Werken in een team

Regelmatig komt het voor dat je in teamverband aan het werk bent. Niet alleen tijdens je werk, maar ook bij bijvoorbeeld verenigingen. Het kan zijn dat je het niet altijd even goed kunt vinden met alle teamleden. Hiervoor hebben mensen vaak verschillende redenen. Het volgende artikel kan je helpen om een betere samenwerking tot stand te brengen en je teamlid beter te leren begrijpen.

Team

Een team is een groep mensen dat samen een bepaalde taak uitvoert. Meestal heeft een team een leider, maar dit hoeft niet perse.

Voorwaarden voor het werken in een team

Als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan is het werken in een team zinvol:

• Als de taak niet door één persoon uitgevoerd kan worden, qua tijd.
• Als de taak verschillende competenties vraagt, waarover die persoon niet beschikt.
• Als er kennis nodig is vanuit verschillende invalshoeken.
• Als iedereen bereid is energie te steken in het samen coördineren van één taak.

Kortom, iedereen moet zich afhankelijk op kunnen stellen en werkzaamheden op elkaar af kunnen stemmen.

Teamrollen

In een team zitten dus verschillende mensen die verschillende rollen kunnen vervullen, o.a.:

Leider

Een leider is iemand die de leiding heeft over het geheel. Vaak is dit de voorzitter. De leider geeft structuur aan de werkzaamheden en delegeert taken. De leider heeft vaak het overzicht over het geheel en is van belang in het team.

Waarschuwer

Een waarschuwer is iemand die de kwaliteit van het product nauw in de gaten houdt en zijn/haar oordeel hierover geeft. De waarschuwer houdt vaak de risico's in de gaten en graag zorg voor een goed verloop van het werkproces.

Beslisser

Een beslisser is iemand die besluiten neemt. Vaak is ook dit de voorzitter. De beslisser is vaak iemand die veel invloed heeft, zoals een hoge functie of veel geld, en daarom de macht heeft om tot een besluit te komen.

Vertegenwoordiger

Een vertegenwoordiger wordt ook wel gezien als woordvoerder. De vertegenwoordiger is iemand met een netwerk waarin het product verkocht kan worden. Hij/zij schakelt snel en kan andere goed motiveren.

Bemiddelaar

Een bemiddelaar is er om de groepssfeer optimaal te houden en de samenwerking te verbeteren (als dat nodig is). De bemiddelaar is vaak een optimistisch persoon die net als de vertegenwoordiger goed kan motiveren. Het verschil tussen deze personen echter, is dat de vertegenwoordiger vaak gericht is op het product, terwijl de bemiddelaar zich juist richt op het proces.

Sfeermaker

Een sfeermaker is een tactol persoon die zorgt voor de nodige gezelligheid en grappen op zijn tijd. De sfeermaker is niet alleen gericht op de werkzaamheden, maar ook op de persoon buiten het teamverband.

Onderzoeker

Een onderzoeker is een persoon met veel energie die graag het initiatief neemt. Brainstormen is een typische vaardigheid die de onderzoeker vaak inzet op tot de werkzaamheden te komen. De onderzoeker kan mensen vaak motiveren om te netwerken en de bron te herleiden.

Opruimer

Een opruimer is gericht op duidelijkheid en structuur. Vaak worden dingen stap voor stap aangepakt op het overzicht te bewaren.

Waaghals

Een waaghals is iemand met ambitie die zeker dingen durft uit te proberen. De waaghals heeft vaak spanning nodig om goed tot werken te kunnen komen. Risico's gaat de waaghals dan ook niet uit de weg.

Natuurlijk zijn er nog wel meer rollen te bedenken en iedereen is nodig binnen een team.

Leerstijlen

Naast de verschillende rollen die je op je kunt nemen, heeft iedereen natuurlijk een eigen manier van werken en leren. Iedereen heeft namelijk een eigen leerstijl.

• Dromers zijn goed in het bedenken van oplossingen en alternatieven.
• Denkers zijn goed in het logisch verantwoorden van bepaalde keuzes.
• Beslissers weten meestal direct of iets haalbaar is in de praktijk of niet.
• Doeners willen alles uitproberen. Het liefst ideeën van anderen.

Taakomschrijving

Als je gevraagd wordt voor een team, zorg dan dat je bepaalde zaken duidelijk voor ogen hebt. Zorg bijvoorbeeld dat je weet wat je opdracht is. Ga na of deze ook haalbaar is en zoek uit waarom je voor deze opdracht bent gevraagd. Ook is het fijn om te weten welke rol jij binnen het team moet vervullen (zie teamrollen) en wat je allemaal wel en niet mag. Tot slot is het natuurlijk van belang om je teamleden te leren kennen én om te weten wie de leider is.

Probleemanalyse

Verbeteren van de samenwerking bij een probleem:

1. Zorg voor een objectieve waarneming en leg dit vast in een verslag.
2. Leg het team de waarnemingen voor en vraag om een reactie.
3. Vraag door en vat het probleem samen.
4. Zoek uit in welke categorie de oorzaak zit:
5. Doelen, acceptatie teamleden, ontwikkelingen, taak- en rolverdeling, communicatie, discipline/houden aan afspraken, leiderschap,.
6. Bespreek wat nodig is om de oorzaak weg te nemen.
7. Maak er SMARTe afspraken over en leg de verantwoordelijkheid bij het gehele team.