Pedofilie en behandelen?

Nederland schrikt op wanneer er pedofielen de politiek in willen. Onder het mom dat het verbod op seks van kinderen op volwassenen opgeheven moeten worden wil deze partij zich sterk maken voor het ‘onrecht’ van kinderen. Kinderporno moet gelegaliseerd worden en de grens van 16 jaar om seksuele contacten aan te gaan met volwassenen moet eraf. De reden? ‘Verbieden maakt kinderen nog nieuwsgieriger’ en ‘Opvoeden is ook kinderen laten kennismaken met seks.’

Het kind en het denkbeeld van de pedofiel

Mens in een onvolwassen staat’ zo beschrijft de van Dale een kind. Dat wil betekenen dat een kind zich nog moet ontwikkelen, zowel op lichamelijk als op geestelijk niveau. Het moet zich rijpen waardoor het nog niet in staat kan zijn om seksuele contacten aan te gaan. Pedofielen cultiveren uitdrukkelijk een kindbeeld dat zegt dat het kind uit is op ‘tedere’ (seksuele) uitwisseling. In vaktermen betekent dit dat ze hun eigen seksuele behoeften in het kind projecteren. Ze maken geen onderscheid tussen hun eigen volwassen seksualiteit en de natuurlijke, algemene behoefte van het kind aan aandacht. Omdat pedofielen geen lichamelijk geweld gebruiken, beschouwen ze zichzelf als uiterst voorkomend, noemen ze zich cynisch genoeg ‘kinderliefhebbers’, ‘meisjesvrienden’ enzovoort.

Pedofielen proberen zich in de verleiding om een kind, zich bij het kind aan te passen. De pedofiel daalt af naar het niveau van het kind, hij speelt ermee en gaat er uitgebreid op in. Door zich goed in het denken en voelen van het kind in te leven, neemt hij het voor zich in. ‘Normale’ verkrachters probeert juist het kind ertoe te brengen hem te begrijpen, zich voor zijn behoeften ter beschikking te stellen.Vanwege dit verschil zijn pedofielen er fel tegen gekant tot de verkrachters te worden gerekend. De publicaties van hun verenigingen en hun lobbyisten zijn er voortdurend op gericht dat dit verschil als een rechtvaardiging op te voeren en het misbruik als onschuldig voor te stellen.

Mijns inziens is het resultaat hetzelfde: het kind wordt door volwassen en hun seksuele belangen overweldigd en vervolgens uitgebuit. In weerwil van hun bewering dat ze zich goed in het kind inleven, kunnen of willen ze geen onderscheid maken tussen hun eigen gevoel en dat van het kind. Omdat zij zich door hun levenservaringen dicht bij kinderen, bij de realiteit van het kind voelen staan, menen ze het concrete kind waarmee ze een relatie opbouwen goed te kennen. En toch is daarvan geen sprake.

De cijfers

Er bestaan vele moeilijkheden om betrouwbaar cijfermateriaal te verzamelen. Allereerst is het taboe dat rust op ‘seks met kinderen’ en pedofilie zodanig, dat het verstrekking van gegevens door pedofielen en met hen gerelateerde kinderen die met justitie en psychiatrie in aanraking zijn gekomen vrijwel uitgesloten is. Er bestaat wel bellettrie over pedofiele relaties.

De ‘Danish Pedophile Association’ schreef in 1999 dat het onmogelijk is om de pedofielen te tellen, omdat ze niet eerlijk zullen antwoorden tijdens een interview. Ze zullen niet willen erkennen dat ze pedofiel zijn; velen niet eens tegenover zichzelf. De statistiek betreffende rechtszaken is hier onbruikbaar, deels omdat slechts een klein gedeelte van de pedofielen met de strafrecht in aanraking komt, deels omdat de kinderen geen belang hebben een aangifte te doen als de relatie positief beleefd wordt . Ongeveer driekwart van de pedofielen die wij kennen, prefereren kinderen van hun eigen geslacht dus man/jongen of vrouw/meisje. De rest is het meest geïnteresseerd in het andere geslacht of in beide geslachten.’

Heeft straffen zin?

