Tien vuistregels om creativiteit te trainen
Creativiteit wordt gewoonlijk gezien als iets wat je hebt of niet hebt. Op school of cursus leer je een techniek – schilderen, musiceren, boetseren, naaien, timmeren, fotograferen, schrijven - en als je creatief bent blink je daarin uit en heb je het geluk meer vrijheid te krijgen, want daarin gedijt creativiteit het beste. Toch kun je creativiteit wel degelijk stimuleren. Kijk je naar Einstein, Mozart of Picasso, dan valt op dat zij jong begonnen en zich hun hele leven lang bleven oefenen.
Vuistregels
De tien vuistregels die je in gedachten moet houden bij het trainen van je creatief denkvermogen zijn:
Observeren
Creatief denken valt te leren. Niet zozeer door er talloze studieboeken op na te slaan, maar eerder door enkele randvoorwaarden te scheppen en de geest vooral veel ruimte te bieden. Zo doen kunstenaars dat. Heb je weinig vertrouwen in jouw natuurlijke creatieve vermogen, dan kun je ook op kunstmatige wijze creativiteit uitlokken. Hoe? Door te kijken hoe beroemde geniën dat doen en deden, met andere woorden: door te observeren hoe jouw voorbeelden het deden.
Vaardigheid
Denken dat je niet creatief bent is een vooroordeel. Creatief denken is gewoon een onderdeel van het
denkvermogen, naast andere, bekendere vaardigheden als analyseren, kritiseren en memoriseren. Echt iedereen kan het! Wel moet je het, net als alle vaardigheden,
stimuleren en
ontwikkelen. Dat is precies wat uitvinders en andere originele geesten doen en waardoor zij opvallen. Of je creativiteit met een kleine of een grote C schrijft hangt af van de mate van ontwikkeling.
Voorbereiding
Out of the blue origineel zijn is praktisch onmogelijk. Iedereen begint wel ergens te broeden, heeft een probleem dat hij moet oplossen, een plan dat zij wil ontwerpen, een vernieuwing die hij wil doorvoeren. En daar begint het ook: elk creatief proces wortelt in het voorbereidende werk. Eerst verzamel je gegevens, checkt de stand van zaken, verzamelt reeds bedachte of uitgewerkte oplossingen…
Kritiekloos
Belangrijk is vooral dat je jezelf alle ruimte laat bij dit voorbereidende werk.
Spui maar ideeën. Zonder ze meteen weer in de kiem te smoren, omdat ze niet haalbaar of betaalbaar zouden zijn, niet geschikt, niet waar, niet origineel, te extreem… In deze fase is dat allemaal onbelangrijk. Wat wel belangrijk is, is te spelen met je gedachten zonder ze meteen de kop in te drukken of af te serveren.
Alternatieven
Denk niet te snel dat je eruit bent, dat je de oplossing al gevonden hebt en niet verder hoeft na te denken. Dat is niet zo! Zoek zoveel mogelijk alternatieve oplossingen. Waarom? Omdat er vaak
veel betere oplossingen bijzitten dan de eerste waarmee je al tevreden was. Omdat je er misschien achter komt dat jouw oplossing bij nader inzien toch niet zo origineel was als je dacht. Omdat je, nu je toch eenmaal in de ideeën-spui-fase zit, beter kunt profiteren van die flow, in plaats van later het proces van voren af aan te moeten opstarten.
Incubatietijd
Zijn je ideeën uitgeput, laat ze dan rusten, leg ze opzij, ga iets anders doen. Neem een pauze, sla een balletje, maak een ommetje, slaap er een nachtje over en laat intussen je
onderbewuste het proces afmaken. Het heeft tijd nodig. Creativiteit laat zich niet opjutten. Incubatietijd is een essentieel onderdeel van het proces. Het zal de kwaliteit van de ideeën alleen maar ten goede komen.
Selectie!
Zoals gezegd zullen niet alle ideeën bruikbaar blijken. Je moet ze dus
evalueren en selecteren. Welke kun je implementeren (toepassen) en welke moet je afvoeren? Dit kan een hard gelag zijn. Niet voor niets bestaat het gezegde:
kill your darlings.
Balans
Creatief denken doe je binnen een structuur, welke past jou het beste? Je zult zelf de balans moeten vinden tussen maximale vrijheid (chaos) en strakke regels (bureaucratie). Hier zijn geen algemeen geldende regels voor, het is voor iedereen anders.
Waardering
Als een idee er eenmaal is lijkt het zo logisch (en hoe logischer hoe beter het idee), dat gemakkelijk vergeten wordt hoeveel
inspanning eraan vooraf ging. Dat geldt zowel voor jezelf als voor je omgeving, je opdrachtgever. Dan wordt al snel gedacht dat de oplossing er zonder die inspanning ook wel gekomen was en men heeft de neiging het creatieve proces te bagatelliseren. Pas daarvoor op! Het is de manier om je eigen of andermans creativiteit in de kiem te smoren, te frustreren. Wil je creativiteit stimuleren dan is waardering, enthousiasme, onontbeerlijk!
Verantwoordelijkheid
Als je samen met anderen een probleem wilt oplossen, met elkaar iets nieuws wilt opzetten, gezamelijk iets wilt ontwerpen, deel dan ook de verantwoordelijkheid met zoveel mogelijk mensen. Niet alleen met hen die direct bij het probleem betrokken zijn, maar ook met degenen die er slechts zijdelings mee te maken hebben. Vooral die laatste groep kan je verrassen met een frisse blik, een andere invalshoek, specifieke kennis. Door hen aan te spreken en aan te sporen om mee te denken, raken ze gemotiveerd; dit zal de creatieve inbreng ten goede komen.
Trainen
Wil je binnen je bedrijf creativiteit stimuleren, weet dan dat je meer hebt aan een
geleidelijke toename van creativiteit dan aan occasionele hoogvliegers. Dit kun je realiseren door nieuwe werknemers te screenen op
creatieve vaardigheden en door
trainingen te organiseren. De trainingen verschaffen inzicht in creativiteit en creatief denken en bieden technieken om je daarin te oefenen. Dat heeft echter alleen zin als de werknemers de geleerde technieken ook
in de praktijk kunnen brengen, individueel zowel als in een groep, en over langere perioden. Zo ontstaat er vertrouwen in de eigen creatieve vermogens wat weer zal leiden tot een algemene verhoging van ieders creativiteit!