In deeltijd werken: wanneer kan het en wanneer niet
Hoewel werknemers volgens de wet wel degelijk recht hebben op deeltijdwerk, is de praktijk wel eens wat weerbarstiger. Niet alle banen zijn namelijk geschikt voor deeltijdwerk. Bovendien zijn er regels verbonden aan minder werken. De werkgever bepaalt dat namelijk.
Meeste vrouwen in Nederland werken in deeltijd
Deeltijdwerken is in Nederland heel gewoon. Vooral voor vrouwen. Van hen werkt ¾ deel parttime. Ze wordt gevolgd door Duitsland. Daar werkt 45 procent van de vrouwen in deeltijd. Toch hebben ook steeds meer Nederlandse mannen een parttime baan. Begin 2001 werkte 12 procent van de mannen in deeltijd, eind 2012 was dat aantal al opgelopen tot 17 procent.
Werktijdverkorting aanvragen mag altijd
De wet geeft aan dat een werknemer recht heeft om werktijdverkorting aan te vragen. Iemand die dat doet moet echter wel aan bepaalde voorwaarden voldoen. Dit zijn:
- De persoon in kwestie moet minimaal 1 jaar bij de werkgever werken
- Er moet 4 maanden voor de ingangsdatum een schriftelijk verzoek zijn ingediend
- Er mag eens in de twee jaar een verzoek tot aanpassing van de arbeidsduur worden ingediend
- Wie bij een bedrijf werkt waar minder dan 10 mensen werkzaam zijn, dan zijn er vaak nog meer voorwaarden aan werktijdverkorting verbonden
Werkgever moet reageren
De werkgever moet overigens uiterlijk een maand voordat de ingangsdatum in zou gaan reageren op het verzoek om minder te gaan werken. Gebeurt dit niet, dan mag de werknemer de werktijd gewoon zelf aanpassen en dus minder uren gaan draaien.
Deeltijdwerken moet kunnen, tenzij er redenen zijn die het onmogelijk maken
Als er aan de voorwaarden voor werktijdverkorting is voldaan, dan moet een werkgever in principe het verzoek om minder te gaan werken inwilligen. Er is wel een uitzondering en dat is dat er zwaarwegende bedrijfsbelangen zijn om dat niet te doen. Dit kunnen uiteenlopende zaken zijn die te maken hebben met productieproblemen door de werktijdverkorting, veiligheidsproblemen door de werktijdverkorting of als er dan gewoon te weinig personeel op de werkvloer aanwezig is. Vaak kan daar op termijn overigens wel een mouw aan gepast worden en kan er alsnog in deeltijd worden gewerkt.
Functie niet geschikt
Maar er zijn ook functies waarbij indeeltijd werken gewoon niet kan omdat de functie dat niet toelaat. Sommige mensen weten bijvoorbeeld dat ze altijd en elke dag present moeten zijn. Dat kan dan niet veranderd worden. Heeft de persoon in kwestie toch dringende zaken die vragen om deeltijdwerken (zoals ziekte, geboorte of overlijden van iemand in de omgeving) dan kan wel gekeken worden of er een andere functie vacant is waar hij of zij dan in kan gaan werken. Vaak betekent dat wel dat iemand een minder goede functie krijgt en dus ook minder betaald krijgt.
Recht om minder te werken, maar niet het recht om zelf te bepalen wanneer
In principe heeft iedere werknemer dus het recht om minder te gaan werken als de functie dat toestaat. Maar wat de persoon in kwestie niet kan en mag is het bepalen wanneer er dan minder gewerkt wordt. Iemand die een bepaalde dag altijd vrij wil zijn, kan dat wel aanvragen, maar krijgt daarover niet altijd gelijk. Zijn er namelijk belangrijke zaken op die dag, dan moet de werknemer accepteren dat hij of zij die dag geen vrij kan krijgen of minder kan gaan werken.