Digitale leerkrachtopleiding: DigiPabo
De digitalisering van de maatschappij neemt nog steeds toe. Ook opleidingen maken veelvuldig gebruik van internet en e-mail. De gebruikte computerprogramma's, zoals Blackboard, worden steeds verder geprofessionaliseerd. Combineer dit met het tekort aan leerkrachten, de verdere internationalisering en de fileproblemen en voilà: een digitale leerkrachtopleiding is geboren. Geen lange reistijden, geen colleges meer volgen en zelfs studeren het buitenland. Maar wat houdt de DigiPabo eigenlijk in?
Wat is de DigiPabo?
De DigiPabo is een digitale vorm van een Pabo. De Pabo is een hbo-opleiding om leerkracht in het basisonderwijs te worden. In dit geval is de studie grotendeels digitaal, via internet, te volgen. Oorspronkelijk is het opgezet voor Nederlandse studenten die in het buitenland wonen en een Nederlands Pabo-diploma willen halen, maar tegenwoordig is het ook toegankelijk voor studenten die niet in het buitenland wonen. Studenten volgen geen colleges en zullen de meeste docenten dus ook nooit in het echt ontmoeten. De studie is alleen deeltijd te volgen en is gesplitst in een vierjarige- en tweejarige variant. Studenten die al minimaal een hbo-diploma op zak hebben, mogen de tweejarige variant volgen. Voorheen was het mogelijk om toegelaten te worden tot die verkorte variant door een toelatingsexamen af te leggen, maar dit is inmiddels afgeschaft.
Omdat het een deeltijd studie is, kan het gecombineerd worden met een baan mits er minimaal een doordeweekse dag vrijgehouden kan worden voor de stage. Het is mogelijk te starten in september en in februari.
Hoe kan dat dan digitaal?
De studenten worden ingedeeld in studiegroepen en krijgen een tutor, een mentor, toegewezen. De communicatie vindt plaats via e-mail en via Blackboard (letterlijke vertaling: schoolbord). Blackboard wordt al bij vele opleidingen gebruikt om te communiceren op fora, documenten uit te wisselen, nieuwtjes te plaatsen etcetera.
Tentamens worden vier keer per jaar afgenomen op de hogeschool in Den Haag. Studenten die in Nederland wonen, komen dan wel naar de hogeschool. Studenten in het buitenland mogen de tentamens, onder toezicht, in hun land afleggen.
Verder is het vooral gebaseerd op zelfstudie. De te bestuderen literatuur wordt ruim van tevoren bekend gemaakt en studenten zijn zelf verantwoordelijk voor de manier waarop ze dat bestuderen. Er is wel digitaal contact met docenten mogelijk.
Werkstukken en portfolio's worden allemaal digitaal ingeleverd, via de post of via de mail. (Groeps)presentaties worden ook op Internet, Blackboard, geplaatst en becommentarieerd.
Stage
Een aankomende leerkracht moet natuurlijk wel ervaring opdoen in lesgeven. Daarom moeten alle studenten een stage lopen. Gemiddeld komt het neer op 1 a 2 dagen stagelopen per week. Dit verschilt echter per studiejaar en per variant. Studenten in het buitenland lopen vaak stage op een internationale- of Nederlandse school. Bij studenten die in de regio Den Haag wonen, komt af en toe iemand langs om een deel van een stagedag te bekijken. De overige studenten maken zelf af en toe video-opnames van hun stage en sturen die vervolgens op.
En dan?
Na de opleiding krijgen de studenten de graad van Bachelor of Education. Dat diploma geeft recht op het geven van les op een basisschool en, in sommige gevallen, de eerste jaren van het vmbo. Het is mogelijk om daarna nog een master te volgen of om (via een schakelprogramma) een universitaire opleiding te volgen.