Joodse denkers: Rasji Bijbelcommentaar (pesjat/derasj)
Rasji wilde de letterlijke betekenis van de Bijbel geven (pesjat). In zijn tijd gaven de rabbijnen de midrasj als exegese. Maar Rasji zegt nadrukkelijk geen derasj te willen leveren. Zo zegt hij over Genesis 3:8 (Adam en zijn vrouw Eva houden zich verborgen voor God): Er bestaan veel aggadische midrasjiem op dit vers die de rabbijnen vertelden in Beresjiet Rabba en in andere midrasj-collecties. Maar mijn simpele opdracht is me te concentreren op de letterlijke betekenis van de Bijbelverzen en alleen aggada ter sprake te brengen, wanneer dit werkelijk zin verleent aan de tekst. Toch bevat Rasji's commentaar veel derasj.
Veel van Rasji's Bijbelcommentaar is derasj
Soms schiet een pesjat (letterlijke betekenis) om wat voor reden dan ook tekort. Om de tekst dan te verhelderen gebruikte Rasji een midrasj om zo een nieuwe dimensie aan de uitleg te voegen wat tot een beter begrip van de tekst moet leiden. Het ging er bij Rasji echter niet om om een mooi verhaal weer te geven maar om de tekst te verduidelijken. Zo zei hij over Genesis 25:26 (de geboorte van Jakob en Ezau) dat hij een aggadische midrasj gehoord heeft die het vers uitlegt naar zijn letterlijke betekenis. Toch is de midrasj van secundair belang. Hij deed het bijvoorbeeld om de grammaticale structuur van een Hebreeuws woord op te lossen.
Een voorbeeld van een derasj als de pesjat daar om vraagt
Genesis 25:21
En Izaak bad tot de Eeuwige voor zijn vrouw omdat zij onvruchtbaar was.
Het Hebreeuwse voorzetsel 'lo-nochach' betekent niet 'voor' maar 'tegenover'. Zo schetste Rasji het plaatje van Izaäk die in de ene hoek bidt en Rebekka in de andere hoek. Hier past de derasj dus beter dan de pesjat.
Derasj geeft nieuw licht op de pesjat
De derasj wordt alleen gegeven om nieuw licht te werpen op de pesjat. Dit helpt ons om zijn methode te begrijpen. Door sommigen wordt de derasj echter niet op zijn juiste waarde geschat.
Ook Abraham ibn Ezra schreef commentaar op de Bijbel. Hij had kritiek op Rasji omdat deze de derasj hanteerde waarbij hij dacht dat het om een pesjat ging. Abraham ibn Daoed had nog meer commentaar op Rasji wat betreft diens voorliefde voor homilie omdat hij de mensen een warm hart toedroeg. Soms staat dan de derasj haaks op de pesjat.
Het lijkt erop dat Rasji zelf geen weet had van de kritiek op het veelvuldig gebruik van de derasj. Waarschijnlijk meende Rasji tegen het einde van zijn leven dat hij nog meer pesjat had moeten schrijven en de derasj tot een minimum te beperken. Dat dit niet is gebeurd wordt als een geschenk gezien voor zijn ontelbare studenten die de derasj juist als een verlevendiging beschouwen. Dit in tegenstelling tot Rasjbam die de nadruk legde op de pesjat en zo veel minder tot de verbeelding sprak.
Aggada gepopulariseerd
Het veelvuldig gebruik van de derasj heeft er voor gezorgd dat Rasji de rabbijnse aggada populariseerde. In die tijd waren er nog maar weinig Bijbel en Talmoeds in omloop. Zo waren de aggada die Rasji gebruikte een welkome aanvulling voor zijn studenten die verlegen zaten om rabbijnse verhalen. Ook hebben studenten later alleen de Talmoed gebruikt voor de halacha (wet) en sloegen zij de aggada over. Alleen dankzij het werk van Rasji kwamen ze in aanraking met de aggada.
Ethisch gebruik van de aggada
De derasj van Rasji waren niet alleen van belang voor het begrijpen van de Bijbeltekst maar vormden ook Joods ethisch onderricht. Vele honderden voorbeelden in de Bijbel illustreren dit.
Genesis 1:26:
Laat ons mensen maken naar ons beeld.
God raadpleegde de engelen. Hieruit kan opgemaakt worden dat bescheiden gedrag van hoogopgeleide personen op zijn plaats is.
Genesis 37:4:
En zij konden niet vriendelijk meer met hem spreken.
De broers van Jozef waren niet hypocriet die het ene denken en het andere zeggen.