Noachieden: belang naleving Noachidische geboden
In zijn boek 'Ontmoeting met Israël' bespreekt dr. Rudolf Boon de Noachidische geboden. Veel niet-Joden, en met name christenen, hebben een broertje dood aan geboden. Zij beweren dat J.C. voor hen de Wet reeds vervuld heeft. Ze praten over de geboden alsof het een stelletje verkeersregels zijn die bepalen wat je wel en niet mag doen. In werkelijkheid zijn het Goddelijke geboden die als doel hebben de materialistische wereld te verheffen om deze tot 'woning' van God te maken.
De Tora en de Noachidische geboden Hoe zit het nou precies?
kern van de Tora de liefde van God
Wanneer de volkeren de Tora zouden begrijpen zouden ze tot de kern weten door te dringen de liefde jegens God. Maar in de praktijk blijkt dat veel niet-Joden de Tora (Noachidische geboden) hebben afgewezen en zo ook vreemd staan tegenover de liefde van God. Toch blijft de Torat haAdam voor ieder mens gelden en wie deze naleeft is gelijk aan de Hoge Priester van Israël. Zo zijn er onder de niet-Joden vromen (tzadikkiem) te vinden die deel zullen hebben aan de toekomstige wereld. God maakt geen onderscheid tussen Jood en niet-Jood.
de zeven Noachidische geboden
God gaf Adam zes geboden en Noach kreeg er nog eentje bij. Abraham kreeg het achtste gebod, de besnijdenis, erbij en Jacob ontving een negende gebod. Ten slotte kreeg Israël op de berg Sinaï de 613 mitswot.
Voor de niet-Joden gelden zeven geboden:
- rechtshandhaving
- verbod afgoderij (geloof in Eén God)
- verbod Gods naam te ontheiligen
- geboden op seksueel gebied
- verbod van moord
- verbod van gewelddadige roof
- verbod een levend dier te eten.
Deze zeven geboden zijn nader uitgewerkt (zie
hier). God neemt met deze geboden het op voor de zwakkeren.
God wil een verbondsrelatie aangaan met de mens
In Genesis 5:1 staat dat God vanaf het begin een verbondsrelatie met de mens wil aangaan. Adam leek op God. Met de tent der samenkomst kwam God onder de mensen wonen. God sprak:
Het is alsof Ik op die dag (de dag, waarop de tent der samenkomst werd opgericht) Mijn wereld heb geschapen. Met de Tora is een bijzondere verhouding ontstaan tussen God en Israël. Israël vertegenwoordigt de volkeren. In de Tora worden Gods heilsbedoelingen met de volkeren onthuld. God is dan ook barmhartig voor de naties. Ondanks dat de volkeren God tarten met hun afgoderij, blijft Hij voor ze zorgen. Eens zullen de volkeren hun afgoderij afzweren (Jeremia 16:19-20)
Zij zullen zeggen: 'De goden van onze voorouders blijken niets dan bedrog, ze zijn niets waard, ze bieden geen hulp.' Kan een mens soms goden maken? Wat hij maakt goden zijn het niet!
God verwezenlijkt zijn Heilsplan met de Tora Israël brengt voor de wereld het heil
Gods Heilsplan met de wereld wordt verwezenlijkt met de Tora. Dit hangt af van de vrije wil van de mens. De mensen kunnen dus de Tora weigeren. Dit is ook gebeurd. Alleen Israël accepteerde de Tora vrijwillig. Om die reden werd Israël uitverkoren. De verkiezing van Israël heeft als doel het heil van de wereld. Israël is een eerstgeborene met een bijzondere opdracht: de bediening der verzoening. Zo is Israël een zegen voor de volkeren. Dit impliceert naleving van de Tora en getuigen van de Eenheid van God. Geen enkel ander volk kan de plaats van Israël innemen.
