Concentratiekampen in Nederland 1940-1945

Dat er in de Tweede Wereldoorlog concentratiekampen waren in Duitsland en Polen en dat daar met name joden vermoord werden is algemeen bekend. Alleen al de naam Auschwitz spreekt wat dat betreft boekdelen. Minder bekend is dat er ook in Nederland kampen waren in de jaren 1940-’45. Westerbork was speciaal voor joden bestemd. Daarnaast waren er vier detentie-oorden die concentratiekampen genoemd kunnen worden: Schoorl, Amersfoort, Ommen en Vught.

Kamp Westerbork

Kamp Westerbork was in oorsprong door de Nederlandse overheid gebouwd als verblijfskamp voor joden die Nazi-Duitsland ontvlucht waren. Daartoe werd het in 1939 in gebruik genomen. Toen op 14 mei 1940 de Duitsers, na een korte strijd, de baas werden in Nederland kwamen de 700 vluchtelingen die er toen zaten alsnog onder het nazi-juk. Westerbork werd uitgebreid (500 bij 500 meter mat het), er kwam prikkeldraad omheen en veranderde in een concentratiekamp waarheen totaal plm. 102.000 joden uit Nederland en enige keren ook uit andere landen werden samengebracht. Vervolgens werden ze afgevoerd naar de werk- en vernietigingskampen in Duitsland en Polen; elke dinsdag vertrok een trein met kampbewoners richting die landen. De term Judendurchgangslager voor Westerbork was dan ook (bij de Duitsers) gebruikelijk.

Ook bewaakt door Nederlandse marechaussee

Op 1 juli 1940 werd het kamp onder de supervisie van de Befehlshaber der Sicherheitspolizei und des SD geplaatst. In oktober 1942 deed Lagerkommandant SS-Obersturmführer A.K. Gemmeker zijn intrede. Het kwam slecht uit dat het kamp geen treinverbinding had; het dichtstbijzijnde station was Hooghalen, 5 km er vandaan. De afstand moest door de gedeporteerden daarom te voet afgelegd worden. In november was een aftakking van station Hooghalen naar het kamp gereed.

Het kamp werd bewaakt door een SS-wachbataillon, geassisteerd door een afdeling van de Nederlandse marechaussee. Desondanks slaagden totaal 210 joden erin uit het kamp te ontvluchten. Binnen het kamp waren ook joden die een functie vervulden, onder meer binnen de Ordedienst. Zo’n functie werd over het algemeen fel begeerd omdat het (voorlopig) vrijstelling van transport naar Polen betekende.

De voeding kon redelijk genoemd worden en men mocht pakketten ontvangen. Er was een ziekenhuis met 1700 bedden. Er was een ‘warenhuis’ waar inkopen gedaan konden worden. De behuizing was echter hoogst onvoldoende. Bijna allen huisden in grote barakken, mannen en vrouwen gescheiden. Van enige privacy was geen sprake.

Op 12 april 1945, de dag dat de gevangenen bevrijd werden, waren 876 gevangenen in het kamp aanwezig.

Kamp Vught

Concentratiekamp Vught dateert uit januari 1943 en heette toen officieel concentratiekamp ’s Hertogenbosch – het enige Duitse concentratiekamp in Nederland dat rechtstreeks onder het SS-Wirtschafts- und Verwaltungshauptamt ressorteerde. Het werd omgeven door een dubbele prikkeldraadversperring met daartussen een gracht. Om de 50 mtr. was er een wachttoren met daarop een SS’er met zoeklicht en mitrailleur. Relatief de meeste gevangenen kwamen om het leven in de eerste periode van vier maanden. Ze kwamen namelijk in een gebouw dat nog niet afgebouwd was – in de meeste barakken waren bijvoorbeeld nog geen ramen aangebracht (en ’t was hartje winter…), er waren nog geen matrassen en dekens en ook geen drinkwater. En verder dient bedacht te worden dat er in de eerste periode 2000 gevangenen uit Amersfoort arriveerden die al ernstig verzwakt waren.

Hanns Albin Rauter, de hoogste SS’er in Nederland,, zag het kamp Vught als ‘modelbedrijf’. Commandant was de SS-Hauptsturmführer Karl Walter Chmielewski. L. de Jong noemt hem in zijn ‘Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog' (deel 8 p. 608) afgestompt en lui en er alleen maar op uit om zich een zo aangenaam mogelijk leven te verschaffen, compleet met veel drank en vrouwen. Vrouwen en mannen zaten er trouwens gescheiden; de vrouwen onder toezicht van zogenaamde Aufseherinnen (waaronder ook Nederlandse). En dan waren er de Kapo’s, gevangenen die moesten toezien op hun medegevangenen. Zij waren hoofdzakelijk uit Duitse kampen afkomstig, vaak waren het ordinaire boeven, met soms moorden op hun geweten. Het trof dat de Lagerālteste in Vught een fatsoenlijke kerel was die vaak gevangenen in bescherming nam. Na een maand of zes verdween hij dan ook uit Vught.