Over de effectiviteit van straffen bestaat al lang veel discussie. Het staat inmiddels vast dat louter straffen door opsluiting of lijfstraffen dikwijls geen aantoonbare preventieve werking hebben en – wat erger is – bovendien vaak ongunstig beïnvloeden. Alleen streng doorgevoerde levenslange opsluiting en doodstraf garanderen een volledige beveiliging van de omgeving tegen de betreffende dader. Uiteraard zal geen weldenkend mens verlangen dat íeder delict in het kader van ‘seks met kinderen en jongeren’ gevolgd moet worden door levenslange opsluiting of doodstraf. Dat betekent, dat (ex-)daders zich op zeker ogenblik in de maatschappij zullen bevinden of erin terug moeten keren. En dat houdt in mijn ogen in dat pogingen om de straf te combineren met begeleiding en behandeling, gericht op verbetering van de dader en diens resocialisatie, geboden zijn. Intensifiëren van slachtofferhulp is bittere noodzaak, maar ook intensieve begeleiding en behandeling van de daders is dringend aangewezen.

De kans op recidive

Eén van de oorzaken van de huidige onrust is dat diverse delinquenten, met name ook die van zedendelicten en gewelddadigheden nogal eens in herhaling blijken te vallen. Gieles bestudeerde een meta-analytisch onderzoek van Hanson en Bussiere, waarbij de gegevens betrekking hadden op 28.972 seksuele delinquenten. Deze gegevens waren afkomstig van eenenzestig studies uit zeven landen. Het ging om longitudinale follow-up-onderzoeken na beëindiging van de straf. ‘Gemiddeld genomen was de kans op recidive van seksuele delinquenten 13,4% Voor verkrachters was de kans gemiddeld 18,9%, voor ontucht met minderjarigen was deze 12.7%. In 1999 werd er duidelijk dat in Nederland geen landelijke cijfers over de recidive van zedendelinquenten aanwezig zijn. Uit onderzoek van het wetenschappelijk onderzoekscentrum van het Ministerie van Justitie onder tbs-veroordeelden blijkt dat 25% van de seksuele delinquenten drie tot acht jaar na vrijlating opnieuw een ernstig vergrijp pleegt. Dit zijn zeer grove aanduidingen waarbij tenminste een specificatie van de soort gepleegde misdrijven nodig zou zijn. Al lijken de cijfers minder groot dan de ook wel eens genoemde sensationele percentages van meer dan tachtig of negentig, men leest telkens opnieuw over mensen wier misdadige gedrag na vrijlating recidiveerde.

Het effect van beeldende therapie in de forensische psychiatrie

Beeldende therapie is met name bij de forensische kliniek geïndiceerd omdat zij dergelijke weerstanden omzeilt. Zelf-expressie in een beeldend product maakt cliënten minder kwetsbaar omdat de expressie voor anderen acceptabeler is. Pathologische symptomen verminderen daardoor op een non-verbale, analoge, manier.

Twee jaar na ontslag uit detentie was 69% van de personen die beeldende therapie hadden gekregen niet meer in de problemen gekomen. Bij de groep zonder beeldende therapie was dit slechts 42%.

Scheppende lichaamstaal (SLT)

Scheppende lichaamstaal is een methode die ten doel heeft om te zorgen dat er een ritmische structuur ontstaat, waarmee voor zowel de therapeut als de cliënt vormgeving van interactief gedrag mogelijk wordt.

Neem bijvoorbeeld een cliënt die opeens woest en schreeuwend opspringt. De beeldend therapeute beweegt met hem mee en springt dus enkele seconden ook heftig op. Ze benoemt wat er gebeurt, bijvoorbeeld; ‘Jij bent woest hè!’ Dan komt het belangrijkste moment; ze staat stil, ze zwijgt, ze creëert een pauze van een a twee seconden. Ze laat daarmee zien dat zij haar bewegen (gedrag) beheerst. Zij is niet aan het zijne en niet aan het hare overgeleverd. Door bewegen (gedrag) in heel kleine, overzichtelijke tijdseenheden in te delen, geeft zij er een ritmische vorm aan. Zo zorgt ze ervoor dat er een gezamenlijke interactie-structuur ontstaat.

