het hiernamaals. Want denken doe je met de ziel en het hiernamaals daar gaat je ziel heen. Zie het denken als een training voor het leven van de ziel in het hiernamaals. Dan ligt het natuurlijk voor de hand dat de ziel als onstoffelijk wordt beschouwen. Het lichaam is stoffelijke en de ziel is onstoffelijk. Dit is het dualistische uitgangspunt, naast een sterfelijk lichaam hebben we ook een onsterfelijke ziel, het onstoffelijke. Maar waar komt toch dat denken voor in het onstoffelijke. Naar aanleiding van de uitspraak "ik denk dus ik ben" van Descartes natuurlijk.
Onstoffelijk
Als je denkt, kan je dat denken niet beetpakken, het is geen appel die je kan pakken. Nee denken is onstoffelijk, maar toch maakt dit denken jou, want alleen jij weet wat je denkt. Je ziet een mooie dame tenminste dat denk jij, en dit maakt jou degene die je bent. En daarom maakt het denken degene die je bent. Volgens het dualistische idee gebaseerd op de uitspraak van Descartes natuurlijk met daarop een goed voorbeeld. Zo hebben wij dus een directe toegang tot onze gedachten. Met deze directe toegang kunnen we twijfelen, we kunnen twijfelen aan ons lichaam en ook aan onze zintuigen. Dit maak je vast zelf wel eens mee, dan denk je dat je iets ziet, maar eigenlijk creëren je ogen dit beeld. Zo kan je dus twijfelen aan je ogen, zien zij wel het goede beeld. En zo kan je aan veel meer twijfelen, maar probeer maar eens te twijfelen aan je denken. Als je denkt kan je daar niet over twijfelen. Als je twijfelt of je denkt dan denk je toch, want met het twijfelen neem je een gedachte mee die je laat denken. Het denken is een absolute zekerheid zolang je bewust bent onmogelijk valt te betwijfelen. Je bent alleen met je gedachtes, want jij bent natuurlijk de enige die je gedachte kan denken. Je kan je gedachte wel uitleggen aan andere, maar iedereen zal er anders over denken. Zo ontstaan er ook verschillende meningen, dit is niet altijd goed. Wat eerst de ziel was is nu het bewustzijn geworden, niet zozeer een goddelijke levenskracht hoor.
Het lichaam
Maar hoe zit het dan met het lichaam? Het rationeel denken is ook veranderd en is elke keer weer klaar voor een verassing, zo ontdekken we toch weer nieuwe dingen, en ontgronden we de wetten van de natuur in de taal van de wiskunde. En zo nam ook de wetenschappelijke kennis toe. Van alles om mij heen, heeft het allemaal een zekere omvang. En zo staat mijn lichaam op hetzelfde niveau als andere dingen die ruimte innemen. Het idee dat de natuur bevolkt wordt door een god, maakt gaande plaats voor dat we de stoffelijke natuur kunnen onderzoeken. Zo werd ontdekt in de zeventiende eeuw hoe de bloedsomloop en het hart werkt. Uw moet het hart hierbij niet als het middelpunt van het lichaam zien. Het hart is niet de woonplaats van de ziel, nee het hart is gewoon een pomp. Het leven werd steeds meer verklaard vanuit de mechanica, het causale (oorzaak- gevolg.) Oftewel we spreken van een wetmatigheid, er is een oorzaak en daarop volgt een gevolg. Zo wordt het lichaam steeds meer gezien als een machine. Zo vindt er wel eens een transplantatie plaats, dit is erg goed te vergelijken met een auto die naar de garage gaat. De auto krijgt een nieuwe carburateur, zo krijgt de mens een nieuwe nier. Zoveel verschilt het niet van elkaar. En zo lijkt de denkende geest en het lichaam absoluut gescheiden. Het lichaam is alleen een machine zodat de denkende geest kan hier kan werken.
Descartes
Zoals Descartes al zei: ''Ik kan doen alsof ik geen lichaam heb, en dat de wereld niet bestaat, en dat ik nergens was, maar ik kan niet doen alsof ik zelf niet besta.'' Doordat jij alles om je heen weg zuivert zal je gaan denken en doordat denken weet je dat je bestaat. En zoals Descartes zei: ''Als ik alleen maar opgehouden zou zijn met denken, ook al zou alles wat ik ooit gedacht heb waar zijn, ik heb op dat moment geen reden om aan te nemen dat ik besta.''