Torastudie: De generatiekloof - Numeri 13:30
Hoe komt het dat de verspieders dachten dat de inwoners van Kanaän machtiger waren dan G'd? Zij hadden moeite om het spirituele leven in de woestijn achter zich te laten en het land Kanaän binnen te trekken. Zij meenden dat een materieel leven in een land ten koste zou gaan van een spiritueel leven dat ze in de woestijn leidden. Toch was dit het plan van G'd. Hij wilde dat de Joden het land Kanaän zouden heiligen en er een “woning” van G'd zouden maken in de lagere sferen. De “generatie van de woestijn” mocht voor straf het land niet binnengaan. Hun kinderen moesten 40 jaar later de “generatiekloof” overbruggen.
Numeri 13:30
We zijn niet in staat om tegen de mensen in te gaan, want ze zijn sterker dan wij.
Dan hij
Ze zeiden dit zelfs met betrekking tot G'd zelf (het Hebreeuwse woord mimenu, "dan wij", kan ook "dan hij" betekenen): zelfs Hij kan ze daar niet van verwijderen. (
Talmoed; Rashi)
Gewijzigd plan
Oorspronkelijk zouden de Joden uit Egypte vertrekken, de Tora ontvangen op de berg Sinaï, en daarna in elf dagen naar Kanaän reizen. Mozes zou de Tempel bouwen en Israël zou een modelsamenleving zijn die dienst doet als de sluitsteen van een harmonieuze wereldgemeenschap die de goedheid en perfectie van hun Schepper belichaamt.
Het liep echter allemaal anders. De reis duurde niet elf dagen maar 40 jaar. Een hele generatie kwam niet in Kanaän aan. Jozua begon het land Kanaän te veroveren maar deze taak werd pas vijf eeuwen later onder Koning David voltooid. Koning Salomo bouwde de Tempel maar dat was niet het eeuwige gebouw dat Mozes eigenlijk had moeten bouwen. De Tempel werd twee keer verwoest. Israël kon haar rol als “licht voor de naties” slechts gedeeltelijk waarmaken. Het is nog wachten op de Messias voordat Israël de modelsamenleving zal zijn en er een perfecte en harmonieuze wereld zal zijn.
Wat ging er mis?
De verspieders meldden dat de inwoners van Kanaän sterker zijn dan de Joden (“dan wij”). Mimenu kan echter ook vertaald worden als “dan Hij”. Dus de verspieders zeiden eigenlijk dat de inwoners van Kanaän machtiger waren dan G'd. De Joodse natie treurde en riep tot Mozes: "Waarom brengt G'd ons naar dit land om door het zwaard te vallen, en voor onze vrouwen en kinderen om in gevangenschap te vallen?" Het vond allemaal plaats op de negende Av, een dag waarop nog vele tragedies zouden volgen voor het Joodse volk. G'd zei tegen Mozes dat het geslacht van de Tora als zwervers in de woestijn zou moeten leven totdat een nieuwe generatie zou komen.
Wat is er gebeurd?
Vrijwel alle commentaren stellen de vraag: wat is er gebeurd? Waar zijn ze verkeerd gegaan? Hoe komt het dat het Joodse volk, ondanks alle wonderen die G'd voor hen verricht had, toch dacht dat de inwoners van Kanaän machtiger waren dan G'd?
De Chassidische meester Rabbi Schneur Zalman van Liadi legt uit dat het probleem er één was van buitensporige spiritualiteit. De generatie van de Tora leefde een volledig spiritueel leven. Er waren geen materiële zorgen. G'd zorgde voor alles. De Joodse wijzen hebben gezegd dat "de Tora alleen aan de eters van het manna gegeven kon worden." De Joden moesten volledig vrij zijn van de verantwoordelijkheden en frustraties van het fysieke leven - iets dat alleen mogelijk is in het soort omgeving dat de voorouders genoten tijdens hun verblijf in de Sinaïwoestijn. De Joden zagen er tegenop om in Kanaän te gaan wonen en een fysiek leven te leiden dat hun vermogen om de Tora te bestuderen zou schaden.
1 De verspieders redeneerden dat G'd de Joden naar het land zond en dan geen wonderen meer zou verrichten omdat G'd zelf heeft besloten dat de natuurlijke wet het lot van de Joden zou bepalen.
Gevallen engelen
Dit verklaart ook de mysterieuze toespeling van de verspieders op "de nefillim, de afstammelingen van de reuzen, de gevallenen" die ze tegenkwamen in het Heilige Land.
Wie waren de nefillim? Dat waren gevallen engelen die in contact waren gekomen met de materiële wereld. Zij waren gecorrumpeerd en speelden een belangrijke rol in de desintegratie en vernietiging van hun aangenomen samenleving. De verspieders redeneerden dat als deze engelen de overstap naar wereldsheid niet hadden kunnen maken dan zouden de Joden dat zeker ook niet kunnen. Maar de mens is geen engel, het is een synthese van het hemelse en het dierlijke. De mens is gemachtigd om de hemel op aarde te brengen om zo een “woning” voor G'd in de lagere sferen te bouwen. Doel was om een land te creëren dat heilig is. Eerst moesten de Joden zich afzonderen van de materiële wereld en daarna het land heiligen. De generatie van de woestijn lukte dat niet. Ze gingen hun ervaringen en verworvenheden labelen als "materieel", "spiritueel", "heilig", "alledaags", "natuurlijk" en "bovennatuurlijk", daarmee delegerend en ze beperken tot hun respectieve domeinen. Hun kinderen moesten de taak overnemen: zij moesten de “generatiekloof” dichten
Individueel leven
Bovenstaande proces kan ook toegepast worden op het individuele leven. In ons eigen leven hebben we allemaal een "generatie van de woestijn" en een "generatie die het land binnenkomt." De jeugd is een geestelijke en wonderbaarlijke tijd: er wordt voor ons gezorgd. We hoeven de wereld nog niet te besturen. Wanneer we volwassen worden trekken we “het land binnen” en moeten we aan de slag.
Het proces kan ook toegepast worden op elke dag uit ons leven: Joden beginnen de dag met een heilig uur van gebed en Torastudie, voordat ze overgaan naar de werkdag en beginnen aan de ontwikkeling en heiliging van de materiële wereld.
2
Doel is om het land binnen te kruipen zonder dat je je spirituele “jeugd” achterlaat om zo van de wereld een “heilig land” te maken.
Voetnoten
1 De generatie van de wildernis was niet in staat om een leven te doorgronden waar we het materiaal verfijnen en dit is het pad van spiritualiteit. Zelfs vandaag kunnen we het moeilijk hebben om dit te realiseren. G'd wil niet dat we alle lichamelijkheid verwaarlozen om spiritueel te zijn. Het is door het materialistische rijk te verfijnen waar we het spirituele kunnen verbinden met het fysieke. Dit maakt deel uit van de weltanschauung van het Jodendom.
2 Het idee hier kan begrepen worden door wat de eerste indruk en de benchmark modus operandi is. Als we onze dag niet met spiritualiteit beginnen, zal de aard van het fysieke ons naar beneden trekken. We moeten elke ochtend opnieuw focussen en onze G'ddelijke missie onthouden. Als we dit niet doen, worden we onvermijdelijk verzand door het materialisme en de wereld om ons heen en is het moeilijk om de wereld op een positieve manier te beïnvloeden. Het is echter nooit te laat om te beginnen. Dit kan gedaan worden door de volgorde van de dag te veranderen en onszelf te bestuderen en te stimuleren met onze G'ddelijke missie en verandering zal plaatsvinden.