In SLT worden emoties opgevat als beweging die de cliënt aan het bewegen brengt.

Emotioneel wordt beschouwd als gezond, wanneer het ingebed is en Interactie-structuren die de cliënt adequaat kan hanteren. Emoties ervaren is geen doel van SLT, wel het leren hanteren ervan.

Het doel van scheppende lichaamstaal bij pedoseksuele delinquenten

Het algemene behandeldoel van de beeldende therapie is het leren van een concrete bijdrage aan het uitbannen van delictgevaarlijkheid ter bescherming van de maatschappij. Dit gebeurt door die persoonlijkheidsaspecten van de cliënt die mogelijk delictgedrag kunnen veroorzaken, zo te beïnvloeden dat de cliënt ze zelf wil en kan reguleren.

Het eerste concrete behandeldoel van op SLOT gebaseerde beeldende therapie is het laten ontstaan van een therapeutische alliantie en een eigen beeldende stijl. Het daaruit voortkomende behandeldoel is dat de cliënt de beschikking krijgt over een zo volledig mogelijke set van interactie-structuren. Dit zijn impliciete neurologische structuren uit de allervroegste kindertijd, die het hele verdere leven aanwezig blijven. Ze reguleren de interactie met zichzelf, een ander en iets anders (het andere). Ze worden zichtbaar via de kenmerken van de interactie-structuren. Van daaruit wordt er verder gebouwd naar ‘herstel’. Dat wil zeggen het uiteindelijke doel van de SLT is dat de pedofiel zijn handelingen vanuit zichzelf én in relatie met zijn omgeving zelf kan sturen.

Tussen het begin van de interactie-structuren en de einddoel, lopen de pedofielen verschillende fases door, zoals een kind deze doorloopt. Van een baby klimmen ze op naar een peuter, van een peuter naar een kleuter etc. Daarin wordt in kaart gebracht waar de pedofiel zijn ontwikkeling gestagneerd is en dit wordt dmv beeldend herontdekt en nieuwe vorm aangegeven worden. Zo kan het bijvoorbeeld zijn dat een pedofiel vroeger door zijn vader gekleineerd is en zich nooit geen man voelde. Hierdoor durft hij geen toenadering te zoeken naar vrouwen, maar wel naar jonge kinderen.

Bij deze gehanteerde methodiek wordt tevens gekeken hoe lichaamstaal en vormgeving weergegeven worden.Wanneer er vormgegeven wordt aan beeldend werk wordt er gehandeld met lichamelijke en emotionele inzet. Deze inzet is af te leiden van hoe deze is ontstaan in de leeftijd van 0 – 5 jaar.

Conclusie

Terugkijkend op mijn inleiding ben ik van mening dat pedofielen alleen naar zichzelf kijken en niet naar het belang van het kind. Desondanks beweren zij het tegendeel en dat maakt de behandeling in mijn ogen ook moeilijk.

Het is niet voor niets dat pedofilie in de DSM-IV staat. Ik geloof dat het een ziekte is en ik geloof ook dat het een ziekte is waarmee je om kunt leren gaan. Daarvoor is wel inzicht, erkenning en de cognitieve vermogens voor nodig, maar bovenal de wil om te veranderen en de wil om aan het probleem te werken. Wanneer dit niet lukt, heeft de pedofiel in mijn ogen geen recht om vrij door Nederland te lopen en zal het onder begeleiding door zijn leven moeten gaan.

Ook vind ik dat ieder mens verantwoordelijk is voor zijn daden in zijn leven, ongeacht wat jou overkomen is. Jij hebt de keuze wat je hiermee kan doen; je kunt iets van je leven maken, je kunt het ook niet doen en het je verleden de schuld geven. Ik vind dat ouders van (jonge) kinderen het recht hebben om te weten wie er in hun straat komt te wonen, want de kans op recidive – hoewel de kans kleiner is dan het doet vermoeden – is aanwezig!