In het concentratiekamp werden enerzijds joden gevangen gehouden die van daaruit naar Westerbork en vervolgens naar vernietigingskampen in Polen werden getransporteerd en anderzijds Nederlandse en Belgische politieke gevangenen, inclusief studenten waarvan een groot gedeelte spoedig weer vrijgelaten werd. Verder een divers geheel: illegale werkers, weigeraars van de Arbeidsinzet, personen die naar de Engelse radio hadden geluisterd, de spertijd hadden overtreden, zwarthandelaren, personen die joden hadden laten onderduiken etc. etc.

Regime minder hard dan in Duitse kampen

Het eten was er slecht; als het toegestaan werd gestuurde pakketten (met voedsel) in ontvangst te nemen verbeterde de situatie – tijdelijk. Er werd ook in Vught gemarteld. Speciaal de joden waren doelwit van pesterijen en martelingen. Toch was het regime er, gemiddeld genomen, minder hard dan in de kampen in Duitsland. Er mocht ook wel eens een brief naar huis geschreven worden en zo ook ontvangen (alles onder strenge censuur, met name in de beginperiode). En er werden ook lezingen gehouden en discussiegroepen gevormd. Er werd zelfs gemusiceerd – er was door musici die er gevangen zaten een muziekkapel opgericht. Dat het regime in de Nederlandse kampen minder streng was dan in de Duitse hangt er, volgens L. de Jong in deel 8 van zijn bekende serie (p. 658), mee samen dat Seys-inquart en Rauter geprobeerd hebben een anti-Duitse stemming in Nederland zoveel mogelijk in te perken en dat volk te winnen voor de ‘Germaanse samenwerking'.

De gevangenen in Vught moesten zes en een halve dag (gratis) werken. Philips had er een werkplaats. Dat was positief voor de gevangenen: bij Philips kregen ze te eten en werden ze niet doorgevoerd naar vernietigingskampen. Er waren ook veel Aussenkommandos; dat waren groepen personen die buiten het kamp in bijvoorbeeld een fabriek te werk gesteld werden.
Het kamp heeft bijna 20 maanden bestaan; in die tijd kwamen er, het Judendurrchgangslager uitgezonderd, 209 mensen om het leven.

Kamp Ommen

(ook wel 'Erika' genoemd)
De geschiedenis van het kamp Ommen kan in vier perioden verdeeld worden. A: Herfst ’41 - juni ’42, toen was het kamp bedoeld als een opleidingskamp voor de ‘oostinzet’. B: Juni ’42- april ’43, toen het een detentieoord was voor gevangenen van de Nederlandse justitie. C: Mei ’43-februari ‘44, toen er ‘asocialen’ en onderduikers van de arbeidsinzet zaten. D: In de Hongerwinter, toen het een detentieoord voor gevangenen van de Ordnungspolizei geworden was.

Erika

Ommen was een creatie van de naaste adviseur van Seyss-Inquart, Generalkommissar Fritz Schmidt waaronder het dan ook ressorteerde. Hij gaf het in ’41 een nieuwe naam: Arbeitseinsatzlager Erika (hier: ‘Ommen’). Welke ‘Einzats’ er dan verricht moest worden was eerst niet duidelijk. Het stond dan ook leeg in de beginperiode hierboven). Vervolgens (B) verschafte het onderdak aan veroordeelden van de Nederlandse Justitie. Een deel van hen werd doorgestuurd naar werkkampen in Duitsland. In ’43 zaten er studenten die geweigerd hadden de loyaliteitsverklaring te tekenen. Ook kwamen er in mei dat jaar çontractbrekers’, ‘weigeraars’ en ‘asocialen’, incl. economische delinquenten en illegale slachters. Het totale aantal gevangenen dat in ‘Ommen’ heeft gezeten is niet precies bekend. Het zullen er enkele duizenden geweest zijn. Wel is bekend – uit de gemeentegegevens van Ommen – dat er negenendertig gevangenen omgekomen zijn, incl. vijf die doodgeschoten werden door bewakers.

De barakken waren klein en overbevolkt. Kleding en eten waren slecht. Er moest zwaar lichamelijk werk verricht worden. En als het niet zwaar was werd het zwaar gemaakt: bij het eggen van akkerland kwam het voor dat er op de eg, die voortgetrokken werd door vijf gevangenen, een blok werd gelegd waarop dan ook nog eens en bewaker ging zitten.

Kamp Schoorl

Het barakkenkamp Schoorl had tot de capitulatie op 14 met 1940 een onderdeel van het Nederlandse leger tot onderkomen gediend Daarna was het in gebruik bij de Duitse Wehrmacht. In juni 1940 werd het een doorvoerkamp, zowel voor joden als niet-joden in afwachting van doorzending naar andere kampen, joden bijvoorbeeld naar Buchenwald. Ook werden er gevangenen doorgestuurd naar kamp Amersfoort. In totaal hebben in Schoorl, voordat het in oktober 1941, werd opgeheven, rond 1900 gevangenen gezeten.
Het gaat niet aan om ten aanzien van Schoorl vergeleken met andere kampen het woord 'aangenaam' te gebruiken, maar het regime was er niet streng en er is niemand omgekomen.

