Hoe word je ambassadeur?
Het beroep van ambassadeur spreekt veel mensen tot de verbeelding. Wie de krant leest komt erachter dat ambassadeurs betrokken zijn bij vrijwel alle belangrijke internationale aangelegenheden. Maar er zijn ook 'ambassadeurs' van bijvoorbeeld Natuurmonumenten. Doen die hetzelfde werk? Waar zijn ambassadeurs in dienst? En hoe kun je het worden? Welke opleiding moet je bijvoorbeeld afronden? En kan iedereen ambassadeur worden?
Gouvernementele ambassadeurs
Een ambassadeur vertegenwoordigt een land namens de regering van dat land. Een ambassadeur kan zijn land in een ander land of bij een internationale organisatie vertegenwoordigen. Er zijn grofweg vier verschillende soorten ambassadeurs:
- Bilaterale ambassadeurs (die hun land in een ander land vertegenwoordigen)
- Permanente vertegenwoordigers (ambassadeurs die hun land bij een internationale organisaties zoals de VN of de EU vertegenwoordigen)
- Ambassadeurs in Algemene Dienst (breed inzetbare ambassadeurs)
- Thematische ambassadeurs (bijvoorbeeld ambassadeurs voor Mensenrechten of de Millenniumdoelen)
Promotionele ambassadeurs
Er bestaan ook steeds meer ‘ambassadeurs’ voor promotionele doeleinden. Een sporter kan zich bijvoorbeeld als ‘ambassadeur’ aan een goed doel verbinden om de naamsbekendheid voor dat goede doel te vergroten. De titel van ambassadeur wordt in dit kader vaak gebruikt om de functie gewichtig te doen klinken, maar qua werkzaamheden hebben de twee functies weinig met elkaar in gemeen. Een echte ambassadeur vertegenwoordigt namens de Koning en de regering alle Nederlanders in het buitenland, een promotie-ambassadeur vertegenwoordigt namens één organisatie een bepaald doel.
Diplomaten worden ambassadeur
Om ambassadeur te worden moet je eerst diplomaat worden. Dat kan door te solliciteren voor
'het diplomatenklasje' van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Mensen die hun hele carrière voor het ministerie van Buitenlandse Zaken werken worden beroepsdiplomaten genoemd. Deze beroepsdiplomaten komen in aanmerking om ambassadeur te worden. Maar niet alle beroepsdiplomaten kunnen ambassadeur worden. Daarvoor zijn te weinig functies beschikbaar en niet alle kandidaten voldoen aan de gestelde eisen.
Hoe werkt de selectie van ambassadeurs?
Ambassadeurs worden voorgedragen door de leiding van het ministerie van Buitenlandse Zaken: de Secretaris Generaal (SG) en de Directeuren Generaal (DG’s). Zij selecteren uit de groep medewerkers die al ambassadeur zijn of op schaal 14 of hoger werken kandidaten voor de functies die vrijkomen.
Samen met de personeelsdienst maakt de leiding een plaatsingsplan. Dit is een ingewikkeld proces omdat met veel belangen rekening moet worden gehouden. Er wordt gekeken welke capaciteiten nodig zijn voor een bepaalde functie en welke kandidaten die kwaliteiten bezitten. Maar soms telt ook mee of een kandidaat in het verleden loyaal is geweest of actief voor de juiste politieke partij. Ook wordt gekeken naar de doorstroming van talent, zodat ook in de toekomst genoeg goede ambassadeurs beschikbaar zijn.
Het plaatsingsplan van de ambtelijke leiding wordt uiteindelijk aan de minister van Buitenlandse Zaken voorgelegd. De minister kan wijzigingen aanbrengen en kandidaten uitnodigen voor een sollicitatiegesprek. Het definitieve plan van de minister gaat naar de ministerraad. Omdat de ambassadeur namens de Koning wordt uitgezonden, besluit de ministerraad uiteindelijk wie er ambassadeur wordt.
Ook niet-diplomaten kunnen soms ambassadeur worden
Anno 2015 zijn er reeds enkele ambassadeurs benoemd die eerst voor een ander ministerie werkten. Dit komt nog weinig voor, maar zal in de toekomst steeds meer voorkomen in het kader van uitwisselingen met de Algemene Bestuursdienst (ABD). Veel hoge ambtenaren van andere ministeries denken dat ze het nodige in huis hebben om ambassadeur te worden, maar in de praktijk valt dit vaak tegen. Veel niet-diplomaten onderschatten wat er bij het vak van ambassadeur komt kijken. Omdat een ambassadeur alle ministeries vertegenwoordigt, moet hij van vele markten thuis zijn. Ook de culturele verschillen zijn in het buitenland vaak enorm. Als iemand in Nederland ergens goed in was, wil dat nog niet zeggen dat hij hetzelfde in het buitenland ook kan. In de praktijk blijkt vooralsnog dat vooral echte diplomaten die door de strenge selectie van Buitenlandse Zaken zijn gekomen de juiste vaardigheden in huis hebben, al komt soms een enkele uitzondering voor.
Ook willen niet-diplomaten vaak alleen in 'leuke' landen werken. Maar op alle ambassades zijn competente mensen nodig, ook in moeilijke landen. Daar willen niet-diplomaten vaak niet heen, dus het zou niet eerlijk zijn om alle functies in leuke landen aan niet-diplomaten te geven. Diplomaten maken veel offers tijdens hun carrière, bijvoorbeeld door in moeilijke landen te werken en ervaring op te doen. Ook hun gezinsleden hebben vaak jarenlang offers gebracht: vaak verhuizen, niet mogen werken, steeds weer aanpassen aan een nieuwe omgeving. Het is logisch dat uit deze ervaren en loyale groep mensen de toekomstige ambassadeurs worden gekozen.