Joodse filosofie - Chabad 4: begrijpen wat we niet begrijpen
Het geloof van een Jood is een functie van het bestaan van zijn ziel. Aan de andere kant zijn er tijden dat ons verstand in de weg zit en ons een beeld geeft van God waarin we moeilijk geloven. Als we een voorstelling van God ontwikkelen dat echt is, wissen we de mogelijkheid om niet in God te geloven. Er staat geschreven: "Ken de God van uw vader en dien Hem met heel uw hart." Chassidoet zegt dat een persoon zichzelf aan God over moet geven zonder enige grenzen (mesiroet nefesh).
Reiken boven ons begrip
De mens is al zeer lang bezig om God te definiëren. Hoe kan de mens God intellectueel bevatten? Dat is onmogelijk omdat we geen werkelijkheid kunnen waarderen die uitstijgt boven het raamwerk van de schepping. Ook kan de mens God niet in een directe manier bevatten. We kunnen alleen maar vanuit onze eigen realiteit redeneren. Maar God overstijgt die realiteit.
De voorstelling van de Rambam (Maimonides)
Rambam schrijft: "Hij is de Allesweter, Hij is het Object van Kennis, en Hij is de Kennis zelf; alles in één."
Kennis is het meest ontwikkeld van sterfelijke vermogens. Onze emoties zijn subjectief en op het ego georiënteerd. Kennis is objectief en kan over de eigen grenzen heen kijken.
Sterfelijke kennis is in een bepaalde dimensie subjectief. Er bestaat een kloof tussen de weter, het object van de kennis en de kennis.
Dit is niet waar m.b.t. Gods kennis. De mens bestaat binnen de schepping, terwijl de schepping binnen God bestaat. God kent zijn schepsels en dus kent Hij Zichzelf. God is de perfecte kennis omdat er geen kloof bestaat tussen de weter, het object van de kennis en de kennis.
De bezwaren van Maharal
Volgens Maharal is God de Heilige en niet de Wijze. God heeft geen grenzen en kan dus niet gedefinieerd worden. Kennis, daarentegen, heeft een definitie: de bekwaamheid een entiteit te begrijpen zoals het is. Dus het is een bijzonder kwaliteit. Daarom is het onjuist om het als definitie voor God te gebruiken. Hoewel de definitie van Rambam onbegrensd is, is het niet echt ongebonden. Elke definitie is beperkt en dus ongepast.
De oplossing van Chassidoet
Chassidoet gaat nog een stap verder. Door te stellen dat God oneindig is, zijn we gedwongen te zeggen dat Hij een eindige dimensie bezit. Daarom moeten we zeggen: "Hij is wat Hij is". We kunnen Hem absoluut niet omschrijven. Geen definitie, noch wijsheid noch oneindigheid is juist. Aan de andere kant manifesteert hij zowel een oneindige als een eindige definitie.
Onze band met God
De definities van Rambam en Maharal schieten te kort bij:
- de bovenste grenzen: de beschrijvingen van God;
- de onderste grenzen: de relatie tussen God en de mens.
De benadering van Chassidoet, die handhaaft dat zowel het oneindige als eindige uitdrukkingen van God zijn, combineert de positieve dimensies van elk van deze gedachten.
De uitwas van begrijpen
Er staat geschreven: "Ken de God van uw vader en dien Hem met heel uw hart." Chassidoet zegt dat een persoon zichzelf aan God over moet geven zonder enige grenzen (mesiroet nefesh).