Kamp Amersfoort

In het 'Polizeiliches Durchgangslager Amersfoort' (PDA) zijn ruim 8.500 ingeschreven. Er werd gebruik gemaakt van barakken van het Nederlandse leger. Het werd begin augustus 1941 in gebruik genomen.

Hard regime

Het kamp was overbevolkt. Het regime was er hard. Het kamp was nog maar net in gebruik genomen of twee SS’ers uit Dachau kwamen duidelijk maken hoe men met gevangenen diende om te gaan: op 18 augustus ’41 hadden op een gegeven moment verschillende gevangenen geen tanden meer in de mond.

In september ’42 werd Kotālla aangesteld; hij was het die de werkelijke leiding kreeg. Ook SS'er Berg was er actief. Het kwam voor dat hij gezeten op de rug van een kruipende gevangene zich dwars over de Appellplatz liet rijden.

Barneveld

Willen we volledig zijn dan mag ‘Barneveld’ niet ontbreken. Het is nauwelijks vergelijkbaar met de bovenstaande kampen. Er verbleef een aantal joden in kasteel ‘De Schaffelaar’, zo ook in het vroegere werkverschaffingskamp ‘De Biezen’. Niemand zat er langer dan twee tot negen maanden. Merendeels waren het maatschappelijk of cultureel min of meer vooraanstaande joden die er met het hele gezin verbleven. Begin 1943 was dat een aantal van bijna 540 personen Men hoefde er niet hard te werken, er werden lezingen gehouden. Op den duur echter werden de schroeven aangedraaid door de Duitsers. In september 1943 werd de hele Barneveld-groep naar Westerbork overgebracht. Toch bleven ze bevoorrecht in die zin dat van de Barneveldgroep – de Duitsers onder hen uitgezonderd – niemand naar Auschwitz is gedeporteerd.

De Beetse

Kamp De Beetse, gelegen ten westen van Sellingen (Gr.), was in 1935 door de Nederlandse overheid gebouwd om te dienen als werkkamp in het kader van de werkverschaffing. Werklozen uit heel Nederland weren ingezet bij het ontginnen ven de heidegebieden. In 1942 werd het kamp een buffer voor Westerbork. In de nacht van 2 op 3 oktober werden alle joodse mannen naar Westerbork vervoerd. Daar werden ze herenigde met de vouwen en kinderen waarna allen naar Auschwitz afgevoerd werden; bijna allen kwamen daar om.

Tot 1944 bleven de barakken leeg waarna ze gebruikt werden voor doorvoer van Nederlandse mannen naar Duitsland in het kader van de arbeidsinzet daar.

Na de oorlog werden in het kamp NSB'ers en SS'ers geïnterneerd. In 1948 volgde afbraak van de barakken. Eén bleef er staan, die werd in 2014 opgeknapt en kreeg een publieksfunctie om zo de geschiedenis van het kamp levend te houden.
© 2018 - 2024 Petervandenburg, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Concentratiekampen in NederlandConcentratiekampen in NederlandMensen die in de Tweede Wereldoorlog gearresteerd werden door de nazi’s hoefden niet te wachten op een eerlijk proces, z…
Kamp Schoorl, het eerste doorgangskamp in NederlandKamp Schoorl, het eerste doorgangskamp in NederlandOp 10 augustus 1942 overleden in Auschwitz Louis (29) en Sonja (22) de Kadt uit Schoorl. Zij waren joods en samen met hu…
De oprichting van concentratiekampen in het Derde RijkDe oprichting van concentratiekampen in het Derde RijkVanaf 1933 richtten de nazi’s ruim 1600 concentratiekampen in, eerst in Duitsland en vanaf het einde van de jaren dertig…
Gevangen vrouwen in concentratiekamp VughtGevangen vrouwen in concentratiekamp VughtTijdens de Tweede Wereldoorlog brachten de Duitsers gevangenen onder in de concentratiekampen Amersfoort, Schoorl, Ommen…

De aanslag op Hitler, 20 juli 1944De aanslag op Adolf Hitler van 20 juli 1944 was bepaald niet de enige. Meer dan 40 aanslagen, plannen en/of pogingen daa…
In de wildernis met John Muir, de man achter Yosemite ParkrecensieIn de wildernis met John Muir, de man achter Yosemite ParkMisschien doet de naam John Muir (1838-1914) niet bij iedereen een belletje rinkelen. Deze in Schotland geboren Amerikaa…
Bronnen en referenties
  • L. de Jong, Het koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog; m.n. deel 8. (Staatsuitgeverij, Den Haag)
Reactie

H. D. Drenth, 09-10-2018
Ik mis in dit rijtje het Kamp Beetse bij Sellingen. Kamp Beetse wordt recentelijk weer in "oude luister" hersteld. Reactie infoteur, 10-10-2018
Ik zal het aanpassen.
Bedankt.

Peter

Petervandenburg (184 artikelen)
Laatste update: 22-11-2019
Rubriek: Mens en Samenleving
Subrubriek: Diversen
Bronnen en referenties: 1
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.