God is de hoogste autoriteit - Joodse visie
Volgens het Jodendom is God de hoogste autoriteit. Hij staat boven alle mensen, volken en regeringen. Daarom is het noodzakelijk dat iedereen God erkent als hoogste autoriteit en de wetten van God gehoorzaamt. Niet de meningen van mensen bepalen wat goed en fout is, maar Gods wetten. De bekendste wetten zijn de Tien Geboden (Aseret Hadibrot). Veel wetten zijn door de rest van de wereld overgenomen. Maar het Jodendom kent nog veel meer wetten over wat goed en fout is.
Werkloos
Koos is werkloos. Hij heeft een uitkering. Het is moeilijk voor hem om een nieuwe leuke baan te vinden. Al het andere werk vindt hij niet interessant. Omdat zijn uitkering niet hoog genoeg is, besluit hij zwart bij te klussen.
Zijn vrouw vindt het geen goed idee. "Waarom neem je niet een echte baan, dan kan je gewoon wit werken", zegt zijn vrouw.
"Maar dan verdien ik bijna net zoveel als mijn uitkering", antwoordt Koos terug. "Ik kan beter zwart gaan werken. Daar schiet ik veel meer mee op."
"En als het ontdekt wordt, dan ben je je uitkering kwijt", werpt zijn vrouw tegen.
"Dat risico moeten we dan maar nemen."
"Ik blijf het oneerlijk vinden. Bovendien gaat het ten koste van mensen die wel wit werken."
Koos blijft echter bij zijn standpunt en gaat zwart werken.
God is de hoogste autoriteit
Het bovenstaande verhaaltje is als voorbeeld voor het probleem als er twee meningen zijn over wat goed en slecht is, terwijl een hogere autoriteit ontbreekt. Het is hetzelfde als er een voetbalwedstrijd wordt gespeeld zonder scheidsrechter. Dat zou al snel in een vechtpartij kunnen ontaarden.
Volgens het Jodendom is God de hoogste autoriteit. Hij staat boven alle mensen, volken en regeringen. Daarom is het noodzakelijk dat iedereen God erkent als hoogste autoriteit en de wetten van God gehoorzaamt. Niet de meningen van mensen bepalen wat goed en fout is, maar Gods wetten. De bekendste wetten zijn de Tien Geboden (Aseret Hadibrot). Veel wetten zijn door de rest van de wereld overgenomen. Maar het Jodendom kent nog veel meer wetten over wat goed en fout is.
God en Gods wetten bepalen wat goed en wat slecht is
Zonder de wetten van God kunnen de mensen alleen zelf bepalen wat goed en slecht is. Zo kan een hele groep mensen weren dat het kwade goed is. Mensen kunnen hele slechte dingen doen als zij alleen op hun eigen mening of die van anderen afgaan. Zo kon de nazi-partij in Duitsland bepalen dat Joden vergast moesten worden.
Wanneer mensen naar eigen inzicht handelen kunnen ze alles wat krom is recht praten. Bovendien kan men zeggen dat iedereen het doet, dus kan het zo slecht niet zijn.
Om die reden is het van belang Gods wetten na te leven. Zonder God zijn goed en kwaad alleen een kwestie van persoonlijke interpretatie. Daarom moet ieder mens weten dat God de bron is van goed en kwaad en weten dat Hij wil dat iedereen het goede doet. Zolang dit niet gebeurt zullen mensen vreselijke misdaden blijven begaan.
Gods autoriteit is hoger dan de autoriteit van de gemeenschap
Soms druisen de wetten van de gemeenschap in tegen de wetten van God. Het Jodendom stelt dat Gods autoriteit belangrijker is dan de autoriteit van de individu of de gemeenschap. Want het wil niet zeggen dat wanneer een hele gemeenschap het kwade nastreeft, dat het kwade dan ook goed is. Elk individu en gemeenschap moet de wetten van God naleven.