mijn kijk opVoor- en tegenargumenten verhoging AOW-leeftijd
De AOW-leeftijd wordt verhoogd. De regering heeft geld nodig. Er wordt heel veel gezegd en beweerd met betrekking tot de verhoging. Als je verschillende sites en forums op internet bestudeert, kan je zien dat er veel verschillende meningen zijn. Er is in ieder geval felle kritiek op het besluit. In dit artikel heb ik kort verschillende ‘voors’ en ‘tegens’ op een rijtje gezet.
Beknopt overzicht
De argumenten die ik hier heb opgenomen zijn kort beschreven ten behoeve van een beknopt overzicht. Ik verwijs naar de bronnen onder aan het artikel voor meer informatie. De bronnen gaan dieper in op de argumenten. In sommige gevallen zijn er nog meer verwante argumenten te vinden. Met het oog op beknoptheid heb ik verwante argumenten niet opgenomen in het overzicht.
Doel
Mijn doel in dit artikel is
niet het staven van alle argumenten die op internet gevormd worden. Mijn doel is het verzamelen en overzichtelijk weergeven van verscheidene
mijns inziens valide meningen en argumenten. De argumenten die ik hier beschrijf geven een goed beeld van wat er zoal gezegd wordt.
Het kabinetsbesluit
Allereerst het kabinetsbesluit zelf. Wat houdt het nu precies in? Wat verandert er? Het besluit kan je vinden op de site van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (1). Zonder de hele tekst over te schrijven, komt het puntsgewijs hier op neer:
- De invoering zal niet van de ene op de andere dag gebeuren. Er is tijd nodig om de wijzigingen te implementeren. Bovendien is het niet netjes naar de mensen toe die nú de pensioensleeftijd naderen. De invoering zal in twee stappen geschieden: eerst zal de AOW leeftijd worden verhoogd naar 66 jaar en een paar jaar later naar 67.
- Mensen die aantoonbaar lang hebben gewerkt, maar die toch met hun 65ste willen stoppen, mogen dat doen, maar zij zullen een lagere uitkering krijgen dan als ze door zouden werken.
- Mensen met lagere inkomens worden gedeeltelijk gecompenseerd met een inkomens afhankelijke arbeidskorting.
- Werkgevers van zware beroepen krijgen financiële voordelen als ze hun werknemers na een bepaalde periode lichter werk aanbieden.
- Langer en op een gezonde manier doorwerken wordt wettelijk gestimuleerd.
- Voor werkgevers zal het financieel aantrekkelijker worden gemaakt om oudere werknemers in dienst te houden.
- Voor werknemers zal het financieel aantrekkelijker worden gemaakt om langer door te werken.
- Wetten en fiscale regelingen worden aangepast op de verhoogde pensioenleeftijd.
Argumenten voor de verhoging van de AOW-leeftijd
De volgende argumenten ondersteunen dit besluit:
- De leeftijdopbouw van de bevolking verandert. Er komen verhoudingsgewijs meer ouderen en minder jongeren. Geld voor publieke voorzieningen, zorg, sociale zekerheid enzovoorts komt bij de (werkende) belastingbetaler vandaan. Met minder werkende mensen (namelijk relatief meer gepensioneerde ouderen) wordt het moeilijk dit alles te betalen. (1)(4)
- Het oorspronkelijke idee achter de AOW was dat het mee zou groeien met de gemiddelde levensverwachting. (2)(4)
- Hoe minder mensen op de arbeidsmarkt, hoe hoger de lonen, hoe nadeliger het voor de werkgever wordt. (3)
- Mensen studeren langer door en beginnen later op de arbeidsmarkt. (4)
- De manier van werken is veranderd: part time werken is nu veel gewoner dan vroeger. (4)
- Mensen zijn tegenwoordig sneller geneigd van beroep te wisselen als ze willen. Die mogelijkheden zijn er ook. (4)
Argumenten tegen de verhoging van de AOW-leeftijd
Er zijn ook argumenten tegen het besluit:
- Er wordt veelal gezegd dat de gemiddelde levensverwachting sterk is gestegen ten opzichte van vroeger. Deze mening is echter gebaseerd op een berekening die uitgaat van de levensverwachting vanaf de geboorte. Deze is de afgelopen decennia toegenomen vanwege een verbetering in de kwaliteit van het leven (geen oorlogen, verbeterde voedselvoorziening, betere zorg, veiliger verkeer enzovoorts). Er zijn dus meer mensen die de 65 halen. De gemiddelde levensverwachting vanaf de geboorte neemt hierdoor inderdaad toe. Echter de levensverwachting vanaf 65 jaar is veel minder gestegen. (5)(6)
- In veel beroepen is de oudere werknemer de minst productieve (terwijl ze wel een relatief hoog inkomen hebben). Het is dus relatief duur voor een werkgever oudere werknemers in dienst te houden. Een werkgever zal hen proberen te ontslaan (bijvoorbeeld bij een ‘reorganisatie’) of hen op een andere manier proberen weg te werken. Werkgevers zullen dus ook niet snel oudere werknemers aannemen. (7)(12)
- De overheid heeft kosten en baten overschat. (8)
- Onder oudere werknemers is er meer verzuim dan onder jongere. Tevens is de kans groter dat een oudere arbeidsongeschikt raakt. (9)
- De werkgever draait op voor hogere kosten met betrekking tot de opbouw van pensioenen. (9)
- Het invoeren van de verhoging van de AOW leeftijd in stappen zal veel administratieve rompslomp met zich mee brengen, wat hoge kosten met zich meebrengt. Ook bij verzekeraars zal deze dure aanpassing nodig zijn. (9)(10)
- Het is moeilijk vast te stellen wat onder ‘zwaar werk’ valt. Zo zijn er zowel fysiek als mentaal zware beroepen. Bovendien kan een beroep per levensfase van een persoon als lichter of zwaarder worden ervaren. (11)
- Op pensioen wordt ook belasting geheven. Door een stijgend aantal gepensioneerden zal de opbrengst door deze belasting ook stijgen. Hiervan kan de AOW-uitkering (gedeeltelijk) betaald worden. (12)
- Als oudere werknemers werkloos raken of arbeidsongeschikt (de kans dat dit gebeurt ligt hoger dan bij jongere werknemers, zie hierboven), komen zij in de WW of de WIA. Deze uitkeringen zijn op kosten van de staat (= de belastingbetaler). Als de WAO-leeftijd met twee jaar wordt verlengd, zullen deze kosten beduidend stijgen. (12)
- Het kabinet hoopt 4 miljard te besparen met deze regeling, maar het geld kan ook op andere manieren geregeld worden. (12)
Conclusie
Er worden veel verschillende argumenten gegeven. Sommige daarvan zijn tegengesteld. Of het besluit financieel het beoogde effect zal hebben, is moeilijk te voorspellen. De nodige mensen zijn het niet eens met het kabinetsbesluit. Mensen denken dat de berekeningen onjuist zijn en/of ze denken dat er andere (betere) alternatieven zijn te bedenken om aan geld te komen voor de staatskas. De situatie is in ieder geval zeer complex.
De wereld verandert snel. Er zullen in de komende jaren ongetwijfeld financiële mee- en tegenvallers zijn. De teerling is geworpen. Nu is het afwachten wat er gebeurt en tegelijkertijd moeten we meegaan met de veranderingen.