Wat betreft de scheppende lichaamstaal heb ik geloof in het feit dat het pedofielen zou kunnen helpen, mits zij de ernst van hun misdaad in kunnen zien. Omdat nog steeds misbruik een groot taboe op rust en misbruikers ook een handje toe hebben om henzelf in de slachtofferrol neer te zetten (denk aan fysiologische reacties van de slachtoffers die de pedofielen ‘bevestigen’ dat de slachtoffers het fijn of lekker vinden), geloof ik niet dat SLT de pedofielen de eerste stappen met de scheppende lichaamstaal kunnen zetten. Ik denk dat cognitieve gedragstherapie – het uiteen zetten van gedachten schema’s met als doel inzicht krijgen in eigen gedrag – effectiever is. Wanneer de pedofiel het onder ogen kan komen, zal het een stap verder zijn en staat opener voor veranderingsprocessen. Het beeldende medium heeft als sterke kracht om ook onbewuste processen aan het licht te laten. Hoewel de SLT zicht richt op emotie hantering, richt het zich niet op de lusten en gevoelens. Dit vind ik een tekortkoming aan de SLT. Door dit tekort en ondanks de goede cijfers op recidive, ben ik van mening dat de SLT niet volledig evidence based is!
© 2008 - 2024 Mirkim, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Pedofilie: oorzaken en symptomen pedofiele stoornis (DSM-5)Pedofilie: oorzaken en symptomen pedofiele stoornis (DSM-5)Wanneer spreek je volgens DSM-5 over een pedofiele stoornis? Er wordt van pedofilie gesproken wanneer iemand seksueel pr…
Gevolgen van seksueel misbruikGevolgen van seksueel misbruikSeksueel misbruik is een ernstig misdrijf en brengt vaak grote schade aan bij het slachtoffer. De gevolgen van seksueel…
Pedofilie nader toegelichtHoe zat het ook alweer? Hebben pedofielen alleen seksuele verlangens of uiten ze deze ook in seksueel gedrag? En hoe zit…
Misbruik van kinderen door andere kinderenMisbruik van kinderen door andere kinderenKinderen die door andere kinderen worden misbruikt. Hoe kan dat? In 2010 werd Nederland opgeschrikt door een kindermisbr…

Bang in het donkerBang in het donkerVeel kinderen zijn bang in het donker. Meestal zijn het vooral jonge kinderen die hier last van hebben. Het kan echter o…
Transseksualiteit: geboren in het verkeerde lichaamBij je geboorte krijg je drie aspecten van de seksuele ontwikkeling mee: je biologische geslacht, je geslachtsrol en je…
Bronnen en referenties
  • Danish Pedophile Association. Twee tegenovergestelden werelden. http:/danpedo.dk/n lands/ 10-10-1999a Gieles, F.E.J. Een meta-analyse. OK-magazine, no 70, oktober 1999 Hanson, R.K., & Busserie, M.T. Predicting Relapse: A Meta-Analysis of Sexual Offender Recidivism Studies. Journal of Consulting and Clinical Psychology, vol 66, no 2, 1998. Huisman, J. (2006) Vaktherapien in de forensische psychiatrie. Expertisecentrum forensische psychiatrie. Amsterdam: Spinhex & Industrie. Ree, F. van. (2001) Pedofilie, een controversiële kwestie. Analyse van een maatschappelijk vraagstuk. Lisse: Swets & Zeitlinger. Ruiter, C. de & Hildebrand M. (2005) Behandelingsstrategieen bij forensisch- psychiatrische patienten. Houten: Bohn Stafleu van Loghum. Schweizer, C. (2006) In beeld. Doelgroepgerichte behandelmethoden van beeldend therapeuten. Houten: Bohn Stafleu van Loghum. Mann, T. (1998) De dood in Venetie en andere verhalen. Amsterdam: Polak & Van Gennep. Nabokov, V. Lolita. De bezige bij. Amsterdam, 1994. Servatius, V. (1960) Costa Brava. Rotterdam: Enclave. Wais, M. (1997) Alledaags misbruik. Ervaringen met slachtoffers, ouders en daders. Zeist: Vrij Geestesleven.
Mirkim (1 artikelen)
Gepubliceerd: 11-11-2008
Rubriek: Mens en Samenleving
Subrubriek: Psychologie
Bronnen en referenties: 1
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.