Geschiedenis Tora: Uitleg dertien geloofspunten Maimonides
De dertien geloofspunten van Maimonides geven een duidelijk basaal begrip van wat van een Jood verlangd wordt die de Tora naleeft. De dertien geloofspunten kunnen in een aantal hoofdpunten onderscheiden worden: de aard van God; gebed voor God alleen; het bestaan van profetie; de aard van de Tora; God en de mens; eindtijd.
Waar staan de dertien geloofspunten van Maimonides?
De dertien geloofspunten staan in alle traditionele
Joodse gebedenboeken. Alleen de traditionele c.q. orthodoxe Joden volgen de geloofspunten van Maimonides. De liberale Joden doen dit niet. Voor een overzicht van de dertien geloofspunten ga naar:
De dertien geloofspunten van Maimonides.
De aard van God
Geloofspunt 1: God is de enige schepper en leider van al wat geschapen is en tot stand kwam, komt en komen zal
God is compleet en perfect. Al het geschapene vindt haar bestaan in Hem en de oprichting is van Hem. God bestaat vóór al het andere. Maimonides zegt dat als we God afwezig zouden voorstellen er niets zou overblijven. Maar omgekeerd geldt dat als al het geschapene zou verdwijnen God nog steeds bestaat. Alleen God bestaat. Maar alleen de Eeuwige is werkelijk God. (Jeremia 10:10)
Geloofspunt 2: God is een absolute eenheid, onvergelijkelijk met welke eenheid ook
Gods eenheid is niet te vergelijken met het getal één. Gods eenheid wil zeggen dat er niets naast Hem kan bestaan (Hij is zonder grenzen of beperkingen). God kan dus nimmer een mens zijn omdat een mens beperkt is en ook weer onderverdeeld kan worden in allerlei onderdelen (hoofd, armen, benen, botten, haren, cellen, etc). In Deuteronomium 6:4 staat: Hoor Israël, de Eeuwige is onze God, de Eeuwige is Eén. Gods eenheid wil zeggen dat alles één is: Zijn kennis en Zijn bestaan. Bij de mens is dit niet het geval. Zonder kennis (van bijvoorbeeld natuurkunde) blijft de mens dezelfde persoon.
Geloofspunt 3: God is onlichamelijk. Hij bezit geen lichamelijke functies en het is onmogelijk een voorstelling van God te maken
God kent geen fysieke beperkingen. God is overal. Dat in de Tora antropomorfische terminologie wordt gebruikt is slechts bedoeld om Gods attributen te begrijpen. De Talmoed zegt: De Tora spreekt de taal van de mens.
Geloofspunt 4: God is de eerste en de laatste
God is eeuwig. Hij staat boven de tijd. God schiep de tijd. Vanuit Gods perspectief bezien is tijd irrelevant. God ervaart alles op hetzelfde moment, zowel wat in het heden, het verleden als in de toekomst gebeurt. De relatie tussen tijd en materie werd al 700 jaar eerder dan Einstein door Maimonides vastgesteld.
Gebed tot God gericht
Geloofspunt 5: Men mag alleen het gebed tot God richten en niet tot iemand anders
Alleen God kan op gebeden van de mens reageren. Het is niet mogelijk via een tussenpersoon tot God te bidden. Zo kan niet tot de zon worden gebeden en ook niet tot een mens (zoals christenen dit doen via Jezus).
Het bestaan van profetie
Geloofspunt 6: Het geloof dat al wat de profeten verkondigd hebben waar is
De profeten ten tijde van de Bijbel ontvingen Goddelijke inspiratie. Toen waren er meer dan 1 miljoen profeten. Maar de meeste profeteerden voor de mensen in hun tijd. De profeten in de Bijbel profeteerden tevens voor toekomstige generaties.
Geloofspunt 7: Mosjé was de ware profeet die nooit zijn weerga heeft gehad en zal hebben
Niemand kon, kan en zal beter kunnen profeteren dan Mosjé. Mozes was superieur t.o.v. alle andere profeten en wel op 4 punten:
- Mozes kreeg zijn boodschap direct van God te horen; de andere profeten kregen hun boodschap via een engel;
- Mozes was wakker, de andere profeten ontvingen Gods boodschap in een droom of waren in trance.
- Mozes kende geen angst. De andere profeten stortten bijna in.
- Mozes kon zelf bepalen wanneer met God te praten. De andere profeten moesten de boodschap afwachten.
De aard van de Tora
Geloofspunt 8: Heel de Tora, zoals we die nu bezitten, is door God aan Mosjé gegeven
De Tora is Gods woord. Mozes heeft Gods woord letterlijk geciteerd. Dit betref niet alleen de Schriftelijke maar ook de Mondelinge Tora. Sommige zaken die bijvoorbeeld betrekking hebben op Chanoeka en Poeriem zijn van de rabbijnen afkomstig.
Geloofspunt 9: De Tora is onveranderlijk, er bestaat geen andere die van God afkomstig is
Omdat God zelf onveranderlijk is, is de Tora ook onveranderlijk. Alleen de Mondelinge Tora speelt in op nieuwe situaties waarmee de mens geconfronteerd wordt.
God en de mens
Geloofspunt 10: God kent de handelingen en gedachten van de mens
Omdat God Almachtig is weet Hij alles. God is die weet, dat wat bekend is en de kennis zelf. Alles is Eén. God weet alles vanwege Hemzelf. Omdat God zichzelf kent, weet Hij alles wat van Hem afhankelijk is.
Geloofspunt 11: God beloont die Zijn geboden nakomen en straft de Zijn geboden overtreden
Alleen de grootste overtreders zullen uitgesloten worden van de Komende Wereld. Toch worden alle zonden van iedereen geregistreerd. Deze zielen zullen na de dood gereinigd worden als geen berouw is getoond tijdens dit leven of als God de zondaars al niet gestraft heeft in dit leven.
Eindtijd
Geloofspunt 12: De Masjiach zal zeker komen
Joden geloven dat ze bevrijd zullen worden van de ballingschap door de Masjiach (gezalfde), een buitengewoon vroom en heilig individu. Deze leeft niet alleen zelf de Tora na maar spoort andere aan hetzelfde te doen. De Masjiach zal het koninkrijk David herstellen en de Heilige Tempel in Jeruzalem herbouwen. De Masjiach bewijst zichzelf zonder het uitvoeren van wonderen of door dood op te wekken. De Masjiach zal de wereld en het Land Israël herstellen.
Geloofspunt 13: Opwekking der doden
De rechtvaardigen zullen opstaan uit de dood en lichaam en ziel zullen letterlijk herenigd worden. De wereld zal er hetzelfde uitzien als nu: mensen eten, drinken, trouwen, krijgen kinderen tot de eindtijd.
Lees verder