Le Corbusier en de herziening van de stad
Le Corbusier heeft een grote faam verworven met zijn ideeën over de Stad van de Toekomst. Hij liet zich hierdoor inspireren door het futurisme, een stroming die de moderniteit met volle passie omarmde. De ideale stad van Le Corbusier werd gekenmerkt door logische indelingen en strakke planningen met voldoende ruimte voor groenvoorzieningen en veel hoogbouw.
De imperfecte stad
Le Corbusier zag, als architect, de steden van zijn tijd met lede ogen aan. De steden, met stadskernen van honderden jaren oud, waren niet bestand tegen de moderniteit. Auto’s hadden moeite met de ouderwetse steden, die gebouwd waren op voetgangers en paard en wagen, en de steden namen onnodig veel oppervlakte in waardoor het groen uit de stad verdwenen was. Daarnaast zagen stadsplattegronden er helemaal niet logisch uit; alles was door toevalligheden ontstaan.
Herziening van de stad
Le Corbusier wilde daarom een grondige herziening van het idee over de stad; men moest steden niet meer toevallig laten ontstaan, maar via een strakke planning inrichten. De stad moest opnieuw uitgevonden worden en van begin af aan opnieuw gebouwd worden. De ideale stad van Le Corbusier noemde hij dan ook de Stad van de Toekomst.
Stad van de Toekomst
Volgens Le Corbusier moest de Stad van de Toekomst voldoen aan een aantal eisen:
- We moeten de verstopping van onze stadcentra ongedaan maken.
- We moeten de bouwdichtheid vergroten.
- We moeten meer middelen krijgen om ons te verplaatsen
- We moeten meer parken en open ruimtes aanleggen.
Deze eisen waren een uitvloeisel van de problematiek die sinds de industriële revolutie steeds groter geworden was. Hoewel sommige van die problemen werden aangepakt door diverse steden; er werden bijvoorbeeld bredere straten aangelegd en grote openbare parken gemaakt, was dit volgens Le Corbusier niet voldoende. Er moesten nieuwe steden ontworpen worden, speciaal voor het moderne leven en geschikt voor de toekomstige ontwikkelingen.
Hij wilde de oude steden totaal opnieuw bouwen: kronkelstraatjes zijn voor ezels, rechte straten zijn voor mensen (auto’s). Hij wilde een stad die zelf een grote groene vlakte zou zijn, waarop hoogbouw zou worden neergezet. Daarnaast zou in het midden een station zijn (vanaf het dak hiervan zouden luchttaxi’s naar het vliegveld buiten de stad gaan) en het centrum zou omringd worden door hoge wolkenkrabbers.
Uitvoering van de ideeën van Le Corbusier
Zijn ideeën kregen veel bijval, maar zouden nooit in deze vorm worden uitgevoerd. Een uitvloeisel van deze ideeën is toch wellicht de oude Bijlmer in Amsterdam, waarbij ruime flatgebouwen gepositioneerd werden in een “groene vlakte”. Aan de andere kant hebben enkele van zijn ideeën ook nog doorgewerkt bij het opzetten van Brasilia, de nieuwe hoofdstad van Brazilië: hier is grote aandacht besteed aan de bereikbaarheid en voorkomen van de verstopping van de stad.
Toch kan men niet stellen dat zijn ideeën echt succesvol waren; de hoogbouw en de strakke planning en indeling van de stad zorgde voor onleefbare steden, de dynamiek van een stad verdween. Veel wijken zouden ’s nachts onveilig zijn, de hoogbouw deed onpersoonlijk aan en de strikte scheidingen tussen woon/werk/uitgaans en winkelgebieden in de ideeën van Corbusier versterkten het onpersoonlijke van de steden alleen maar. Deze onpersoonlijkheid zou ook leiden tot ongeïnteresseerdheid en verloedering; in de Bijlmer bijvoorbeeld werd dit al snel na de bouw duidelijk.