Eenheid van God
De eenheid van God heeft niets met pantheïsme te maken. God kan niet vereenzelvigd worden met de wereld. De Schepping is een non-entiteit dat geen input vereist. Het is gevormd door de Woorden van God. Een schepsel kan en mag niet vergoddelijkt worden omdat deze van God afhankelijk is. Een mens (J.C.) als God dienen is dus onmogelijk en druist in tegen Gods Eenheid. Schepsels zijn afhankelijk van God; alleen God is nergens van afhankelijk. De Schepping is een product van Gods 'Geest'. Met of zonder Schepping blijft God dezelfde. God kan dus geen zoon hebben. God is onveranderlijk.
Het belang van de Noachidische geboden en de Tora het voeden van de ziel; de materialistische wereld verheffen en zo tot een 'woning' van God te maken
Om het belang van de geboden te begrijpen moeten we eerst goed beseffen dat de mens uit twee delen bestaat: een lichaam en een ziel. Hoewel de ziel onzichtbaar is, is het de werkelijke structuur van de mens. Het lichaam beperkt zich tot de materiële aspecten, en de ziel tot de geestelijke aspecten. De ziel wijst het lichaam de weg naar goede daden (de lamp van God is de ziel van de mens). De ziel is omhoog gericht, terwijl het lichaam naar de aarde trekt. De kunst is om lichaam en ziel in evenwicht te laten zijn: het vormen van een eenheid. De vorming van deze eenheid kan alleen door naleving van de Tora door Joden en de Noachidische geboden door niet-Joden.
Wat voor een mens geldt, geldt ook voor het universum. Ook deze heeft een lichaam (het stoffelijke) en een ziel (het spirituele). Om eenheid in het universum te creëren moeten we het stoffelijke vergeestelijken.
Het creëren van een eenheid in het universum begint bij jezelf. Je moet dus eerst zelf een eenheid zien te vinden. Dit betekent luisteren naar je ziel. Dat is lastig omdat je zintuigen overheersen. Wanneer je deze wegdenkt blijf je met jezelf over. Je leeft dan voluit. Omgekeerd kan het lichaam niet zonder de ziel. Het is zaak te weten hoe de ziel werkt omdat je deze anders niet kan voeden. Gelukkig helpt onze ziel daarbij. Zij maakt een brug tussen het alledaagse en het verheven het materiële met het spirituele. Ook leert de ziel ons nederig te zijn. De ziel zuivert het lichaam.
Hoe kan je het conflict tussen lichaam en ziel (het conflict dat overigens ontstaan is door de Zondeval; voor de zonde van Adam waren lichaam en ziel één) benaderen? Dit kan door te beseffen dat lichaam en ziel afzonderlijke krachten zijn die gevoed moeten worden. Het lichaam heeft eten, slaap, etc. nodig. De ziel kan je voeden door de Noachidische geboden na te leven of, voor Joden, de Tora lernen. Ook bidden is erg belangrijk. Heb je eenmaal harmonie tussen lichaam en ziel bereikt dan beïnvloed je daarmee de wereld in haar geheel en bereik je eenheid in het universum.
De Schepping vervolmaken (tikkoen olam) begint dus bij jezelf (tikkoen atsmo). Er is niemand anders die dit voor je kan doen. God heeft je de kracht gegeven om zelf eenheid te creëren tussen lichaam en ziel. Door zelf verantwoordelijkheid te nemen word je een partner van God in het Scheppingsproces. God wil niet dat we 'kinderen' blijven die onze verantwoordelijkheden bij iemand anders leggen. God wil dat we volwassen mensen worden met eigen verantwoordelijkheden. Onze hulpmiddelen hierbij zijn de Tora en de Noachidische geboden. Dat we de neiging hebben te zondigen (dus meer aandacht geven aan de materialistische wereld dan de spirituele wereld) is waar, maar God biedt met de Wet de mogelijkheid tot berouw. Het doen van berouw is belangrijker dan de zonde zelf. God hecht meer waarde aan de mens die berouwt, dan aan een tsaddiek die zonder zonde leeft.