Pubers kunnen echt wel plannen
Verondersteld werd dat pubers moeite hadden met plannen en vooral voor de lange termijn. Het zou pas kunnen als het hersenengebied van de prefrontale cortex volledig zou zijn ontwikkeld. Dat zou pas op ongeveer 22-jarige leeftijd het geval zijn. Onderzoek van Crone en Dah laat zien dat het toch anders ligt: pubers kunnen echt wel plannen en, vooral vanuit motivatie en passie, ook voor de lange termijn. Ze plannen echter anders dan volwassenen. Voor onderwijs en ouders is het belangrijk om te weten hoe pubers plannen.
Misverstand dat pubers niet kunnen plannen
In haar boekje 'Het puberende brein' (2008) geeft de Leidse hersenonderzoekster Crone aan dat jongeren pas op ongeveer 22-jarige leeftijd pas echt goed konden plannen. (1) Dat zou de maken hebben met de late ontwikkeling van het planningsgebied in de hersenen, de prefrontale cortex. Uit onderzoek van Crone en Dah (2012), waarbij verschillende onderzoeken over hetzelfde onderwerp werden geanalyseerd, blijkt dat deze opvatting moet worden herzien. De prefrontale cortex blijkt toch al zodanig ontwikkeld te zijn dat pubers (12 -15 jaar) echt wel kunnen plannen! (2)
Pubers plannen flexibel
Het plannen van pubers blijkt, volgens Crone en Dah, sterk beïnvloed te worden door de
omgeving. Ze blijken erg gevoelig te zijn voor
sociale en
emotionele omgevingsinvloeden. Deze invloeden zijn talrijk en verschillend. Pubers reageren op deze invloeden
snel en
flexibel waardoor hun planning kenmerken lijkt te hebben van kortetermijnplanning. (2) Ze hebben dan doelen voor ogen die op korte termijn iets zinvols moeten opleveren.
Onderwijs en ouders vragen ‘rigide’ planning van pubers
Onderwijs en ouders richten zich vooral op maatschappelijk vaststaande, verder weg liggende doelen zoals je schooldiploma over 4 jaar halen. Ouders vullen het vaak nog verder in: daarna kun je naar het mbo, hbo of universiteit. Aanvankelijk lijkt de puber hiervoor gemotiveerd, maar door sociale en emotionele omgevingsinvloeden richt hij zich al gauw op motivatiemomenten die in zijn belevingssfeer liggen zoals uitgaan, muziek luisteren, een game spelen etc. Als leerkrachten en ouders pubers steeds met hun langetermijndoel confronteren en voorbij gaan aan wat de puber zelf voor ogen heeft, dan kan er spanning ontstaan wat tot conflicten kan leiden.
Pubers met passie plannen voor langere termijn
Pubers die ergens passie voor hebben besteden veel tijd en energie aan hun passie waarbij ze ook frustratie en tegenslag tegenkomen (3). Hierdoor laten ze zich niet uit het veld slaan. Ze hebben een vaak ver weg liggend doel voor ogen dat ze graag willen bereiken. Pubers kunnen passie hebben voor bijv. sport, games, make-up, muziek, dansen.
Voorbeeld
Een jonge voetballer gaat iedere week 2 of 3 keer naar de training van zijn club waarbij hij voor ogen heeft om over een aantal jaren in een hoog voetbalelftal te spelen. Een jongere die gepassioneerd is door het spelen op een gitaar, oefent iedere dag regelmatig, al dan niet met anderen. Hij heeft voor ogen om in een bandje voor grote zalen te gaan optreden.
Zowel de jonge voetballer als de musicus wil wel iedere keer ervaren dat hij bij het trainen en oefenen zinvol bezig is. Dit is hun kortetermijndoel dat ze inpassen in een verder weg liggend doel.
Pubers met passie ontwikkelen sterke persoonseigenschappen
Als de puber ergens een sterke passie voor heeft en plant voor langere termijn, dan ontwikkelt hij
zelfdiscipline, doorzettingsvermogen en
zelfvertrouwen om het verder weg liggend doel te willen bereiken. Dit zijn juist de eigenschappen die in de maatschappij van groot belang zijn. (4) De Amerikaanse onderzoekster Duckworth acht ze belangrijker dan het IQ of schoolse intelligentie. (5) Er zijn talrijke voorbeelden van in de maatschappij geslaagde mensen die het op school minder goed deden maar het in de maatschappij juist prima deden. Dat dankzij hun passie. De Britse politicus Churchill die de Tweede Wereldoorlog wist te winnen was bijv. geen goede leerling. Ook de voormalige voetballer Johan Cruijff, de microsoftgoeroe Bill Gates en de Russische oliebaron Roman Abramovich waren op school niet erg succesvol.
Als onderwijs en ouders aansluiten bij de passie van pubers
Als het onderwijsmensen en ouders lukt om bij de passie van de puber aan te sluiten dan is de kans groot dat de puber zich inzet om een verder weg liggend doel te bereiken. Dat de puber dan ook zaken moet leren die voor hem niet direct zichtbaar zijn, betekent dat de begeleider duidelijk moet maken in hoeverre dit een doel kan zijn binnen de passie van de puber. Als het niet wordt verduidelijkt maar wordt opgelegd, omdat de begeleider het eist, dan zal er weerstand ontstaan waardoor het leerproces wordt belemmerd.
Voorbeeld:
- De puber is geïnteresseerd in gamen. De school wil dat de puber geschiedenisfeiten kent.
- De puber is geïnteresseerd in make-up. De school wil dat de puber taal goed leert schrijven
In beide gevallen zou de leerkracht de passie van de leerling moeten weten en verduidelijken wat geschiedenis en taal betekent voor die passie. In een gesprek kan de leerling dit zelf al vaak aangeven. Sommige games spelen hier al op in zoals specifieke geschiedenisgames als 'The battle of Britain'.
Discussie
Hoewel het lijkt dat er bij pubers alleen sprake is van kortetermijnplanningen is dat lang niet altijd het geval. Kortetermijndoelen van pubers met
vooral passie passen binnen de langetermijndoelen die ze voor ogen hebben. Uit onderzoek blijkt dat het planningsgebied van de pubers in het brein anders werkt dan bij volwassenen. Door hier rekening mee te houden kunnen begeleiders van jongeren hen helpen bij langetermijnplanningen. De vraag is welke mogelijkheden begeleiders zien om bij de planningskenmerken van pubers aan te sluiten.