De dief op blote voeten: Colton Harris-Moore

Colton Harris-Moore was pas 17 toen hij wist te ontsnappen uit een internaat waar hij zat vanwege verschillende inbraken. Al jaren berucht bij de politie en gemeenschap voor velen inbraken en diefstallen, zou hij 2 jaar later wereldberoemd zijn. Gedurende zijn jaren op de vlucht stal Colton 3 vliegtuigen, tientallen auto's, meerdere boten en pleegde hij vele inbraken. Ondanks zijn vele misdaden kreeg Colton veel fans en de rechten voor een film gebaseerd op zijn leven, zijn al verkocht.

Jeugd

Colton Harris-Moore werd op 22 maart 1991 geboren op Camano Island, Washington in het westen van de Verenigde Staten. Zijn ouders waren niet getrouwd en gingen uit elkaar toen Colton 2 jaar was. Zijn vader, Gordon Moore, had regelmatig contact met hem totdat Colton ongeveer 12 jaar was. Gordon Moore was een alcoholist en zat meerdere malen een tijd in de gevangenis.
Colton’s moeder was ook een alcoholist die als ze dronken werd, gewelddadig werd. Ook waren er gedurende zijn jeugd veel verschillende mannen in huis die hun eigen problemen meebrachten, waaronder drugsverslaving.

Deze instabiele thuissituatie zorgde ervoor dat Colton al op jonge leeftijd zijn huis probeerde te ontvluchten. Camano Island is een eiland met veel natuur en vanaf de leeftijd van 7 jaar vluchtte Colton regelmatig het bos in. Hij stal vervolgens levensmiddelen bij mensen thuis en kampeerde in het bos.

Hij werd voor de eerste keer veroordeeld voor diefstal en inbraak toen hij 12 jaar was en een jaar later had hij nog 3 soortgelijke veroordelingen op zijn naam staan. Een psychologische evaluatie bracht aan het licht dat hij aan ADHD, periodieke explosieve stoornis en depressie leed.

In het begin waren de straffen die hij kreeg voor deze vergrijpen relatief mild; hij bracht 10 dagen door in detentie of werd veroordeeld tot 6 maanden gemeentelijke dienstverlening. Echter deze straffen hadden geen effect en Colton bleef stelen en inbraken plegen, waardoor hij op zijn zestiende, in februari 2007, tot 3 jaar werd veroordeeld die hij diende uit te zitten in een internaat voor jeugdige delinquenten. Zijn ontsnapping uit het internaat zou zorgen voor een internationale achtervolging die 2 jaar zou duren.

De achtervolging

Op 29 april 2008 wist Colton te ontsnappen uit het internaat. In de maand na zijn ontsnapping rees het aantal inbraken op het eiland naar 41. De politie vermoedde dat Colton in de bossen op Camano Island kampeerde en leefde van gestolen levensmiddelen. Aangezien het een eiland betrof, geloofde de politie dat het slechts een kwestie van tijd was voordat ze hem konden insluiten. Ondanks verschillende zoekacties en het gebruik van speurhonden lukte de politie het niet om hem te pakken te krijgen.

Op 17 juli 2008 kwam de politie heel dichtbij. Nabij een supermarkt stond een gestolen Mercedes Benz. Colton sprong uit de auto en verdween in de bossen; wederom was hij de politie te snel af. In de auto trof de politie verschillende gestolen voorwerpen aan en een zelfportret van Colton dat hem beroemd maakte en zorgde voor een fanbasis die gedurende zijn vlucht bleef groeien. Zijn moeder moedigde hem ook aan om zich niet aan te geven en steunde hem openlijk. Volgend op zijn groeiende bekendheid liet hij berichten achter voor de politie op plaatsen waar hij had ingebroken. Een daarvan betrof een omtrek van een voet getekend met krijt, met de woorden c-ya (straattaal voor see you, wat tot ziens betekent). Mede daardoor en door getuigen die hem zagen vluchten op blote voeten, kreeg Colton de bijnaam de dief op blote voeten (the Barefoot Bandit). De toename in bekendheid deed Colton besluiten om van Camano Island naar Orcas Island te vluchten. Tijdens inbraken op dat eiland stal Colton creditcard nummers waardoor hij de identiteit van personen kon stelen. Daarnaast ontsnapte hij een aantal maal aan de politie door boten te stelen. Tot nu toe was hij de politie te land en ter zee te slim af, maar zijn volgende stap zorgde voor wereldwijde bekendheid.
Omdat Colton altijd op eilanden bleef, redeneerde de politie dat ze hem vroeg of laat wel moesten pakken. Zijn schuilplaatsen zouden immers ooit opraken. Echter op 12 november 2008 stal Colton een Cessna 182 en vloog er 480 kilometer mee voordat hij een noodlanding maakte in de staat Washington. Volgens zijn moeder had hij nog nooit gevlogen en het wordt vermoed dat hij leerde vliegen door een handleiding door te lezen en te oefenen op vluchtsimulators. Deze stunt leerde de politie dat Colton niet langer een kruimeldief was. De FBI en FAA (Federal Aviation Administration, bureau van de Amerikaanse luchtvaart autoriteiten) begonnen aandacht te besteden aan de zaak.

Lange tijd had de politie geen aanwijzingen in de zaak totdat een opvallende toename aan inbraken op San Juan eilanden in september 2009 deed vermoeden dat Colton was teruggekeerd naar vertrouwd gebied. Aanwijzingen deden ook vermoeden dat Colton vervolgens in gestolen auto’s naar Canada was gevlucht. Op 28 september 2009 werd op het vliegveld Bon Ferry in Idaho een vliegtuig gestolen dat vervolgens een noodlanding maakte in Washington. Op 2 oktober werd vlakbij de plek van de noodlanding een kamp gevonden met de vingerafdrukken van Colton. Hij is nergens te bekennen en een volgende aanwijzing komt pas op 10 februari 2010. Wederom steelt hij een vliegtuig, ditmaal in de staat Washington, en vliegt ermee terug naar Orcas Island. Daarbij vliegt hij een stuk over Canada dat op dat moment zijn luchtruim had gesloten in verband met de Olympische Spelen in Vancouver.

Op 25 mei 2010 ontvangt een dierenkliniek in Raymond, Washington een donatie van 100 dollar van Colton. Vervolgens steelt hij in de buurt een boot waarmee hij naar Oregon vaart. Gestolen auto’s worden achtereenvolgens gevonden in Idaho, Wyoming en South-Dakota. De politie vermoedt dat Colton naar het oosten probeert te vluchten.

In South-Dakota wordt Colton bijna gepakt. Tijdens een inbraak wordt hij op heterdaad betrapt. Een familie komt thuis van vakantie en vindt een naakte jongeman in hun huis. Het lijkt erop dat hij net uit de douche komt en een pizza staat in hun oven. Colton richt een laser op de borst van de man en draagt hem op om samen met zijn familie het huis te verlaten. Bang dat de laser vastzit aan een wapen vertrekt het gezin en belt de politie. Tegen de tijd dat de politie bij het huis aankomt, is Colton gevlucht.

Een spoor van gestolen auto’s leidt de politie vervolgens door Nebraska, Iowa, Illinois en Indiana. In de laatstgenoemde staat wordt wederom een vliegtuig gestolen. Op 4 juli 2010 crasht dit vliegtuig vlakbij de Bahamas. Colton wordt verschillende malen gesignaleerd op de eilanden en zeker 7 inbraken daar worden aan hem toegeschreven. Helaas voor hem is zijn vrijheid nog maar van korte duur. Op 11 juli 2010 weet de politie hem eindelijk te arresteren na ruim 2 jaar op de vlucht te zijn geweest.

De strafzaak

Op de Bahamas werd Colton op 13 juli veroordeeld tot 3 maanden gevangenisstraf of een boete van $300 voor illegale binnenkomst van het land en het illegaal landen van een vliegtuig. Zijn moeder betaalde de boete en nog dezelfde dag werd Colton teruggevlogen naar Amerika. Op 16 december 2011 pleitte hij schuld aan ongeveer 30 niet federale aanklachten. Deze aanklachten gaan over de inbraken en diefstallen die hij heeft gepleegd in de afgelopen jaren in Washington. In 2012 begint zijn proces betreffende de federale misdaden die hij heeft begaan. Deze aanklachten betreffen onder andere het transporteren van een gestolen vliegtuig, boot en wapen over de grenzen van een staat, en het besturen van een vliegtuig zonder vergunning.
Colton Harris-Moore zegt oprecht spijt te hebben van zijn misdaden en bereid zich nu voor om vliegtuigtechniek te studeren aan de universiteit.